Grafisch ontwerpster Stephanie Specht: ‘Ik word helemaal wild van papier’
Specht Studio is een nieuwe grafische studio, werk- en expositieruimte in het hart van Borgerhout. Wij schotelden bezielster Stephanie Specht enkele vragen voor.
Wat is je grote liefde, print of papier? p>
Zonder twijfel print. Online projecten doe ik ook, maar dat is een totaal andere manier van werken. Ik neem dan een web developer onder de arm die de technische kant voor zijn rekening neemt. Zo heb ik de website van Leon Vranken ontworpen in samenspraak met hem en een externe web developer.
Het leuke aan print is dat je na je harde werk iets tastbaars in handen hebt. Ik word ook helemaal wild van een nieuw boek. De geur, het gevoel van papier in je handen, heerlijk vind ik dat. Papier is al sinds mijn kindertijd mijn grote liefde.
Na wonen en werken in Kaapstad, Princeton, New York ben je in Antwerpen neergestreken. Een bewuste keuze? p>
Ik heb me een tijdje geen Belg gevoeld en daarom wilde ik graag op andere plekken wonen. Maar als ik in New York was, miste ik Antwerpen en als ik in Antwerpen was, miste ik New York. Het was erg leuk om op deze plaatsen te wonen, maar ik werd er rusteloos van en kon het niet goed plaatsen. Op een gegeven moment wilde ik wat langere tijd in m’n eigen land blijven. Ik kreeg op dat moment ook heel wat opdrachten in België. Alles is gebeurd zonder op voorhand duidelijke plannen te maken. Soms lopen zaken zo, dat is the way of nature. Ik heb nooit echt beslist ‘nu blijf ik hier’, maar het voelde wel juist aan.
De reden waarom ik me hier heb gevestigd, is omdat ik vaak naar het buitenland kan gaan voor kortere periodes. Moest dat niet kunnen, zou ik het wel claustrofobisch vinden hier. Het is belangrijk dat ik België kan combineren met het buitenland. Ik heb terug rust gevonden in Antwerpen. Op de andere plekken voelde ik me vaak opgejaagd op een positieve én negatieve manier. Nu kan ik die drukte bewust opzoeken en naar huis gaan wanneer ik rust nodig heb.
Wat zijn voor jou de meestinspirerende plekken in Antwerpen? p>
Ik beoordeel mijn omgeving vaak op basis van vormgeving en esthetiek. Als een plaats er niet mooi uitziet, ben ik ook minder geneigd er heen te gaan.
Om mijn hoofd leeg te maken trek ik graag naar het Middelheimmuseum. Ik ben opgegroeid in deze buurt, maar ik geraak deze locatie nooit beu. Het Braem paviljoen en het John Körmerling paviljoen in het Middelheimpark zijn mijn favoriete gebouwen in Antwerpen. Er is ook een leuk cafétje, het Mika café, dat erg gezellig is in de zomer.
Verder breng ik graag een bezoekje aan Buchbar. Deze boekenwinkel/coffeeshop bevindt zich in het centrum van Antwerpen, maar is ook erg rustgevend. Ik kan er nooit buitenstappen zonder een nieuwe aanwinst zoals een leuk stationary spulletje of een boek.
Natuurlijk vind ik ook mijn gading bij Copyright, de boekenwinkel in de Nationalestraat. Ik vind het heel jammer dat er weinig van dit soort winkels in Antwerpen zijn.
Mijn ochtendkoffie haal ik steevast bij Caffenation op de Mechelsesteenweg.
De Botanische tuin in Antwerpen is heel klein, maar ook heel tof. Daar wandel ik vaak door om mijn gedachten te verzetten. Ook de Scheldekaaien vind ik heel leuk om m’n hoofd leeg te maken.
Ik haal ook vooral veel inspiratie uit mijn vrienden die hier wonen.
Je bent al sinds 2007 aan het werk als zelfstandige. Hoe moeilijk is het voor een grafisch ontwerper om het te maken ? p>
Heel moeilijk. Zelfs tot vandaag de dag zijn er momenten in het jaar dat ik denk ‘nu is het erg stil, heb ik weinig opdrachten’ en dan slaat de twijfel toe. Al is die twijfel wel al minder dan vroeger. Als beginnende designer is het slim om een vaste opdracht te hebben bij een klant, zodat je financiële zekerheid hebt. Maar je moet echt geluk hebben om te overleven in dit wereldje. Bij mij is dat door mond aan mond reclame gebeurd. Als een klant tevreden is, vertelt die dat door.
Toen ik studeerde werd er in de opleiding weinig of geen aandacht besteed aan het zelfstandige bestaan. Er werd vanuit gegaan dat iedereen in een bureau gaat werken, terwijl je ook zelfstandig grafisch ontwerper kan worden. Ik werd persoonlijk al snel ongelukkig van die vaste uren op een kantoor. Ik heb er veel geleerd, maar het was niks voor mij. Het begin als zelfstandige is erg akelig als je geen voorbereiding hebt gehad. Ik hoop dat de scholen zich hier nu meer mee bezig houden.
Wat ik erg jammer vind, is dat er in Vlaanderen veel concurrentie bestaat tussen zelfstandigen. Toen ik in New York woonde, ontdekte ik dat het ook anders kan. Daar ben je immers geen concurrent, maar eerder een concullega. Grafici slaan veel vaker de handen in elkaar en nemen samen jobs aan. Ze combineren hun sterkste punten en kunnen op die manier vaak erg interessante opdrachten binnenhalen. Samenwerken maakt je alleen maar sterker omdat je kan leren van elkaar.
Ik heb momenteel een samenwerking lopen met Alex Proba, een Duitse vormgeefster die woont in Brooklyn. Ik heb haar via Instagram leren kennen en ze mailde mij met een voorstel voor een samenwerking. We wagen ons aan een soort grafische pingpong, echt super fijn om te doen. In België ben ik nog nooit zo benaderd geweest door andere grafische ontwerpers of illustratoren.
Een leuk initiatief voor designers is ‘Let’s Talk Design’. Deze conferenties brengen verschillende vormgevers samen. Ik ben er zelf nog nooit naartoe kunnen gaan, maar ik volg het wel op de voet.
Welke eigenschappen heeft een succesvolle, zelfstandige graficus nodig? p>
Je moet bovenal zelfzeker zijn. Onzekerheid straal je uit op potentiële klanten en die willen niet in zee gaan met mensen die niet overtuigd zijn van hun kunnen. Voorts moet je opkomen voor jezelf. Maak aan je klanten duidelijk wat ze zullen krijgen als ze met jou samenwerken. Toen ik pas begon had ik de neiging om alles te doen wat de klant vroeg, maar als je dit te lang volhoudt, kom je in een wereld terecht van ondankbare grafische vormgeving. Mensen gebruiken je dan als tool box. Klanten hebben iets in hun hoofd en hebben enkel je gereedschapskist nodig om het uit te werken, zonder dat je zelf creatief kan meewerken. Als het creatieve aspect wegvalt, beleef je weinig plezier aan opdrachten.
Verder heb ik altijd mijn buikgevoel gevolgd. Als ik het idee heb dat iets erg goed bij me past, wil ik er gerust heel hard aan werken. Zo kom je in contact met de juiste mensen. Er is niks zo leuk als samenwerken met mensen die je respecteren en aanvoelen.
Wie zijn jouw grote voorbeelden en inspiratiebronnen? p>
Mijn drie inspiratiebronnen zijn niet toevallig de enige andere grafici en illustrators waarvan ik werk heb ophangen in mijn nieuwe studio. Hoewel hun stijlen uiteenlopend zijn, passen ze toch goed bij elkaar.
Eike König van Hort, een Duitse vormgever die ik enorm bewonder voor zijn stijl en enthousiasme, is een groot voorbeeld voor mij. Hij heeft een bureau in Berlijn waar zo’n zevental mensen werken, maar iedereen zijn of haar eigen stijl kan behouden. Hij dwingt zijn personeel niet om zich aan te passen aan zijn stijl. Dat vind ik prachtig.
Julie Van Severen, die werkt en woont in Londen voor het grote grafische bureau Graphic Thought Facility, bewonder ik ook. We hebben samen gestudeerd en zijn altijd vriendinnen gebleven. We denken over veel esthetische dingen hetzelfde. Ze inspireert me als mens en ontwerper.
Jordy van den Nieuwendijk, een illustrator uit Amsterdam, maakt ook erg mooie dingen. Van hem heb ik hier ook een zeefdruk werk.
Met wie zou je in de toekomst nog graag eens samenwerken? p>
Ik ben op dit moment met zoveel dingen bezig waar ik van heb gedroomd, dat het moeilijk is om hierop te antwoorden. Mijn droomprojecten zijn al werkelijkheid aan het worden.
Wel zou ik in de toekomst nog meer samen willen werken met muzikanten. Dit jaar heb ik bijvoorbeeld platenhoezen gemaakt voor de Belgische dj Vhyce en de band Dreams. Zo’n projecten zijn erg leuk omdat muziek me inspireert bij m’n werk. Mijn playlist van dit moment is erg divers. Zo luister ik momenteel naar Wild Nothing, Cashmere Cat, Ben Kahn, Joey Bada$$ en Caribou.
Boeken ontwerpen blijft ook heel leuk. Vooral boeken met mooie foto’s voor een architectenbureau ontwerp ik graag. Ik wilde eigenlijk architect worden als tiener, maar m’n wiskunde was niet goed genoeg. Ik vind dat grafisch ontwerp en architectuur goed samengaan en heb een waardig alternatief gevonden door grafische vormgeving te gaan studeren.
Hoe zie je de toekomst van grafisch design? p>
Ik denk dat print altijd zal blijven bestaan. Ik kan me inbeelden dat scholen in de toekomst wel zullen digitaliseren, maar er gaat niks boven een boek in je handen nemen en lezen. Ik zie de toekomst dus best positief.
Ook zie ik de trend dat grafische vormgevers steeds meer als kunstenaars werken verder evolueren. Sagmeister uit New York is bijvoorbeeld al goed op weg om een levende legende te worden. Dat een grafisch ontwerp iets of iemand vertegenwoordigd, hoeft dus niet altijd zo zijn. Soms is een ontwerp zo sterk dat het ook op zichzelf kan bestaan. Ik vind het erg boeiend dat mensen die grafische vormgeving hebben gestudeerd verschillende technieken gaan proberen. Daar zie ik een rooskleurige toekomst in.
Lotte Philipsen
Praktisch p>
Specht Studio opent de deuren voor het publiek op zondag 12 april tijdens een ‘open day’. Dan kunnen nieuwsgierigen van 11u tot 18u een kijkje komen nemen. p>
Meer info en projecten op www.stephaniespecht.com en via instagram.com/spechtstudio. p>
Specht Studio p>
Leningstraat 19-21 p>
2140 Borgerhout p>
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier