In de kast van Bie Noé: ‘Mode is een vorm van communiceren’

Bie Noé organiseert onder de noemer B.Right sustainable shopping tours in Antwerpen. Tijdens deze wandelingen leidt ze je langs winkels waar duurzame kleding verkocht wordt. Bie inspireert en vertelt wat duurzaam shoppen precies inhoudt. Enkele jaren geleden startte ze zelf met haar persoonlijke zoektocht naar duurzame mode. Redenen genoeg om eens in haar kledingkast te duiken.

We worden uitgenodigd in het huurappartement van Bie in Borgerhout, waar Bie haar pas opgeruimde kledingrek toont. ‘Ik weet nog niet goed welke stuks ik eruit ga lichten, maar ik heb gekozen voor kleding die heel goed aansluit bij mijn persoonlijke stijl’, klinkt het.

Tijdens het passen vuur ik enkele vragen op haar af, want gratis tips van een gids die gespecialiseerd is in duurzame mode krijg je niet iedere dag.

Ga je graag/vaak shoppen?

BIE NOÉ: Ik vind het leuk om nieuwe, mooie kleren te ontdekken, maar shoppen als activiteit doe ik eigenlijk nooit. Ik ga altijd gericht op zoek en doe maar enkele winkels aan. In het buitenland zal ik eerder op verkenning gaan, omdat ik het leuk vind om duurzame winkels, lokaal talent of tweedehands kleding op te speuren. Meestal koop ik mijn tweedehands vondsten in het buitenland.

Enkele jaren geleden waren er nog niet zoveel duurzame adressen in Antwerpen – en bij uitbreiding in België. Toen trok ik wel eens een dag naar Amsterdam om te shoppen, het walhalla van duurzame mode.

De laatste keer dat ik gaan shoppen ben, was vorig jaar tijdens de Oudjaarsperiode. Toen ben ik naar Hamburg afgereisd, omdat er daar een leuke duurzame scene is.

Wat betekent mode voor jou?

BIE NOÉ: Ik geloof in het slow fashion verhaal. Ze zeggen dat slow en fashion niet samengaan, maar misschien moeten we mode dan maar herdefiniëren. Dat mode waar tijd en liefde in geslopen is een contradictie vormt in onze consumptiemaatschappij vind ik heel spijtig. We leven in een fast fashion systeem, waarin we aangemoedigd worden om zoveel mogelijk te kopen. Mode is daardoor heel vluchtig en trendgevoelig. Bovendien ben ik fan van het slow fashion verhaal, omdat de overproductie zorgt voor slechte arbeidsomstandigheden en véél afval.

Voor mij is mode tijdloos en gelinkt aan persoonlijke stijl.

Voor mij is mode nochtans tijdloos en gelinkt aan persoonlijke stijl. Elke persoon is anders en dit zou zich kunnen vertalen in wat hij of zij draagt. Helaas kopen mensen vandaag vaak wat op dat moment ‘in’ is en dit verandert heel snel. Wat je draagt reflecteert ook je gemoedstoestand. Op een baaldag zou je zin kunnen hebben om iets casual te dragen, maar dat hangt van je persoonlijkheid af. Sommige mensen kleden zich net graag op om zich beter te voelen. Mode en kleding is voor mij een vorm van communiceren.

Hoe zou je je persoonlijke stijl omschrijven?

BIE NOÉ: Strak met een twist. Ik hou van kledingstukken die met zorg zijn gemaakt en mooi zijn afgewerkt. Kleren die tonen dat mode echt een ambacht is en waar je de liefde van de maker in kunt voelen dragen mijn voorkeur uit.

Ik vind het leuk als erover is nagedacht hoe de kleren gaan vallen en dat je ze op verschillende manieren kunt dragen.

Ik heb bijvoorbeeld een vest die je op verschillende manieren kan laten openvallen. Ik speel ook graag met vormen en af en toe mag een felle kleur niet ontbreken. Het koningsblauw kleedje dat ik heb uitgekozen voor dit gesprek trekt me aan omdat deze tint blauw mijn lievelingskleur is.

De rode draad in mijn garderobe zijn mijn vesten. Ze zijn tijdloos en je kunt ze met veel combineren. Ik hou ook van de mix van tweedehands met Belgisch design. Er zijn wel wat Belgische ontwerpers die duurzaam produceren. Zo zijn de ontwerpen van Eline van Ree tijdloos en speciaal voor het tussenseizoen ontworpen, zodat je ze eigenlijk het grootste deel van het jaar kunt dragen. Ik spaar om zo’n stuk te kunnen kopen. Maar ook de duurzame merken met elk hun eigen verhaal vind ik heel leuk en inspirerend.

Waar let je op tijdens het shoppen? Wat zijn de criteria voor je overgaat tot aankopen?

BIE NOÉ: Voor mijn tours heb ik een shopping checklist gemaakt met alle vragen die ik mijzelf stel. Zo probeer ik mensen bewust te maken van hun aankoop. Dat gaat om eenvoudige vragen: ‘Heb ik dit echt nodig? Kan ik het met veel items combineren?’

Vervolgens ga ik na waar het gemaakt is. Van vele merken weet ik dat ondertussen uit mijn hoofd. Bij twijfel vraag ik het aan de verkoper, want het ‘made in’-label is niet sluitend. Als de knoop er werd aangenaaid in Europa, mag er bijvoorbeeld ‘Made in Europe’ staan. Dat wil nog niets zeggen over waar de stof vandaan komt of de rest van de broek gemaakt werd. Ik kijk ook altijd naar het materiaal van het kledingstuk. Mijn groen kleedje is bijvoorbeeld gemaakt van Tencel. Dit is een nieuwe duurzame stof die nu regelmatig gebruikt wordt.

Heb je vaste adresjes/vaste merken?

BIE NOÉ: Tijdens mijn tours kom ik regelmatig in alle duurzame winkels die Antwerpen rijk is. Ik hou dan steeds mijn ogen open voor leuke bovenstukken, want die heb ik eigenlijk

te weinig. Ik hou bijvoorbeeld van de vorm van de topjes van het Portugese merk Näz maar ze zijn nog nooit in een kleur geweest die me goed staat, dus ik heb er voorlopig nog geen gekocht.

Langer Chen vind ik ook tof merk, ik heb er onlangs een regenjas van gekocht. Zij hebben bijvoorbeeld een eigen fabriek in Shanghai. Maar als je naar mijn kleerkast kijkt, heb ik echt een mix van vele merken.

Volgend jaar gaan er ook enkele nieuwe winkels met duurzame Belgische design merkjes open, dus daar kijk ik erg naar uit.

Heb je een evolutie gezien in het aanbod van duurzame merken?

BIE NOÉ: Ja, absoluut. Tot vorig jaar moest ik vooral in Nederland gaan shoppen en kon ik alle duurzame merken opsommen. Nu komen er elke dag nieuwe merken bij, elk met hun eigen verhaal en volgens de waarden van de oprichters. Bij duurzame mode heb je verschillende aspecten waar je op kunt letten en ieder merk legt andere klemtonen.

Vooroordelen zoals het geitenwollensokkengehalte of dat duurzame mode onbetaalbaar is, zijn ondertussen passé. Er is voor elk wat wils en er komen constant nieuwe initiatieven bij.

Ook wordt er volop geëxperimenteerd met nieuwe stoffen – van ananasbladeren bijvoorbeeld – en innovatieve projecten zoals het printen en lenen van kleding. Het zou fijn zijn dat die nieuwe stoffen echt in onze kleren te vinden zijn.

Begin volgend jaar brengt het Antwerpse merk HNST bijvoorbeeld de meeste duurzame jeans die tot nu toe werd ontwikkeld op de markt. De denim items zullen voor vijftig procent gemaakt worden van gerecycleerde jeans die in Antwerpen werd ingezameld. Dit soort innovaties zijn super inspirerend.

Welke tips zou je geven aan mensen die graag een duurzame garderobe willen bekomen?

BIE NOÉ: Ga eerst en vooral eens shoppen in je eigen kleerkast (lacht). Tachtig procentvan de tijd dragen we twintig procent van onze kleerkast. Er zit dus heel wat ongebruikt potentieel in. Het is misschien goed om eens na te gaan waarom je die twintig procent graag draagt. Is het omdat de kledingstukken comfortabel zijn? Omdat de kleur je aanspreekt? De snit flatterend is? Omdat je er vaak complimenten over krijgt?

Tachtig procentvan de tijd dragen we twintig procent van onze kleerkast.

Wanneer je antwoorden gevonden hebt op deze vragen, kan je proberen nieuwe aankopen slimmer aan te pakken: koop kleding die strookt met jouw persoonlijke voorkeuren en koop items die passen bij je lievelingskleren. Bovendien weet je nu beter wat je al hebt en wat je nog zou kunnen nodig hebben.

Voor een eerste duurzame aankoop kan je best voor een basic kiezen, want dat zal je veel dragen en met verschillende stijlen combineren. Een duurzame jeans is een slimme aankoop. of iets dat je vaak draagt zoals een jeans. Er zijn al veel duurzame jeansmerken, dus er is keuze genoeg. Bovendien is de impact van een duurzame versus een conventionele jeans erg groot. Je bespaart enorm veel water, chemicaliën en energie en hoeft niet in te boeten aan stijl.

Waarom ben je gestart met het geven van begeleide duurzame modewandelingen?

BIE NOÉ: Zelf startte ik vijf jaar geleden met mijn zoektocht naar duurzame mode. Mijn persoonlijke netwerk was er al snel vanop de hoogte en de voorbije jaren kreeg ik er steeds meer vragen over. Ik merkte dat er interesse was om duurzame mode te kopen, maar dat veel mensen het moeilijk vonden om zelf aan de slag te gaan.

Tijdens een verjaardagsfeestje stelde ik een groepje samen om uitleg te geven over duurzame mode, omdat ik er veel vragen over kreeg. Zo is de bal aan het rollen gegaan.

Ik vind het belangrijk dat ik de bezoeken aan de winkels combineer met uitleg over de merken en – heel belangrijk – een duurzame levenshouding. Zo kunnen de mensen die meegaan op een tour zelf achteraf bepalen wat duurzame mode voor hen inhoudt. Ik wil ook benadrukken dat duurzame mode leuk is. Iedere tour start daarom met een introductiesessie van een uurtje met koffie en versnaperingen.

Hoe zie je de toekomst van de mode? Denk je dat consumenten/merken/overheden meer begaan zullen zijn met het ecologische & sociale aspect van de industrie?

Er is nog veel werk aan de winkel, maar ik ben hoopvol.

BIE NOÉ: Zeker. Er is nog veel werk aan de winkel, maar ik ben hoopvol. Ik heb zelf de evolutie de afgelopen jaren van heel nabij gevolgd. Enkele jaren geleden had een duurzame mode tour gewoon niet kunnen bestaan. Er waren amper winkels en te weinig interesse.

De consument heeft enorm veel macht. Deze evolutie komt op gang omdat er vraag is vanuit de consumenten. Hoe luider de vraag klinkt, door bijvoorbeeld vragen te stellen in jouw lievelingswinkels, hoe meer verandering je krijgt.

Er komen alsmaar meer duurzame merken bij en ook enkele grote fast fashion spelers zetten hun eerste duurzame stapjes. De mens is creatief en ook de innovatie in de industrie staat niet stil. Denk maar aan de nieuwe stoffen, mogelijkheden tot recycleren en automatisering.

Ik geloof in een trager modesysteem.

Ik geloof in een trager modesysteem en de verschuiving van hebben naar delen en huren via initiatieven zoals kledingbibliotheken, maar ook merken waar je kleren kunt leasen. Bij Flippa K zijn ze hier bijvoorbeeld al mee aan het experimenteren. Ook interessant zijn merken die pas kleding produceren wanneer ze besteld worden. Via nieuwe technologieën is dat mogelijk. Zo vermijden we overproductie en verkleinen we de afvalberg.