Kleur is het nieuwe zwart: deze drie vrouwen gaan liever bont door het leven

Een zwarte garderobe is handig en veilig: zwart slankt af, je hoeft niet na te denken over wat je aantrekt en valt niet op in de massa. Toch is zwart een kleur die weinigen écht flatteert. Drie kleuradepten pleiten ervoor om bonter door het leven te gaan.

Waarom ben je zo gek op kleur?

‘Ik heb altijd al veel kleur gedragen. Mijn hele leven al. De dagen dat ik zwart draag, zijn op één hand te tellen. En dan nog zal ik eerder een plissébroek aantrekken dan een zwarte jeans. Ik ben nu eenmaal totaal geen basic type. Mijn kledingstijl kun je het best omschrijven als out there: felle kleuren en patronen die ik heel spontaan mix en match. Een clash of cultures, maar dan met kleuren. Toch past het bij elkaar. En het ziet er nooit té gestyled uit. Dat is ook wie ik ben. Ik denk er niet te veel over na. Ik doe gewoon.’

Een tip voor wie minder lef heeft om kleurrijk de deur uit te gaan?

‘Push jezelf een beetje: probeer eens een week lang kleur te dragen en kijk wat het effect is op je gemoed. Of ga eens in een felle kleur naar een feest en je zult zien hoeveel complimenten je krijgt. Alleen door het eens zelf te ervaren, ontdek je het positieve effect op jezelf én op je omgeving. Een kleurrijke outfit kan ervoor zorgen dat je een goede dag hebt, in plaats van een slechte. Het boost je gemoed en je zelfvertrouwen. Te eng? Begin dan eens met een kleurrijk accessoire en bouw het op. De zomer is trouwens de ideale periode om het eens te proberen.’

Waar te beginnen?

‘Eerlijk gezegd ben ik tegen kleuranalyse, zo’n test die bepaalt welke kleuren je staan en welke niet. Ik vind: draag gewoon wat je wilt en wat je mooi vindt.’

Hoe verklaar je die liefde voor zwart?

‘Iemand heeft ooit beweerd dat zwart fantastisch is en sindsdien gelooft iedereen dat. Maar als je er slanker wilt uitzien, is de snit is veel belangrijker dan de kleur. Dat zwart afslankt, is eigenlijk een mythe. Veel mensen associëren het ook met professioneel en zakelijk. Maar op een sollicitatie binnenkomen in een rood in plaats van een zwart kostuum is pas echt powerdressing. ‘

Heb je al wat zwarte raven kunnen bekeren?

‘Noortje Palmers, de fotografe met wie ik sinds kort een studio deel en met wie ik vaak samenwerk. In haar werk gebruikt ze veel kleur, maar ze droeg het nooit. Tot ze mij leerde kennen. Beetje bij beetje bracht ik kleur in haar leven. En nu is ze helemaal om. Toen ze vorige week haar laatste aankoop kwam showen, was ik supertrots: een knalgeel kostuum om mee naar een trouwfeest te gaan.’

Altijd al zo’n kleuradept geweest?

‘Mijn gelukkigste momenten als kind waren toen mijn moeder me meenam naar een tweedehandswinkeltje bij ons om de hoek, Louise, met bijzondere Italiaanse merken. Ik herinner me nog de kleren die ik daar heb uitgekozen. Ik heb ze zelfs nog altijd, zo’n sterke band heb ik ermee. Zo had ik een roze bloemenbloesje met mouwen met ruches en een bijpassend rokje, superspeciaal. Toen ik daarmee naar een verjaardagsfeestje ging, keken de andere kinderen raar op. En ik weet nog dat ik dacht: ‘ I don’t care. Ik vind het mooi.’ Dat gevoel is nooit meer weggegaan.’

Een kind van kleurrijke ouders?

‘Absoluut. Mijn vader is schilder en bij ons thuis is de keuken groen, de wc roze en de living paars. Nu ik mijn eigen huis heb, waarin ik ook mijn guesthouse Atelier Turquoise run, kregen ook alle muren felle kleuren.’

Welke kleuren domineren je kleerkast?

‘Bijna alle kleuren. Al heb ik weinig rood. Dat vind ik wat te hard. Pastelroze en camel staan me ook niet echt. Net als beige of grijs. Of wacht, dat vind ik eigenlijk geen kleuren. Sinds kort hangt er een jeans en een wit hemd in mijn kast. Mijn eerste basics ooit. Want ik heb de Parisienne-look ontdekt.’

Krijg je veel commentaar op je look?

‘In België niet zoveel, behalve op mijn donkere lipstick. Maar als ik in Nederland ben, spreken mensen me wel aan. Toen ik een tijdje in Amsterdam woonde, viel me op dat mensen daar minder bang zijn om kleur te dragen.’

Hoe verklaar jij het greige straatbeeld in België?

‘Belgen zijn pleasers. Uit angst voor negatieve reacties kiezen ze kleuren waarmee ze opgaan in de massa. Zwart is ook een gemakkelijkheidsoptie, want het past altijd bij elkaar. Ik put juist veel plezier uit het samenstellen van mijn outfits.’

Je outfit op de foto?

‘Een total look met een paars-oranje papajaprint van Fabienne Chapot, een van mijn lievelingsmerken uit Amsterdam. Haar kleurrijke prints zijn fantastisch.’

Je lievelingswinkel?

‘Ik ben een echte onlineshopper en ik zweer bij Asos. Maar ik draag ook veel vintage. Mijn lievelingswinkel is Indianaweg 10 in Amsterdam met goed geselecteerde én betaalbare vintage. Fijn: ze hebben ook een webshop.’

Waar vind je inspiratie?

‘Op Instagram. De Scandinavische reisblogster Hanna Stefansson maakt echt te gekke combi’s. En ik hou van het bijzondere palet van Hélène Rebelo. En voor de fun, en een beetje kitsch, kijk ik ook naar Decor Hardcore.’

Wat betekent kleur voor jou?

‘Het heeft letterlijk een helende kracht. Als dertiger kreeg ik een chronische spierziekte. Op bepaalde momenten raakte ik zelfs niet uit de zetel. Maar mijn kleurrijke outfits gaven me kracht en energie. Alleen al nadenken over wat ik zou kúnnen aantrekken, hielp me.’

Je bent personal shopper. Hijs je iedereen in een kleurrijke tenue?

‘Het is niet omdat ik graag kleur draag, dat iedereen een oranje pak aan moet. Ik wil vooral iemands zelfvertrouwen boosten. Met de juiste stylingtips – denk snit en kleuren – zie je er slanker en jonger uit. Zónder bezoek aan de plastisch chirurg of diëtist.’

Is een kleuranalyse de oplossing?

‘De meesten dragen na zo’n analyse net mínder kleur, omdat ze niet precies de kleuren vinden die in hun paspoort staan. Daarom werk ik niet met zo’n kleurenkaart. Iedereen kan álle kleuren dragen. Wie niet mooi staat met rood, kan best een rode broek of rok dragen. Maar beter geen rode sjaal of oorbellen, omdat die dicht bij je gezicht zitten.’

Hoe ziet jouw kleerkast eruit?

‘Ik hang in mijn kast de stukken samen die goed bij elkaar passen. Dat maakt het makkelijk. Door kleren met elkaar te combineren, haal je meer uit je kleerkast. En het is ook fun. Voor mijn job doe ik make-overs van de garderobe van klanten en intussen weet ik: toon me je kleerkast en ik zeg wie je bent.’

Wie was je leermeester?

‘Mijn vader. Als technisch directeur van Trade Mart zat hij midden in de modewereld, ook al had zijn job er niet rechtstreeks mee te maken. Hij was altijd heel kleurrijk gekleed. Elke dag kwam hij thuis in een gekleurd hemd met felle das. Mijn moeder draagt al haar hele leven zwart. Haar heb ik nog altijd niet kunnen bekeren.’

Val je graag op?

‘Totaal niet. Eigenlijk ben ik nogal verlegen. Ik draag kleur omdat het me letterlijk energie geeft. Zwart absorbeert al het licht. Er is een reden waarom we het associëren met rouw. Dat wil je toch niet dragen naar een feest of op een mooie zomerdag? Mijn advies: investeer nooit in een dure zwarte jurk. Of die nu van Natan komt of van H&M, van een afstandje lijken ze allemaal op elkaar. Dan kun je beter een goedkope blauwe jurk kopen.’

Waar vind je al die kleurrijke stukken?

‘Meestal gewoon in straatketens. Als je goed zoekt, vind je daar veel kleur. En ik koop veel vintage. Ik heb een beperkt budget, dus moet ik creatief zijn. Op de foto draag ik een oranje kostuum van Vero Moda. De doorschijnende turquoise blouse is tweedehands.’

Je maakte van kleur je job.

‘Ik studeerde af als diëtiste en werkte jarenlang met veel plezier in de farmaceutische industrie. Maar toen mijn broer jong stierf, besloot ik om van mijn passie, mode, mijn job te maken. Mijn grootste doel: mensen inspireren om meer kleur te dragen én te combineren.’