Van geel hesje tot poloshirt: de kleren maken de mars
Corona of niet: 2020 was opnieuw een jaar van protestmarsen. De kledingkeuze van de actievoerders blijkt een extra wapen in de strijd, en dan hebben we het niet over een vikingmuts.
Mode weerspiegelt wie je bent, je aankleden is kiezen welke identiteit je aan de wereld presenteert en welke boodschap je wilt brengen. Vroeger waren er kledingvoorschriften die duidelijk maakten in welk hokje iemand hoorde, vandaag zijn we vrijer – we kunnen kiezen bij welke groep we willen horen. Want als sociale wezens blijven mensen toch op zoek naar een gedeelde identiteit. Kleding verbindt, of het nu met een handtas met Gucci-logo is of met een T-shirt dat oproept om het regenwoud te redden.
Mode als activisme is sterker dan ooit, zeker nu een groot deel van het protest zich op sociale media afspeelt
We kiezen eigenlijk ons eigen uniform. Een uniform is niet alleen praktisch, het maakt in oorlogstijd ook duidelijk tot welk kamp een soldaat behoort. Het ondersteunt de groepsmentaliteit: het maakt iedereen evenwaardig, ongeacht de sociale achtergrond, je vecht samen voor hetzelfde doel. Het is ook een voorrecht. Het aantrekken van een uniform betekent dat je aanvaard bent als vertegenwoordiger van het team. Bovendien maakt een grote groep in een en dezelfde outfit best wel indruk. Diezelfde principes gelden voor de dresscode van actievoerders.
Kleur bekennen
De Women’s March 2017, volgend op de inauguratie van Trump, herinneren we ons als een zee van roze pussyhats. Recenter staat de fluogele massa van gele hesjes op ons netvlies gebrand. Kleur is een krachtig hulpmiddel om eenvormigheid te brengen in een menigte met gedeelde mening. Herhaling van kleur werkt ook prima voor de herkenbaarheid – dat weten reclamemakers én protestgroepen al lang. De Britse milieubeweging Extinction Rebellion liet zelfs een volledige huisstijl bedenken door een Londense ontwerpstudio. Naast logo’s en een vast lettertype bevat die een tiental kleuren die actievoerders over de hele wereld kunnen gebruiken. De tinten zijn gelinkt aan verschillende boodschappen, bijvoorbeeld groen voor geweldloosheid, blauw voor actie, roze voor waarheid.
De rode cape en witte kap uit de serie The Handmaid’s Tale verenigen dan weer vrouwenrechtendemonstraties. Het is de outfit van de Dienstmaagden, vruchtbare vrouwen die fungeren als willoze broedmachines. De eerste rode mantels op de barricaden werden in de V.S. al in 2017 gesignaleerd, na het aankondigen van een aantal antiabortuswetten (de reeks ging er in april 2017 in première). Ze verspreidden zich echter al snel over andere landen, van Ierland tot Argentinië. In Londen protesteerden Dienstmaagden tegen het bezoek van Trump aan het VK, in Warschau onderbraken ze zijn speech en in Costa Rica trokken vrouwen in cape naar het stemhokje om hun ongenoegen te uiten over een presidentskandidaat. Kostuumdesigner Ane Crabtree en Margaret Atwood, auteur van het oorspronkelijke boek, zitten er niet mee en gaven zelfs aan erdoor ontroerd te zijn.
Minder verheugd was modelabel Fred Perry toen een bepaald poloshirt ongewild uitgroeide tot het symbool van de uiterst rechtse Trump-aanhangers Proud Boys. Dat oprichter en tennisster Fred Perry uit de Britse arbeidersklasse kwam, maakte het merk sympathiek bij tegenculturen: mods, punkers, ska- en britpopfans, maar ook de eerste linkse skinheads van de sixties. Rechtse skinheads namen hun look deels over. De Proud Boys integreerden het shirt in hun misleidende preppy look ( zie verder) en het merk – dat nota bene deels joodse roots heeft – zag zich eind 2020 dan ook genoodzaakt om de zwart-gele polo helemaal uit de handel te halen in de Verenigde Staten en Canada.
Protest op de catwalk
De wisselwerking tussen mode en protest gaat verder dan ongewenste associaties. De collecties van 2017 van Vera Wang en Preen verwezen naar Atwoods Dienstmaagden, de modellen van Missoni droegen pussyhats en Maria Grazia Chiuri lanceerde het We Should All Be Feminists-T-shirt bij Dior. Die interactie is uiteraard niet nieuw. Toen Brits vrouwenrechtenactiviste Emmeline Pethick-Lawrence de kleurcodes van de suffragettebeweging vastlegde (wit voor zuiverheid, groen voor hoop en paars voor loyaliteit), duurde het niet lang voor er bij Selfridges en Liberty linten en rozetten in die kleuren in de rekken lagen. Vivienne Westwood verweeft al sinds de seventies een politieke boodschap in haar collecties. Maar dat ze net in het voorjaar van 2019 haar show opvatte als een grote betoging tegen alles wat scheef zit in de hedendaagse maatschappij – van het klimaat over #metoo tot de Brexit – is een teken aan de wand.
De mode-industrie staat met haar eenzijdige lichaamsbeeld, moderne slavernij en overproductie haaks op de idealen van jonge protestbewegingen. Toch lijken steeds meer ontwerpers politiek en protest te omarmen, op en naast de catwalk. Dat brengt ons bij het uniform van de veelbesproken klimaatspijbelaars: door hun jeugdige voorkomen maken ze indruk als groep, maar hun dresscode springt niet meteen in het oog. Klimaatstrijders wijzen het huidige consumptiemodel af en shoppen niet, of tweedehands. Om aantrekkelijk te blijven moeten merken, op een oprechte manier, inspelen op de waarden van deze nieuwe consumenten, of het nu met een feministische boodschap is dan wel met een ethisch geproduceerde jeans.
Dat protest en mode vandaag meer dan ooit samengaan, bleek tijdens Diors lentedefilé. Toen een demonstrant de catwalk opkwam met op een spandoek ‘ We are all fashion victims’, had het publiek geen idee of het deel uitmaakte van de show of niet. Achteraf bleek het om een lid van Extinction Rebellion te gaan dat eerder al London Fashion Week had verstoord. Mode als activisme is sterker dan ooit, zeker nu een groot deel van het protest zich op sociale media afspeelt. Die maken het niet alleen makkelijk om grote groepen te mobiliseren – dat werd erg duidelijk in de nasleep van de Amerikaanse verkiezingen, wat zelfs leidde tot het blokkeren van bepaalde apps en accounts – ze sensibiliseren ook grote massa’s en symbolen van protest gaan viraal. Als Michelle Obama een ‘ Vote‘-ketting draagt, hebben miljoenen fans dat gezien. Idem als Beyoncé tijdens de Black Lives Matter-protesten in vol Black Panther-ornaat verschijnt op de Super Bowl. In tijden van sociale media – zeker nu de wereld zich grotendeels online afspeelt – kan een krachtig vestimentair symbool van protest een wereldwijde impact hebben.
ZEG HET MET MODE
Pussyhat
In 2016 dook een video op waarin Trump beweert dat je als ster met vrouwen kunt doen wat je wilt. De term pussyhat verwijst naar zijn uitspraak ‘ Grab them by the pussy‘. De roze muts met kattenoren werd gedragen tijdens de Women’s Marches na zijn inauguratie. De vrouwen achter The Pussyhat Project boden het patroon online aan zodat ook wie verstek moest geven een bijdrage kon leveren.
Het werd meer dan 100.000 keer gedownload en veroorzaakte een tekort aan roze breigaren. De muts verdween uit het protest na vragen over inclusiviteit – niet elke vrouw is geboren met een pussy en deze is ook niet altijd pink – maar er kwam wel een exemplaar in het Londense V&A terecht.
Gele hesjes
De oorspronkelijke gele hesjes of gilets jaunes kwamen uit landelijke gebieden, waardoor ze dagelijks lange afstanden afleggen. Hun initiële eis was het intrekken van de ecotaks op diesel omdat ze de duurdere brandstofprijzen niet konden betalen.
Ook Fransen zijn wettelijk verplicht om langs de weg een geel veiligheidsvest aan te hebben, de actievoerders trokken het aan terwijl ze wegversperringen veroorzaakten. Het werd het symbool van de beweging die intussen ook protesteert tegen de belastingdruk, de armoedekloof en het gebrek aan politieke inspraak.
Het witte pak
Kamala Harris hield haar overwinningsspeech in een wit pak van Carolina Herrera, en Alexandria Ocasio-Cortez koos voor wit bij haar beediging als democratisch congreslid. Daarvoor nog aanvaardde Hillary Clinton in tweedelig wit haar presidentiële nominatie in 2016.
Sociale media moedigden vrouwen daarna aan om in het wit te gaan stemmen. Het is een eerbetoon aan alle vrouwen die het politieke pad hebben geplaveid, tot en met de suffragettes. Zij introduceerden de kleur als symbool van vrouwelijk politiek verzet.
Het fuchsia tweedelig pak
Vlak voor de Amerikaanse verkiezingen van 2020 doken op sociale media plots foto’s op van celebs in een fuchsia tweedelig pak. Onder #Ambitionsuitsyou spoorden ze vrouwen aan om in een felroze broekpak te gaan stemmen, als teken van vrouwelijke ambitie en kracht.
Achter de actie: geen protestgroep, maar kledingmerk Argent. Hoewel 10% van de omzet naar een vrouwenorganisatie ging, bleef dat commerciële tintje niet onbesproken. Het promoten van een pak van 400 dollar in economisch onzekere tijden werd discutabel bevonden.
Binnenstebuiten
In november 2018 besloten Saoedi-Arabische vrouwen om hun abaya’s – de buitenshuis verplichte lange, zwarte gewaden – binnenstebuiten te dragen. Zij vinden dat niemand het recht heeft om iemand anders een bepaald kledingstuk op te leggen.
Ondanks de hervormingen door kroonprins Mohammed bin Salman worden activisten immers vaak opgepakt en lijken ambtenaren er steeds repressiever te worden.
Wolf in schaapsvacht
Geen kale hoofden of bedenkelijke tatoeages: alt-right gaat vandaag voor een goed gestreken chino en flatterende polo. Betogers krijgen de instructies om zich netjes te kleden – volgens neonazi Andrew Anglin moeten ze er hip, sexy, stoer en aantrekkelijk uitzien.
Door hun mainstream look zou het publiek ontvankelijker zijn voor hun ideeën. Het maakt het – anders dan bij skinheads – makkelijker voor een nog twijfelende achterban om overstag te gaan. Dit valt ook op bij extreemrechtse politici: nette pakken, schoenen en kapsels komen minder dreigend over bij de potentiële stemmer.
Schotse rokken en hawaïhemden
Tijdens een March For Trump door de swing states werden de Proud Boys gespot in kilts van het Amerikaanse Verillas. Het merk doneerde prompt meer dan het vermoedelijke aankoopbedrag aan een burgerrechtenorganisatie.
Elders wemelde het intussen van de hawaïhemdjes, het uniform van de – vaak gewapende – boogaloo bois die geloven in een tweede Amerikaanse burgeroorlog. De vrolijkheid ervan maakt het moeilijk om hen als gevaarlijk af te schilderen. Extra giftig: de hemden werden voorheen door voornamelijk gekleurde mensen gedragen.
Strak in het pak
De Black Lives Matter-protesten hebben, op merchandising met slogans en portretten van slachtoffers van politiegeweld na, geen uniforme dresscode. Of toch: tijdens enkele demonstraties ter nagedachtenis van George Floyd liepen de actievoerders er op hun zondags bij.
Op die manier willen ze zich onderscheiden van antifascisme, raciale stereotypes counteren en tegelijk een eerbetoon brengen aan de burgerrechtenbeweging uit de sixties. Aanhangers van Martin Luther King en Malcolm X staken namelijk, net zoals hun leiders, altijd strak in het pak.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier