Licht in lood: glas-in-lood in een modern jasje
Glas en lood. De ingrediënten van het traditionele kerkraam duiken vandaag in verrassende hedendaagse vormen op. Glasontwerpers verleiden met geometrie, knalkleuren en kunstige designs.
Decennialang associeerden we glas in lood met ouderwetse kerkramen waarop bijbeltaferelen werden afgebeeld. Architecten zoals Victor Horta of kunstenaars à la Theo van Doesburg zorgden hier voor een changement de décor, letterlijk. Glas-in-loodramen implementeren in privéwoningen in plaats van in kerken of openbare gebouwen, het was niet evident in de vroege twintigste eeuw. Vandaag zie je de kleurrijke eyecatchers opnieuw in tal van interieurstijlen opduiken. Glasontwerpers zoals John Dierickx (Artglas) en Veerle Verschooren (Craft Industries) genieten van de comeback van hun stiel.
Beide ontwerpers merken een verschuiving in hun cliënteel. Vroeger kwamen verandabouwers en glazeniers bij hen aankloppen, nu staan eigenaars van privéwoningen plots voor de deur. De markt van de klassieke glasramen ebt weg en laat zich vlot vervangen door modernere varianten. John zag zichzelf vroeger meer als een ambachtsman, maar verkiest nu de naam ‘ontwerper’. “Ik voelde dat de vraag naar klassieke vormen afnam, dus was ik genoodzaakt te gaan herbronnen.” Vandaag giet hij zijn creativiteit in kunstige designs, waarvoor hij internationaal geprezen wordt.
Prachtige privacy
Een persoonlijke twist in een ontwerp stoppen, is iets wat Veerle al langer doet. “Ik laat me erg inspireren door de art deco, en ik denk dat dat merkbaar is in mijn werk”, vertelt ze. De toenemende populariteit van geometrische en organische vormen is haar dan ook op het lijf geschreven. “Ik hou zelf van die stijl en het is iets waar klanten ook naar blijven vragen. Er zijn zelden mensen die zeggen dat ze een paard in hun raam willen zien”, lacht ze.
Naast het esthetische vormt ook het praktische aspect een belangrijk element in hun werk. “Ramen hebben hun functie: licht naar binnen laten komen”, vertelt John. En privacy is daarbij vandaag een hot item. “Mensen willen niet dat er nog zomaar naar binnen gegluurd kan worden en daar spelen wij een belangrijke rol in.” De vraag naar een troebel, mat glas komt dan ook vaker voor.
Hip op instagram
Jarenlang wisten glasontwerpers wat ze mochten verwachten van hun klanten. Dus toen de telefoon niet meer rinkelde, sloeg de paniek even toe. “Ik stelde mezelf de vraag waarom de markt verdween, wat de oorzaak was”, vertelt John. “En ik kwam tot de conclusie dat er een nieuwe en moderne architectuur opkwam. Dus besloot ik eigen ontwerpen te maken, creatiever en innoverend te zijn. Ik was zelfs wat te vooruitstrevend in het begin, wat ervoor zorgde dat ook deze ontwerpen niet meteen scoorden. Toen de architecten mee in mijn verhaal stapten, werd mijn volharding eindelijk beloond.”
In tegenstelling tot John is Veerle altijd al bezig geweest met hedendaagse invloeden. “Ik wil net dat meer mensen op die moderne trein springen”, vertelt ze enthousiast. “Er zijn jonge architecten die me aanspreken om samen te werken, en dat is mijn doel: aantonen dat glas in lood niet ouderwets hoeft te zijn.” En het werkt, hun creaties doen de ronde op Instagram, jongeren tonen interesse. “Ik vind het een enorm positieve tendens dat jonge mensen opnieuw willen investeren in handgemaakte, duurzame elementen. Dat ze sparen voor unieke items in plaats van naar de IKEA te rennen voor instant geluk.”
Stiel of kunst?
Omdat ze alsmaar meer van zichzelf in hun werk moeten stoppen, voelen John en Veerle zich in geen enkele sector meer thuis. “Als je ons in een vakje wilt duwen, zijn we noch kunstenaars, noch ambachtslui, maar ook geen echte ontwerpers”, vertelt John. “Je kunt vandaag niemand meer in een vakje duwen, want alle sectoren vermengen zich met elkaar”, beaamt Veerle. “En dat vind ik net fijn: dat je een glasraam niet alleen als raam hoeft te gebruiken, dat we muurdecoraties kunnen ontwerpen, dat je een interieur kunt pimpen met losstaande glazen objecten.”
Veerle ziet haar werk dan ook als een toegepaste kunst, hoewel ze aanvoelt dat niet iedereen haar mening deelt. “Sommige kunstenaars steigeren als ze dit horen, maar glas in lood en kunst hebben altijd dicht bij elkaar gestaan”, vertelt ze. “Hoe dicht bij elkaar, is tijdsgebonden. In de tijd van de grote kathedralen behoorde de glasraamkunst tot de monumentale kunsten. Dan is de stiel weer een tijdje naar de achtergrond verdwenen, waarna hij weer opkwam tijdens de art-nouveauperiode, in de architectuur. Vandaag zijn er dan weer kunstenaars die met glas beginnen te werken. Het is een fijne lijn waar we al een tijdje op balanceren, maar dat maakt ons werk net zo interessant.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier