Shoppen in je eigen kleerkast: 10 tips om nieuwe outfits te creëren met oude kleren

Shoppen in je eigen kleerkast
© Getty Images
Nathalie Le Blanc
Nathalie Le Blanc Journalist Knack Weekend

Heel wat mensen willen dit jaar minder shoppen, getuige de populariteit van de NoBuy- en LowBuy-challenges. En dat is, nu de stapels kleren op vuilnisbelten steeds hoger worden, geen slecht idee. Hoe pak je dat aan en hoe speel je ‘winkeltje’ in je eigen kast?

Neem een goede start

Je winkelt niet graag in een rommelige winkel of slecht georganiseerde webshop, dus begin met een goede opruimbeurt van je kleerkast, stelt Mia Claes voor. ‘Verwijder wat niet meer past of versleten is en de stukken die je echt nooit meer gaat dragen. Repareer of laat repareren wat stuk is.’ Een klassieke methode is om al je kleren in drie categorieën in te delen: je favoriete dingen, de stukken die je amper of nooit draagt, en wat daartussen zit. Zo kun je georganiseerd ‘shoppen’. Vergeet ook de kleding van het ‘andere’ seizoen niet, raadt Claes aan. ‘Vaak bergen mensen kleren op. Maar vandaag hebben we in België nog maar drie seizoenen, op kledingvlak: hoogzomer, putje winter en veel tussenseizoen. Met wat creativiteit kun je bijna al je kleren het hele jaar dragen. Zorg dus dat je echt een overzicht van alles hebt. En vergeet je schoenen, jassen en accessoires niet. Die kunnen een outfit ook echt beïnvloeden.

De experten:
Koen Van Weverberg, kleermaker bij Schaap die vaak klanten helpt om het beste uit hun kleerkast te halen.
Mia Claes, stylist en garderobeplanner, thesuperstyler.be
Sophie Strauss, Amerikaanse stylist ‘voor gewone mensen’, @sophiestraussstyling en sophiestraussstyling.com
Jennine Jacob, Amerikaanse stylist, @jenninejacob en jenninejacob.com

Bezint eer ge begint: wat wil je?

Niet mode, maar persoonlijke stijl levert de mooiste beloning op, schrijft Alec Leach in ‘The Worls is on Fire but we’re still buying shoes’. Neem dus de tijd om daarover na te denken. ‘Verbind je opnieuw met de realiteit van je kleren. Hoe nuttig, draagbaar en duurzaam is het stuk? En vooral: geeft het je een goed gevoel? Waar ben je naar op zoek? Wat zijn je noden? Hoe ziet je leven eruit? Wat wil je van je kleren? Wat wil je dat mensen zien als ze naar je kijken? Het beantwoorden van deze vragen vraagt tijd en geduld. En realisme. Het is goed om open te staan voor nieuwe ideeën, maar je moet ook accepteren dat sommige dingen niet voor jou zijn en beter van veraf bewonderd worden.’

Allemaal goed en wel, maar je verwacht niet dat je een soufflé kunt maken zonder een goed recept. We hebben voor bijna alles wat we doen basiskennis nodig, ook voor shoppen in je eigen kleerkast, vindt Sophie Strauss. ‘Het gaat niet alleen over je persoonlijke stijl kennen, maar ook over weten hoe je je kleren stylet. Vaak kopen we nieuwe dingen om er dezelfde “oude” outfits mee te maken. Je krijgt hetzelfde “joepie-iets nieuws”-gevoel door wat je al hebt beter te stylen. Alleen, dat leren we niet. Tijdens een kleerkastsessie leg ik klanten uit dat ze zich daar niet slecht over hoeven te voelen. Je persoonlijke stijl is gewoon wat jij mooi vindt en hoe jij je persoonlijkheid uitdrukt. Styling is een leerproces.’

Ook Koen Van Weverberg pleit voor realisme. ‘Een garderobe waarmee je kunt spelen en mixen is een ontzettend plezier, maar als een tornado één keer per jaar je kast opruimen is niet efficiënt. Een goede garderobe opbouwen die meer is dan een samenraapsel van kleren, maar een plek waar je in kunt shoppen en spelen, vraagt inspanning, tijd en aandacht. Niet alleen om op te ruimen, maar ook om een systeem te vinden, jezelf te organiseren en er wekelijks of zelfs dagelijks mee bezig te zijn. In mijn kleerkast is alles georganiseerd op kleur, omdat het me veel vrijheid geeft om dingen te combineren die ik anders niet zou zien.’

We kleden ons het liefst snel en efficiënt aan, vertelt Strauss. ‘Maar maak regelmatig tijd vrij om op de een of andere manier met je garderobe bezig te zijn. Voorzie minstens een uur, neem een lekker drankje, zet fijne muziek op en amuseer je.’

Lees ook: Efficiënt je kledingkast opruimen in 5 stappen: tips voor een duurzame en georganiseerde garderobe

Bedenk verschillende outfits voor elk stuk

Wil je de ‘nieuwe kleren-dezelfde outfits’-cyclus doorbreken, probeer dan per kledingstuk verschillende outfits te bedenken, vertelt Jennine Jacob. De handigste gids is kleur. Neem bijvoorbeeld een rok of broek die je graag draagt en haal alles uit je kast wat er qua kleur bij past. Denk breed. Jurken en hemden kunnen open gedragen worden, pakken kunnen opgesplitst worden, je kunt verschillende laagjes dragen… Door voor elk kledingstuk in je kast minstens drie combinaties te hebben die liefst zo verschillend mogelijk zijn, vermenigvuldig je je opties.’ Tech-aficionado’s kunnen die outfits opslaan in een app als Digital Wardrobe of leggen ze vast op foto, om hun geheugen te helpen.
Heb je geen zin om alles te passen? Leg dingen samen op je bed, dat geeft al een eerste indicatie van wat werkt of niet, stelt Van Weverberg.

Denk niet in vakjes

Werk- en weekendkleding, feestelijke outfits, winter en zomer – door in hokjes te denken, laten we te vaak dingen in de kast hangen. Een geklede jurk of broek kun je casual dragen met sneakers en een jeansjasje, zomerkledij maak je warmer door het als één laagje van vele te dragen… ‘Mensen kopen in een boetiek soms een hele outfit,’ vertelt Mia Claes, ‘maar als je outfits als een geheel ziet, wat doe je dan als er een stuk verslijt? Veel mensen worden in de winkel ook aangetrokken tot opvallende stukken, om die daarna nooit te dragen. Ze zijn moediger in de winkel dan thuis. Jammer, en weggegooid geld. Mijn advies is: zoek tot je een combinatie of twee hebt gevonden die je wel durft te dragen.’

Basics zijn ook niet per se klassiek, stelt Jennine Jacob. ‘Niet iedereen heeft een wit hemd en een camelkleurige regenjas nodig. Misschien leef jij in jeans en T-shirts, misschien draag je zeven dagen per week een pak. Zoek uit wat jouw persoonlijke basics zijn en bouw je kleerkast daarrond op.’

Een paar basic-stylingtips

Proportie wordt onderschat als het over styling gaat, stelt Strauss. ‘Een wit hemd op een jeans ziet er anders uit als het hemd strak dan wel oversized is, en de jeans barrel dan wel skinny is. Zie je ergens een inspirerende outfit, let daar dan op. Breed, smal, kort, lang, experimenteer ermee in je eigen kleerkast.’

De regel van derden: kunst, design en outfits zijn mooier, interessanter en dynamischer als ze niet in tweeën, maar in 1/3 en 2/3 ingedeeld zijn. Snijd je lichaam dus niet middendoor, maar breek het beeld horizontaal op ruwweg 1/3 of 2/3. Dat kan met een andere kleur, een riem, een ‘tucked-in’ top, een blazer, vest, tuniek of langer loshangend hemd, of zelfs opgerolde mouwen.

Vergeet je accessoires niet: schoenen kunnen de stijl van een outfit veranderen, net als sjaals, juwelen, horloges, tassen en wat je op je hoofd draagt.

Visuele interesse: zorg dat je geboeid bent door wat je in de spiegel ziet, door te spelen met kleur, proportie, texturen en accessoires. Soms vraagt een eenvoudige outfit niet meer dan een mooie sjaal of riem. Een outfit die je blij maakt, is er een die eruitziet alsof erover nagedacht is.

Kies een weekgarderobe

Een klassieke tip om ervoor te zorgen dat je niet altijd dezelfde kleren uit je kast haalt, is om elke week drie minder gedragen stukken te kiezen, die je dan in de loop van de week aandoet. Jennine Jacobs gaat nog verder en suggereert een hele weekgarderobe. ‘Bekijk je agenda en kies één outfit. Voor een werkvergadering, een koffie-afspraak of een etentje. Kies met kleur als gids een tiental andere stukken die je met de verschillende delen van die ene outfit kunt combineren, zodat je genoeg variaties creëert die werken voor de rest van de week en het weer. Stel: je kiest een broek en een trui. Daarna kies je nog een rok en een broek, drie tops, twee stukken die je daarover kunt dragen en een wildcard. Hang die dingen samen, want dat wordt je garderobe voor die week. Zo beperk je de ochtendlijke keuzestress, maar kies je toch bewust voor minder gedragen stukken in je kast. Bovendien zorgen beperkingen vaak voor creativiteit.’ Dat lijkt veel werk, maar dat is het niet, lacht Jacobs. ‘Na een paar keer doe je dat in vijftien minuten, zeker als je je kleerkast goed georganiseerd hebt.’

Doe een verkleedpartij met ‘moeilijke’ stukken

We hebben allemaal kledingstukken die we in theorie mooi vinden, maar nooit dragen, omdat we ons er niet goed in voelen. Een van de triestigste dingen die een kledingstuk kan overkomen, vindt Van Weverberg. Zoek daarom uit waarom, suggereert Sophie Strauss. ‘En wel met een verkleedpartij, zodat de nadruk ligt op plezier hebben. Haal een aantal lastige stukken uit je kleerkast, trek er een aan en zoek er een hele outfit bij. Bestudeer nu echt wat er niet werkt. Waar dwaalt je blik altijd naar af? Waar trek je aan? De zoom, kraag of mouw? Prikt de stof? Is het te lang, te kort, te breed, te smal? Als je weet wat je stoort, kun je ermee aan de slag. Style het anders, probeer er iets over of onder, noem maar op. Combineer het ook eens met niet voor de hand liggende dingen, of probeer een stijl die jij normaal niet draagt. Misschien ontdek je dat je het beter inkort, versmalt, verbreedt, vermaakt of weggeeft, misschien doe je een nieuwe ontdekking. Niets zo leuk als in de spiegel kijken en zien dat je een goed idee had.’

Stel, je hebt je hele kleerkast opgeruimd en je hebt voor elk stuk een drietal combinaties gezocht, dus je kunt uitgebreid in je eigen kast shoppen. ‘Waarschijnlijk ontdek je nu een paar missing links’, vertelt Mia Claes. ‘Bijvoorbeeld een neutrale trui of een hemd die een aantal outfits kunnen afmaken, een paar schoenen of een tas die je toelaten om een casual combinatie “op te kleden”, een blazer of jeansjasje dat op heel veel dingen past. Naar zoiets kun je dan gericht op zoek gaan, gewoon om shoppen in je eigen kast nog makkelijker te maken.’

Vraag hulp. Of niet.

Als shoppen een sociale activiteit is, of als je meestal hulp krijgt van een partner of vriend(in) als je een middagje de stad ingaat, doe dat dan ook bij shoppen in je eigen kast, stelt Koen Van Weverberg. ‘Met twee zie je meer dan alleen. Vraag iemand die je vertrouwt, maar die ook eerlijk is en van wie jij vindt dat hij of zij zich goed kleedt.’

Daar is Strauss het niet helemaal mee eens. ‘Ik stel voor dat je in je eentje begint, omdat je zo je eigen smaak ontdekt en zelfverzekerder wordt in je keuzes. Want geef toe, 99% van de tijd hebben je vriend(in), zus, moeder of kind hun eigen voorkeuren. Niets zo vervelend als een kritische opmerking als je blij bent met je outfit. Don’t yak my yum, zeg ik altijd.’

Lees ook: Waarom shoppen zo verslavend is: ‘Het gaat meer om de daad zelf dan om wat we kopen’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content