Hoe duurzaam zijn jouw juwelen? ‘Bij goedkope
gouden juwelen weet je dat er
 iets niet klopt’

V.l.n.r.: Priyanka Mehta (Nue), Elisabeth Leenknegt (Elisa Lee) en Line Vanden Bogaerde © Joris Casaer
Lotte Philipsen Journalist KnackWeekend.be
Jorik Leemans Journalist

Terwijl modelabels er haast niet meer onderuit kunnen, wordt duurzaamheid binnen de juwelensector heel wat 
minder besproken. Hoe groen en ethisch zijn onze sieraden? Drie Belgische ontwerpers maken een stand van zaken op.

De modewereld werd de voorbije jaren stevig onder de loep genomen. Na ettelijke schandalen rond arbeidsomstandigheden in fabrieken en rapporten over de milieu-impact van onze kleren, wordt een duurzamere aanpak verwacht. In de juwelensector is het opvallend stiller.

Aan onze tafel buigen drie geëngageerde Belgische juwelenontwerpers zich over de uitdagingen voor hun sector. Elisabeth Leenknegt bouwt al meer dan twintig jaar aan haar label Elisa Lee, waar intussen vijf goudsmeden haar ontwerpen uitwerken. Als archeoloog pleit ze voor natuurlijke diamanten en het gebruik van gerecycleerd goud.

Na twaalf jaar in de diamantindustrie te hebben gewerkt, richtte Priyanka Mehta in 2019 haar eigen label Nue op. Door wat ze daar gezien heeft, werkt ze nu enkel met in een laboratorium gekweekte diamanten. Met hulp van een Antwerpse goudsmid maakt ze juwelen uit gerecycleerd goud die internationaal werden opgepikt.

Line Vanden Bogaerde begon na een opleiding tot goudsmid in 2010 met het maken van haar eigen juwelen. Vanuit haar atelier in Gent creëert ze onder eigen naam sieraden met natuurlijke stenen en eerlijk ontgonnen goud.

Verschillende sectoren hebben een groene en sociale revolutie ingezet, toch lijkt de juwelenindustrie achterop te hinken.

Priyanka Mehta: ‘Het begint stilaan uit de modewereld door te sijpelen, maar het klopt dat de industrie nog veel te geheimzinnig doet over haar activiteiten en haar klanten niet genoeg voorlicht.’

Line Vanden Bogaerde: ‘Het is opvallend hoe weinig er geweten is over hoe vervuilend deze industrie eigenlijk is. Zelfs bij mensen in de branche merk ik dat niet iedereen op de hoogte is. Het is belangrijk om dat onder de aandacht te brengen.’

Mehta: ‘Ik heb wel het gevoel dat we er van klanten steeds meer vragen over krijgen. Natuurlijk zijn dat dan mensen die specifiek naar ons komen omdat ze op zoek zijn naar een ethisch gemaakt juweel. Al is dat publiek nog steeds erg klein.’

Elisabeth Leenknegt: ‘Als label moeten we onszelf verantwoorden. Door meer over dit thema te spreken, kunnen we de druk op de sector opvoeren. Dat is ook wat de klant wil: we hebben de vraag naar ethische juwelen de voorbije twintig jaar zien toenemen. Het is echter een sector waar ongelooflijk veel geld in omgaat, waardoor die transparantie uitblijft.’

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Het is niet al goud wat blinkt

Wie duurzamer wil werken heeft de keuze tussen eerlijk gemijnd goud of gerecycleerd goud. Wat heeft jullie voorkeur?

Vanden Bogaerde: ‘Je kunt als maker sowieso niet honderd procent duurzaam te werk gaan, want je zet nog steeds nieuwe dingen op de wereld. Als juwelenmaker is voor mij eerlijk gemijnd goud de beste keuze.’

Wat houdt dat precies in?

Vanden Bogaerde: ‘De omstandigheden in de goudmijnbouw zijn precair. Kwik wordt gebruikt om goud van rotsen te scheiden en arbeiders ademen de giftige dampen in. Kinderen dragen zware lasten uit de mijnen en hebben geen mogelijkheid om naar school te gaan. Eén trouwring uit regulier goud zorgt overigens voor twintig ton toxisch afval. Het Fairmined-label garandeert dat het goud eerlijk is gedolven. Mijn voorraad komt momenteel uit de Iquira-mijn in Colombia. Ik heb de garantie dat de lokale gemeenschap niet lijdt onder de mijnbouw, dat de arbeidsvoorschriften streng zijn en dat het milieu gerespecteerd wordt bij de ­ontginning. Ook al is dit goud zo’n 25 procent duurder en heb ik dus kleinere winstmarges, is het in mijn ogen de enige manier van werken.’

Leenknegt: ‘Ik ben ook gestart met Fairmined-goud aan te kopen, maar nu werken we voornamelijk met tweedehands goud dat we in ons eigen atelier recycleren. We hebben een voorraad van oude juwelen die klanten binnenbrengen en niet meteen laten omsmelten tot een nieuw juweel. Zo’n vier jaar geleden hebben we de switch gemaakt omdat we eindelijk genoeg stock hadden om te blijven recycleren. Vanuit mijn opleiding als archeoloog vind ik het immers belangrijk om onze grondstoffen niet uit te putten. Er is al zoveel goud voorhanden: waarom zouden we dat niet eerst recycleren?’

Mehta: ‘Helaas is niet al het goud beschikbaar. Banken hebben meer dan zestig procent van het goud in hun kluizen liggen, waardoor het niet voor andere doeleinden gebruikt kan worden.’

Jij kiest ook voor gerecycleerd goud.

Mehta: ‘Ik heb aan het begin van mijn merk wel gekeken naar Fairmined en Single Mine Origin (een manier van inkopen bij één specifieke mijn die goed gecontroleerd wordt, red.). Dat er initiatieven en mensen zijn die het systeem veranderen is alvast hoopgevend, maar in mijn verhaal klopt recyclage het meest. Ik denk dat we allemaal aan upcycling doen door oud goud van klanten om te vormen tot nieuwe juwelen. Die circulaire aanpak is sowieso het meest duurzame. Drie jaar geleden kocht ik voor het laatst een voorraad gerecycleerd goud aan via Umicore. Zij filteren goud uit onder meer elektronisch afval. Met die voorraad en wat klanten binnenbrengen kunnen we nu verder.’

Vanden Bogaerde: ‘Al het gerecycleerde goud dat er in omloop is, werd ooit gemijnd. Voor mij gaat het om de manier waarop. Met Fairmined goud weet je tenminste hoe het gemijnd is, met gerecycleerd goud niet.’

Is het toch niet beter voor de planeet om die niet verder uit te putten door mijnbouw?

Vanden Bogaerde: ‘Mijn probleem is dat de herkomst van gerecycled goud niet te achterhalen valt. Zodra dit goud in de markt gezet wordt als gerecycleerd, wordt er geen rekening meer gehouden met de manier waarop het oorspronkelijk werd gedolven. Vandaag zou goud uit illegale bronnen zelfs steeds meer als zogenaamd gerecycled op de Europese goudmarkt worden verpakt omdat de vraag steeds groter wordt. Dat vind ik een vorm van greenwashing. Er wordt sowieso altijd maar meer gemijnd door de groeiende vraag. Slechts 23 procent van het goud dat in omloop is, is oud goud. Dan draag ik liever mijn steentje bij door enkel met Fairmined goud te werken. Dan is het nieuwe goud dat gerecycleerd zal worden tenminste ethisch gewonnen.’

Eén trouwring uit regulier goud zorgt voor twintig ton toxisch afval.

Line Vanden Bogaerde

Leenknegt: ‘Maar het put de aarde uit. Er kruipt bovendien veel energie in het mijnen van goud.’

Vanden Bogaerde: ‘Niet meer dan in recycleren. Er wordt vaak gezegd dat er minder energie verbruikt wordt bij gerecycleerd goud dan bij nieuw goud, maar dat klopt niet helemaal. Om het te raffineren is ook energie nodig.’

Leenknegt: ‘In een raffinaderij wel, maar in mijn atelier smelt ik dat gewoon in mijn kroes.’

Vanden Bogaerde: ‘Ik hersmelt ook oud goud van klanten, maar enkel de hoeveelheid die nodig is voor hun juweel. Voor mij zou het ideaal zijn: gerecycleerd goud dat eerlijk ontgonnen werd.’

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Iets wat veel mensen misschien niet beseffen, is hoezeer juweliers het nieuws rond geopolitiek moeten volgen.

Vanden Bogaerde: ‘Hoe meer je weet, hoe groter je verantwoordelijkheidsgevoel wordt. De vraag is dan: handel je daarnaar of niet?’

Mehta: ‘En helaas zijn er nog veel spelers die die verantwoordelijkheid niet op­­nemen. Zij stellen de winst voorop.’

Ook overal in het nieuws: de prijs van goud blijft alsmaar stijgen.

Leenknegt: ‘Voor mij klopt die prijsstijging in het duurzame verhaal. Als juwelier zijn we ons zeer bewust van die waarde. Alle restjes goud vangen we op, tot het vijlsel en de partikels die in ons schuurpapier zitten. Goud wordt alsmaar kostbaarder. We zullen het in de toekomst nog nodig hebben voor toepassingen waarvan wij nu nog geen idee hebben, zoals in de ruimtevaart en de geneeskunde.’

Mehta: ‘Goud zal zijn waarde behouden. Gouden juwelen zijn als investering dus te verkiezen boven sieraden van minderwaardige materialen of met een heel dun gouden laagje. Iets waardevols en kwalitatiefs kopen is het duurzaamst.’

Hoe zit dat met zilver?

Leenknegt: ‘Voor goud en mooie stenen willen klanten een correcte prijs betalen, voor zilver is dat moeilijker. Zilver recycleren loont ook veel minder. Ik gooi voor de duidelijkheid geen zilver weg, maar het is niet rendabel om dat hier in het atelier zelf te recycleren. We hebben er bewust voor gekozen om een high-end merk te zijn dat werkt met goud en mooie stenen.’

Vanden Bogaerde: ‘Ik werk graag met massieve ontwerpen, met goud wordt dat al snel heel duur en zwaar. Ik wil dus wel graag met zilver blijven werken, maar het klopt: mijn prijzen liggen te laag voor wat het mij kost om het te maken.’

Leenknegt: ‘Dat vind ik ook belangrijk om mee te geven: de edelmetalen waarmee wij werken hebben een prijskaartje. Bij supergoedkope juwelen weet je dat er eigenlijk iets niet klopt. Een goedkoop juweel gemaakt van zilver of goud is wellicht geen duurzaam juweel.’

The true cost, zoals ze in de modesector zeggen, is dus niet altijd even duidelijk voor de eindklant?

Vanden Bogaerde: ‘Inderdaad, al geldt dat voor de klanten van onze labels niet helemaal. Zij kiezen heel bewust voor wat wij maken. Ze hebben er vaak voor gespaard en ernaar uitgekeken. Ook dat is duurzaam: geen impulsaankopen doen, maar heel bewust kiezen voor een degelijk stuk.’

Schitterende diamant?

In elke sector wordt er door opportunistische bedrijven aan greenwashing gedaan. Speelt dat ook binnen jullie vak?

Mehta: ‘Zeker, en vooral op het gebied van synthetische stenen. Juwelen met lab grown diamanten worden vaak onterecht in de markt gezet als duurzaam. Ik vind het niet kunnen dat juweliers dat woord gebruiken zonder enige context, want de massaproductie van labdiamanten in China en India kun je allesbehalve duurzaam noemen als je kijkt naar de CO2-uitstoot die deze bedrijven hebben. Zelfs de grootste labels doen constant bewust aan greenwashing. Ik zie de ene na de andere advertentie die uitpakt met “duurzame” diamanten.’

Vanden Bogaerde: ‘Ik ben blij je dat te horen zeggen. Ik had gelezen dat de energiekost van een labdiamant drie keer zo groot en vervuilend is als van natuurlijke diamanten.’

Mehta: ‘Dat hangt echt af van lab tot lab. Zoals in elke sector heb je bedrijven die meer hun best doen dan andere.’

Leenknegt: ‘Toch merk je dat heel veel consumenten meegaan in dat idee van de duurzame labdiamant, ook niet verwonderlijk door alle reclame. We weten totaal niet wat er in die fabrieken gebeurt. Hoeveel energie is er nodig om die stenen te maken en af te koelen? Wordt dat water gerecupereerd?’

De grootste labels doen constant bewust aan greenwashing. Ik 
zie de ene na de andere uitpakken met “duurzame” diamanten.

Priyanka Mehta

Over de synthetische diamantindustrie weten we inderdaad dat ze een behoorlijke milieu- en klimaatimpact heeft. Hoe ben jij op zoek gegaan naar een leverancier, Priyanka?

Mehta: ‘Tijdens mijn leven heb ik vanaf de eerste rij gezien hoe het diamant­wereldje werkt, van de fabrieken toen ik opgroeide in India tot mijn carrière in het Antwerpse diamantdistrict. Het gebrek aan transparantie over hoe de diamanten worden ingekocht, geproduceerd en verwerkt zat me echt dwars. Daarom kies ik voor labdiamanten, aangezien het productieproces net veel transparanter is dan bij natuurlijke diamanten. Ik koop enkel aan van een lab in Zwitserland en kan exact nagaan hoe hoog de energiekost en uitstoot is. Ik weet zelfs hoeveel ze hun arbeiders betalen. Ze doen elk jaar ecologische audits en rapporteren naar Europese standaarden.’

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Leenknegt: ‘Toch blijft dat voor mij wringen: waarom zoveel energie steken in iets dat eigenlijk geen doorverkoopwaarde heeft omdat het een massaproduct is? Een natuurlijke steen zal altijd kostbaar blijven.’

Vanden Bogaerde: ‘Als je budget het niet toelaat om een grote steen te betalen, kun je toch ook een kleinere kopen? Of waarom geen witte saffier?’

Jullie hebben duidelijk een andere visie. Vanwaar jouw keuze om met natuurlijke diamanten te werken, Elisabeth?

Leenknegt: ‘Dat zit echt in het DNA van mijn merk. Als historicus wil ik inzetten op drempelmomenten die waardevol zijn in het leven. In mijn hoofd hoort daar ook een mooie natuurlijke steen bij die drie miljard jaar lang door Moeder Aarde werd gemaakt. Het is ook een eindig product, synthetische diamanten kunnen alsmaar worden bijgemaakt waardoor hun waarde nul is. Wij bieden het enkel aan voor klanten met een krapper budget, maar ik blijf dat moeilijk vinden. Dat zijn geen stenen die je generaties kunt doorgeven zoals natuurlijke diamanten.’

Het meest ecologische is om te werken met diamanten die al gewonnen zijn. The damage is done.

Elisabeth Leenknegt

Als archeoloog wil je de natuurlijke grondstof goud niet uitputten. Dreigt die toekomst dan ook niet voor natuurlijke diamant?

Leenknegt: ‘Daarom moedigen we onze klanten ook aan om op bezoek te komen met hun oude juwelen. In ons atelier geven we pre-loved diamanten een nieuw jasje. Het meest ecologische is om te werken met diamanten die al gewonnen zijn. The damage is done. En nieuwe diamanten? Dan kiezen we toch voor natuurlijke, ja.’

Vanden Bogaerde: ‘Ik verwerk ook vaak diamanten van de klant in een nieuw ontwerp. Voor mij hebben die natuurlijke stenen veel meer waarde dan de synthetische die en masse worden gemaakt. Waarom moeten we altijd meer en meer maken? De meeste van mijn klanten kopen een diamant voor een verlovingsring. Dat doe je één keer in je leven: zo’n uniek moment verdient een unieke steen.’

Leenknegt: ‘Dat geldt overigens niet alleen voor diamanten, maar voor alle stenen. Ik heb nog nooit een synthetische edelsteen gekocht, omdat die stenen er zo vlak uitzien. Ze hebben dan wel dezelfde sterkte als natuurlijke stenen, ze zijn simpelweg niet even mooi. Vergelijk het met een stuk ijs uit de permafrost versus een stuk ijs uit de diepvries.’

Mehta: ‘Akkoord voor gekleurde edel­stenen als smaragd, robijn of toermalijn. Maar zelfs diamantairs met vijftig jaar ervaring kunnen synthetische diamanten niet zonder scanner van de natuurlijke onderscheiden. Het is een identiek product, maar voor de klant moet het gewoon duidelijk zijn dat er geen intrinsieke waarde is. Je koopt het omdat je het leuk vindt, iets wat vroeger door de prijzen een barrière was. Het heeft diamanten gedemocratiseerd, en vooral transparanter gemaakt.’

Het zogenaamde Kimberley-proces zou toch de ethische afkomst van ruwe diamanten moeten waarborgen? Dankzij dit certificaat weet je dat je geen bloeddiamant in handen hebt.

Mehta: ‘Dit proces werd in 2003 in het leven geroepen naar aanleiding van de burgeroorlogen in Afrika. Het moest mensen verzekeren dat hun aankoop geen wapenhandel steunde. Maar je weet bijvoorbeeld niets over het transport of de arbeidsomstandigheden in de mijnen. Bovendien voorkomt het niet dat er nog steeds Russische diamanten in omloop zijn vandaag, ondanks de boycot. Ze komen in Antwerpen binnen via Indiase fabrieken die 95 procent van alle diamanten wereldwijd verwerken. Ze sorteren per kleur, grootte en kwaliteit, niet op afkomst. Je weet vandaag echt niet meer of je een oorlog steunt. ’

Leenknegt: ‘Dat is inderdaad een serieus probleem bij kleine diamanten. Enkel de ruwe diamanten werd een halt toegeroepen. Voor grotere diamanten kun je gelukkig wel met de juiste leveranciers uit gecontroleerde mijnen kopen. Ik weet zeker dat alles er juist verloopt, in tegenstelling tot bij de meeste labdiamanten.’

Vanden Bogaerde: ‘Mijn diamantair heeft een hele reeks volledig traceerbare diamanten waarvan hij perfect weet uit welke mijn ze komen, en die in zijn eigen Antwerpse slijperij geslepen worden. Je hebt ook verschillende initiatieven die de natuur rond deze mijnen doen heropleven en lokale gemeenschappen ondersteunen met arbeidsvoorwaarden en onderwijs.’

Welke certificaten verzekeren jullie daarvan?

Vanden Bogaerde: ‘Het Kimberley Process, de Responsible Jewellery Council en World Federation of Diamond Bourses zouden dit verzekeren. Het is jammer genoeg nog niet even transparant als bij Fairmined of Fairtrade-certificaten.’

Leenknegt: ‘Ook mijn diamantair koopt rechtstreeks aan en slijpt veel zelf in Antwerpen. Zo weet ik dat er slechts één persoon tussen zit die correct te werk gaat.’

V.l.n.r.: Priyanka Mehta (Nue), Elisabeth Leenknegt (Elisa Lee) en Line Vanden Bogaerde

Maar dat geldt niet voor de kleine diamanten die jullie gebruiken?

Leenknegt: ‘Die worden in India geslepen. Daar kunnen we de oorsprong niet van weten, door het gebrek aan transparantie in de productieprocessen. Ik denk dat het goed is dat de twee industrieën, zowel synthetisch als natuurlijk, elkaar daarin blijven uitdagen.’

Bij gebrek aan een consensus: wat kunnen consumenten doen als ze een duurzaam juweel willen?

Mehta: ‘De belangrijkste vraag die je kunt stellen aan je juwelier is waar de materialen vandaan komen en welke processen er zijn gebeurd. Kies vervolgens voor een design, maker en merk die aan jouw visie voldoen. In België hebben we veel kleine ateliers die door hun trage manier van werken sowieso al duurzamer zijn.’

Leenknegt: ‘Als je een juweel levenslang wilt dragen, is zilver of verguld zilver een minder goede optie dan massief goud.’

Vanden Bogaerde: ‘Dat hangt af van wat de klant doet. Een fysiek zware job combineren met een zilveren ring is niet het beste idee, maar een stevig, goed verzorgd zilveren juweel gaat ook lang mee. Een belangrijke vraag voor de levensduur van het juweel is of het materiaal massief is.’

Leenknegt: ‘Vanuit Amerika waait de trend over om te werken met negen­karaats goud. De Europese norm van achttienkaraats is nog altijd het beste. Dan heb je een materiaal dat sterk maar ook veerkrachtig genoeg is en generaties lang in de familie kan blijven.’

Mehta: ‘Je kunt een erfstuk bovendien altijd naar je hand zetten. In het steeds opnieuw upcyclen van juwelen zit voor mij een ongelooflijke schoonheid.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content