Op 30 januari 2019, 33 jaar na de eerste collectie, houdt het label van Annemie Verbeke het voor bekeken. De winkel in de Brusselse Dansaertwijk sluit de deuren.
Ontwerpster Annemie Verbeke (66) blikt terug op die beslissing: ‘Ik ben moegestreden, ik wil lichter in het leven staan.’
‘Zonder overdrijven: 2019 was een goed jaar. Ik had het gevoel dat ik gevangen zat in een leven dat ik niet langer wilde, en het is me gelukt om me daarvan te bevrijden. Al het creatieve werk vond ik leuk, dat had ik gerust kunnen voortzetten. Maar alles daaromheen, het financiële beheer, de verkoop, de zoektocht naar middelen om de buitenlandse verkoop uit te breiden en te blijven groeien – daarvoor kon ik de energie niet meer opbrengen.
Ik heb de beslissing niet van de ene dag op de andere genomen. De confrontatie aangaan met mezelf, me een beeld van de toekomst proberen te vormen, de knoop doorhakken: uiteindelijk heb ik daar een jaar over gedaan. Uiteraard krijgt je zelfbeeld dan een knauw, maar je kunt zelf wel iets doen om de pijn te verzachten. Het einde goed voorbereiden bijvoorbeeld, en de zaken in alle openheid bespreken met je omgeving. Daar ben ik het meest trots op: dat ik op een mooie manier afscheid heb kunnen nemen van mijn medewerkers, klanten en leveranciers. We zijn gestopt in schoonheid, zonder brokken te maken.
Opnieuw creatief met mode bezig zijn zegt me voorlopig niets.
Als ontwerpster was ik een intens ritme gewoon. In die zin heb ik de eerste weken wel een leegte gevoeld. Tegelijk kreeg ik zo een kans om die leegte in te vullen met dingen die totaal nieuw voor me waren, zoals yoga en keramiek. Opnieuw verwondering voelen is belangrijk, net als de vrijheid om te mogen knoeien en mislukken. Daarnaast ben ik louter voor mezelf ook beginnen te schrijven, over dingen die ik meemaak en gemoedsstemmingen. Het verschil met vroeger is dat ik nog altijd met mijn handen bezig ben, maar dat er niets moet.
Opnieuw creatief met mode bezig zijn zegt me voorlopig niets. Wellicht is dat een afwijzing, niet alleen van de strijd die ik als ontwerpster moest voeren, maar ook van de eenzaamheid die ik daarbij voelde. Ik ben een autodidact die nooit op de modeacademie heeft gezeten, ik had dus niet meteen een netwerk waarop ik kon bouwen. Toch wil ik mijn ervaring graag doorgeven en ten dienste stellen van jongere ontwerpers. Hoe dan ook vind ik het meer dan ooit belangrijk om tijd te maken voor anderen en om sociaal actief te zijn – als ontwerpster ben ik lang genoeg met mezelf en mijn werk bezig geweest.’