Het Antwerps ModeMuseum heropent: dit kan je verwachten van de nieuwe expo Mirror Mirror
Vanaf dit weekend kan je voor het eerst in maanden weer naar het ModeMuseum Antwerpen. Curator Elisa De Wyngaert leidde ons door de verrassende openingsexpo over de band tussen mode en psychologie.
Drie jaar renoveren, een vernieuwd museum inhuldigen en even later opnieuw de deuren moeten sluiten door complicaties met de klimaatregeling – een museumcurator zou van minder de moed verliezen. Toch waagt MoMu-curator Elisa De Wyngaert zich met Mirror Mirror – Mode & de psyche alweer aan een nieuwe uitdaging: een dubbeltentoonstelling over de connectie tussen mode, psychologie, zelfbeeld en identiteit, op hetzelfde moment ook te zien in het Gentse museum Dr. Guislain. Daar ligt de nadruk op de rol van kleding en creativiteit in de psychiatrie, terwijl het MoMu aan de hand van mode en kunst onze beleving van het lichaam en schoonheidsidealen verkent.
“De laatste jaren hebben we de band met andere creatieve disciplines en musea al enorm aangehaald”, zegt De Wyngaert. “Mode staat midden in de samenleving en is continu in dialoog met maatschappelijke ontwikkelingen, dan kunnen wij ons als modemuseum niet opsluiten tussen onze eigen muren. Bovendien waren de lange gesprekken met Yoon Hee Lamot van museum Dr. Guislain een verrijking. Zij werkt als curator rond heel andere thema’s dan ik en vulde Mirror Mirror ook totaal anders in, maar onderweg hebben we enorm veel van elkaar opgestoken.”
Mentale kracht
Zoals de nieuwe tentoonstellingsruimte voor de vaste collectie op de gelijkvloerse verdieping toont ook Mirror Mirror flink wat avant-gardemode. Zo opent de tentoonstelling met bijzondere silhouetten van onder meer Comme des Garçons, Issey Miyake, Molly Goddard en Walter Van Beirendonck: volumineuze, sculpturale creaties die de lichaamsvormen van de drager transformeren of zelfs volledig onzichtbaar maken.
“Deze creaties zijn precies het tegenovergestelde van de rigide blik op schoonheidsidealen die ontwerpers vaak verweten wordt”, zegt De Wyngaert. “Ze volgen het lichaam niet, maar proberen net los te komen van de menselijke anatomie en alle schoonheidsidealen. Als je bedenkt hoe meedogenloos we vaak kijken naar ons eigen lichaam, is dat een enorme bron van mentale kracht. Zo streng als we zijn voor onszelf, zozeer kan mode ons ook helpen om zelfverzekerd te zijn en al dan niet ingebeelde onvolmaaktheden te relativeren.”
De opstelling van de silhouetten tussen glas- en spiegelwanden is er niet louter omwille van het scenografische effect, benadrukt de modecurator. “Door bezoekers tegelijk naar de ontwerpen en zichzelf te laten kijken, moedigen we hen aan om na te denken over hoe kleding hen kan versterken in hun eigen leven. Wij tonen avant-gardecreaties van ontwerpers die daar doelbewust mee experimenteren, maar je moet geen modefanaat zijn om die functie van kleding te herkennen. Wat je ook draagt, de kans is groot dat het iets zal zijn waarin je jezelf bent en je goed voelt.”
Barbies van Margiela
Trouw aan de eigenzinnige invulling van het thema verrast de tweede tentoonstellingsruimte met een levensgroot poppenhuis. Menselijke replica’s zijn dan minder voor de hand liggende lichamen, we lopen ze wel voortdurend tegen het lijf in speelgoed en winkeletalages. Pronkstukken in deze bonte wereld van plastic en andere materialen zijn onder meer enkele historische modepoppen: aangeklede miniaturen die vanaf de veertiende eeuw Europa rondreisden, zodat de verschillende hoven elkaar op de hoogte konden houden van de lokale modetrends. Elders liggen poppen uit het Théâtre de la Mode, de rondreizende tentoonstelling die kort na de Tweede Oorlog de savoir-faire en de veerkracht van de Parijse couturiers demonstreerde.
Ook vandaag zijn poppen echter niet weg te denken uit de modewereld. Zo toont het MoMu enkele silhouetten uit de Russian Doll-collectie van Viktor & Rolf en Barbiepoppen van de jonge Martin Margiela, die ze destijds al uitdoste met jasjes met schoudervullingen en zichtbare naden. Van recentere datum zijn de poppen die Walter Van Beirendonck inzette tijdens de pandemie, gekleed in haast exacte miniatuurkopieën van zijn lente-zomercollectie 2021.
Net als voor filmmmakers, zijn poppen en andere menselijke replica’s ook voor ontwerpers dankbare objecten op artistiek vlak.
“Veel avant-gardeontwerpers zijn echt gefascineerd door poppen”, legt De Wyngaert uit. “Sommigen gebruiken ze ter vervanging van levende modellen in hun shows en lookbooks, anderen vragen hun modellen om paspoppen na te bootsen of laten specifieke mannequins ontwikkelen voor hun boetieks. Hun fascinatie ervoor is begrijpelijk: modestudenten hebben in hun opleiding al gauw een drager nodig voor hun ontwerpen, iets dat een levend model kan vervangen en desnoods van haar en make-up voorzien kan worden. Daarnaast zijn poppen en andere menselijke replica’s dankbare objecten op artistiek vlak. Zielloze wezens die toch een zekere persoonlijkheid uitstralen, alsof ze elk moment tot leven zouden kunnen komen: net als filmmakers spelen ontwerpers daar graag mee om onze verbeelding te prikkelen.”
Pop met een boodschap
Mannequins zijn zelden louter functionele voorwerpen, benadrukt De Wyngaert. “Ze communiceren zoveel meer dan de kleding die ze dragen. Voor ons zijn ze vanzelfsprekend geworden, maar toen paspoppen eind negentiende eeuw in de winkeletalages verschenen, waren het zulke krachtige symbolen van het oprukkende kapitalisme en consumentisme dat Salvador Dalí en andere leden van de groep surrealisten in Parijs ze zelfs uit hun vitrines kidnapten voor hun kunstinstallaties.” (lacht)
Mirror Mirror bouwt hierop verder en toont kunstenaars die poppen expliciet inzetten voor maatschappijkritiek. Zo kloegen de macabere, ontwrichte poppen van Hans Bellmer destijds de lichaamsidealen van de nazi’s aan, terwijl Sarah Lucas haar Bunny Girls van opgevulde nylonkousen in onmogelijke posities wringt – een verwijzing naar de ongemakkelijke situaties en rollen waarmee vrouwen vaak te maken krijgen. Een replica van de Afro-Amerikaanse Comme des Garçons-verzamelaar Michelle Elie door Moch Figures onderstreept dan weer het gebrek aan zwarte lichamen in de modewereld.
Als je als museum enkel lange, slanke poppen met Kaukasische gelaatstrekken gebruikt, dan zeg je bewust of onbewust ook iets over het soort lichaam dat wel en niet bij die kledingstukken hoort.
“Dergelijke kunstenaars herinneren ons eraan dat mannequins geen neutrale rekwisieten zijn, maar een bepaalde kijk op de wereld uitdragen”, zegt De Wyngaert. “Op dat vlak hebben modemusea nog wel wat werk voor de boeg. Om praktische redenen gebruiken de meesten immers poppen uit de boetieks: relatief lichte mannequins die de kledingstukken niet beschadigen en passen in de kleine samplematen van de meeste ontwerpersarchieven. Alleen voelen die standaardmannequins steeds meer achterhaald aan. Als je enkel lange, slanke poppen met Kaukasische gelaatstrekken gebruikt, dan zeg je bewust of onbewust ook iets over het soort lichaam dat wel en niet bij die kledingstukken hoort. Schoonheidsidealen ontstaan niet in modemusea, maar de keuze van je paspoppen kan de normen wel counteren of net versterken.”
Virtuele influencers
In het laatste luik werpt Mirror Miror een blik op de toekomst: de toenemende virtualisering van het menselijke lichaam in de vorm van cyborgs, avatars en digitale influencers als Lil Miquela en Noonoouri. Video-installaties van kunstenaars als Ed Atkins en Pierre Huyghe krijgen er gezelschap van onder meer Aqua Novio, de avatar uit de digitale paskamer van Rushemy Botter en de videogame die Balenciaga lanceerde rond Demna Gvasalia’s herfst-wintercollectie 2020-2021.
“Kunst, mode en technologie vinden elkaar steeds meer rond digitale personages die alle noties van lichamelijkheid en menselijkheid op hun kop zetten”, aldus De Wyngaert. “Virtuele influencers lijken vandaag zodanig echt en hebben zo’n rijkelijk gevulde biografie, politieke agenda en gevoelsleven dat sommigen niet eens geloven dat het om figuren gaat die door een computer zijn gecreëerd. Veel van die digitale creaturen zíjn ook niet zo anders of vernieuwend: qua gender, geslacht en andere identiteitskenmerken zijn het vaak stereotypes, terwijl hun uiterlijk zelden van de gangbare schoonheidsidealen afwijkt.”
De modewereld is er wel op vooruitgegaan, meent de curator. “Veel ontwerpers vullen schoonheid gelukkig anders in dan vroeger: de modellen zijn al iets meer een reflectie van de samenleving. Mogelijk veel schadelijker voor ons zelf- en mensbeeld is de digitale cultuur die ons omringt: het eenzijdige beeld van schoonheid dat de algoritmes van de sociale media ons opdringen, en met filters bewerkte selfies. Mode is de rechtstreekse verkondiging van wat op een bepaald moment modieus is, maar de mode in schoonheidsidealen wordt tegenwoordig voor een groot deel elders bepaald.”
Mirror Mirror – Mode & de psyche, van 8 oktober tot 26 februari 2023. Het gelijknamige boek (45 euro) is verschenen bij Hannibal Books.
Een actie uit de duizend
Gratis naar het MoMu? Knack Weekend geeft tot 16 oktober duizend tickets weg. Waag je kans op weekend.knack.be/momu – snel zijn is de boodschap.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier