Het beursrapport van de Möbelmesse: hoe zien designers het huis van de toekomst?

Welke klassiekers blijven ons interieur domineren en wat voor kleuren gaan het helemaal maken? Dit noteerden we op de jaarlijkse Möbelmesse in Keulen.

De velvettrend blijft nog aanhouden, maar krijgt een upgrade: behalve je broek of jas, mag nu ook je fauteuil of poef een laagje ribfluweel aan, of de textuur van de stof nabootsen.

Gezien bij ondermeer Normann Copenhagen en Asplund.

Sinds 2012 zet de beurs nieuw designtalent in de kijker met Das Haus, een project waarbij een uitverkorene 180 m2 krijgt om zijn woonvisie te tonen.

Wie? Na Doshi Levien, Neri & Hu en Sebastian Herkner was het dit jaar aan de naar Rotterdam uitgeweken Australiërs Joel en Kate Booy aka Studio Truly Truly.

Wat? Een huis indelen in kamers vonden ze achterhaald, daarom liet het koppel zich inspireren door de activiteiten die in een woning plaatsvinden en welke stemmingen daarbij horen. Het leidde tot vier ‘moods’ of muurloze woonzones. Active is het hart van de woning waar je de kook- en eetplaats terugvindt en meteen ook de meeste ruimte om te werken, te koken of vrienden te ontvangen. Aansluitend vind je de Reclining-zone met lage meubelen waar je op kunt zitten of leunen. Een plek voor luiere activiteiten, zeg maar. De Reclusive-zone is een meer afgesloten, intiem verlichte ruimte, omgeven door geluiddempende planten. In Serene ten slotte, vind je een bad- en slaapkamer. Alles draait er rond zachte, natuurlijke materialen en diffuus licht.

Visie? ‘Eigenlijk hebben we Das Haus benaderd als een boek’, vertelt Joel. ‘Om een goed ritme te verkrijgen, moet de volgende pagina aansluiten op de voorgaande en vice versa. We hebben daarom composities gecreëerd om de voelbaar verschillende stemmingen in elkaar te laten overlopen, zonder te bruuskeren. Een plek inrichten waar mensen kunnen stilstaan bij hun gemoedstoestand, dat is wat we wilden.’ Een opzet waar ze grandioos in geslaagd zijn, en daarom ook een naam om truly truly te onthouden.

De interieurs kleuren roestbruin, rood en alle tinten daartussen. Gezien bij Schönbuch (1) Pedrali (2), Dante (3).

Er zit een vlieg op. Of een vlinder of een kever. De kruipertjes werden gespot op behang, kussens en zetels.

Onder andere bij Ferm Living, London Art en Moroso.

Nog delicater dan ribfluweel: het gebruik van bouclé, een stof gemaakt van verschillende kleuren garens die samen noppen, lussen of krulletjes vormen.

Gezien bij Durlet, Jori en Montis.

Thonet, dat verantwoordelijk is voor de befaamde houten Weense caféstoel, viert zijn tweehonderdjarig bestaan. Stoel nr. 14 (vandaag de 214) was destijds een van de eerste meubelen die en masse geproduceerd werden.

Het ontwerp – zes aparte delen, tien schroeven en twee moeren die supercompact verscheept werden – maakte van de sierlijk gebogen stoel een wereldsucces. Europese balzalen, casino’s en grand hôtels zoals het Lido in Venetië kochten ze gretig in, Toulouse-Lautrec en Matisse gaven ze een plaats in hun schilderijen en Charlie Chaplin in zijn stille films.

Later, in de jaren 1930, groeide Thonet uit tot ’s werelds grootste producent van moderne meubels dankzij de productie van ontwerpen van Mies van der Rohe, Le Corbusier en Charlotte Pérriand en de stalenbuiscollectie van Marcel Breuer.

Vandaag blijven jonge designers de klassiekers van Thonet herinterpreteren. In Keulen werd onder andere de jubileumeditie van de 214 door Studio Besau Marguerre uit Hamburg voorgesteld, samen met een innovatie op de S64 van Marcel Breuer. Want die kun je vanaf nu als draaistoel in huis halen.

Ook jarig, de ecologisch geproduceerde meubellijn van TEAM7, dat dit jaar 60 kaarsen mag uitblazen. De steeds op maat gemaakte stukken zijn zowel van binnen als van buiten van massief, vaak onbehandeld hout gemaakt.

Wordt het hout wel bewerkt dan maakt het Oostenrijks bedrijf er een punt van om enkel natuurlijke, duurzaam geproduceerde oliën te gebruiken.

Team7-design.com