Home suite home: binnenkijken in het jarendertigappartement van Natan-ontwerper Edouard Vermeulen

Zowat alles was aan vernieuwing toe. Zo werd het hele binnenwerk vervangen. Er kwam houten lambrisering tegen de muren die het pand weer zijn oorspronkelijke grandeur gaf. © Marthe Hoet
Stijn De Wandeleer
Stijn De Wandeleer Freelance journalist

​Twee jaar is er grondig gerenoveerd aan het lichtrijke appartement van Edouard Vermeulen in Elsene. Vandaag is het de plek waar hij rust vindt na de drukke werkdagen bij zijn modelabel Natan.

Wie met de lift binnenkomt in het appartement van Edouard Vermeulen, op de eerste verdieping van een groot herenhuis in Elsene, moet maar de hoek naar de woonkamer om wandelen om de grote troef van het pand te ontdekken: het uitzicht. De ramen, die bijna tot aan het plafond reiken en over de hele breedte van de ruimte lopen, geven uit op het Ter Kamerenbos. De kruinen van de bomen waaien vredig in een zachte zomerbries. Het is hier dat Vermeulen elke dag zijn ochtendwandeling maakt, voor hij naar de Natan-kantoren vertrekt, die slechts enkele minuten verderop liggen. Vijftien jaar woont Vermeulen ondertussen op deze schilderachtige plek, in een oase van rust die moeilijk te vinden is in de stad. Maar toen hij het pand al die jaren geleden voor het eerst bezocht, was er van de sereniteit die er vandaag heerst nog geen sprake. Vermeulen herinnert zich die eerste visite nog goed: ‘Het gebouw had twintig jaar leeggestaan en dat was er ook wel aan te zien. Eigenlijk stond hier binnen niks meer. Zelfs de radiators waren weggehaald, en er lag geen parket, maar beton.’

Edouard Vermeulen
Edouard Vermeulen, ontwerper bij modehuis Natan © Marthe Hoet

Renoveren als hobby

Een instapklaar pand was zijn nest in het midden van de stad dus allerminst, maar dat hoefde ook niet. Vermeulen mag dan meer dan veertig jaar ontwerper zijn bij zijn modemerk Natan, zijn roots liggen in de architectuur. Hij heeft een diploma interieurvormgeving op zak, en kwam eerder toevallig in de mode terecht. Vandaag noemt hij renoveren zijn hobby. ‘Elke tien jaar lijk ik nood te hebben aan een nieuw project’, lacht hij. ‘Toen ik veertig werd, kocht ik mijn klein kasteeltje in Sint-Katelijne-Waver, op mijn vijftigste begon ik aan dit appartement, omdat ik de lange verplaatsingen naar het werk beu was. En toen ik zestig werd, bouwde ik een huis in Knokke, waar ik tijdens mijn jeugd veel tijd heb doorgebracht.’

huis Edouard Vermeulen
Er zijn ook enkele ontwerpen van Edouard Vermeulen in het interieur terug te vinden, o.a. het enorme tapijt en de afgeronde lichtroze sofa © Marthe Hoet
© Marthe Hoet

Opnieuw groots

Twee jaar werd er gerenoveerd om het appartement in Elsene nieuw leven in te blazen. Aan de structuur van het pand werd niet veel veranderd. Dat ging ook moeilijk, in een historisch gebouw waarvan de helft van de buitengevel uit glas bestaat. Enkel de grote ruimte aan de rechterzijde van het appartement werd onderverdeeld in een gastenkamer en een compacte keuken. De Natan-ontwerper leidde de werken zelf in goede banen, een architect kwam er niet aan te pas. Hij liet zich bijstaan door een aannemer die ook het appartement boven hem onder handen nam en door goede vakmannen. Want zo goed als alles was aan vernieuwing toe: alle ramen werden vervangen, net als het hele binnenwerk van het appartement. Er kwam houten lambrisering tegen de muren die het pand weer zijn oorspronkelijke grandeur gaf, en in de eetkamer kwamen art-decosierlijsten tegen het plafond.

© Marthe Hoet

Wonen in een hotel

Voor de inrichting had Vermeulen meteen een helder beeld voor ogen. ‘Het was altijd mijn droom om ooit in de suite van een groot hotel te wonen’, zegt hij. ‘Ik wilde dus dikke tapijten en gordijnen, en warme en subtiele verlichting.’ Al het meubilair moest bovendien passen bij de sfeer van de jaren dertig, zegt Vermeulen. Het is zijn stokpaardje: een pand richt je in volgens de periode waarin het gebouwd werd. Veel donkerhouten meubelen dus, volledig eigen aan de tijdgeest waarin het gebouw oorspronkelijk werd opgetrokken. Die meubelen pikte hij een beetje overal op, zegt hij. ‘De twee fauteuils met de zwart-witte stof vond ik op de Brafa Art Fair, de eetkamer kocht ik bij een antiquair op de Zavel, en wat verderop in de hoek staat een canapé van Jules Wabbes, een schitterende designer.’

Alle meubelen moesten passen bij de sfeer van de jaren dertig. Het is mijn stokpaardje: een pand richt je in volgens de periode waarin het gebouwd werd.

Edouard Vermeulen

woning Edouard Vermeulen
In de eetkamer werden art-decosierlijsten tegen het plafond aangebracht. © Marthe Hoet

Eigen creaties

Vijftien jaar geleden werd Vermeulen voor de aankleding van het appartement bijgestaan door Gert Voorjans, maar een jaar geleden nam hij zelf de inrichting opnieuw onder handen. Enkel een grote sculpturale vaas in het midden van de woonkamer herinnert nog aan die samenwerking, de rest is Vermeulens visie. Er zijn bovendien ook enkele eigen ontwerpen in het interieur terug te vinden. Het enorme tapijt in de woonkamer is bijvoorbeeld een eigen creatie, net zoals de afgeronde lichtroze sofa. ‘Maar veel meubilair staat hier eigenlijk niet. Ik wil dat je langs de meubelen heen kunt bewegen, zonder dat je erover struikelt of ertegenaan loopt. Openheid vind ik heel belangrijk’, zegt Vermeulen. De deuren die de vier grote volumes van het appartement met elkaar verbinden, gaan om die reden ook nooit dicht. ‘Ik wil van de ene ruimte in de andere kunnen kijken. Dat perspectief, daar hou ik van.’

Aan de structuur van het pand werd weinig veranderd. Enkel de grote ruimte aan de rechterzijde werd onderverdeeld in een gastenkamer en een compacte keuken. © Marthe Hoet
© Marthe Hoet

Tientallen kleine lichtjes

Geen kleur op de muren, ook dat valt meteen op, een beetje verrassend als je denkt aan de kleurrijke collecties die Natan uitbrengt. ‘Ik vind dat kamers het best tot hun recht komen in lichte en neutrale kleuren’, zegt Vermeulen. ‘In kunstwerken kan kleur natuurlijk wel. In de woonkamer hangt bijvoorbeeld een groot schilderij van de overgrootvader van mijn vader, dat dateert van de jaren 1880. Daarnaast hangt een hedendaags werk van Jennifer Rochlin.’ Hij speelt graag met contrasten, zegt hij. Maar verder dus vooral lichtheid en ruimte ten huize Vermeulen. Enkel de bibliotheek vormt daarop een uitzondering. De hele ruimte werd bekleed met houten lambriseringen, die de ruimte wat ingetogener en warmer doen aanvoelen. Voor het paradepaardje van het appartement zouden we eigenlijk ’s avonds moeten terugkomen. Het appartement wordt, zodra het begint te schemeren, leven ingeblazen door tientallen kleine lichtjes, die allemaal een zachte gloed verspreiden.

© Marthe Hoet

Minder dan een uur

Dat er zoveel aandacht is gestoken in de verlichting moest ook wel. ‘Overdag ben ik nog nooit langer dan een uur in dit appartement geweest’, lacht Vermeulen. Tijdens de dag houdt hij net van de drukte van het werk en van de stad. ‘Wanneer ik ’s avonds thuiskom, vind ik het belangrijk om hier rust te vinden. Dan zet ik wat klassieke muziek op en probeer ik bewust te vertragen.’ Vermeulen is intussen 67, maar aan stoppen bij Natan denkt hij nog niet. ‘Ik ben vandaag iets minder betrokken in de day to day-werking, maar mijn job is mijn passie. Ik heb altijd gezegd: op de dag dat ik het niet meer voel, stop ik onmiddellijk. Maar dat moment is nog niet aangebroken. Zolang ik in Brussel blijf werken, zie ik me dus ook niet uit dit appartement vertrekken. Ik zou wel gek zijn.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content