Binnenkijken in een Brusselse bungalow: ‘In de zomer voelt dit aan als een vakantiehuis in Californië’
Laat Lionel Jadot los op een Brusselse bungalow uit 1960 en je krijgt een brutalistische collage met beton, glasdallen en hout. Featuring Louis Herman De Koninck en Jamie Oliver.
Eigenlijk is Lionel Jadot meer een beeldhouwer dan een interieurarchitect. De Brusselaar is niet zo’n ontwerper die eerst alles rigoureus uittekent en het vervolgens tot op de millimeter kopieconform laat uitvoeren. Nee, hij is de man van de improvisatie op de werf. Een man die meer zijn instinct dan zijn plan volgt. Tijdens de afbraak vindt hij altijd wel iets boeiends om te recupereren. Is het niet in dit woon- project, dan komt het weleens van pas voor iets anders. In een meubelontwerp bijvoorbeeld.
Ook in dit Brusselse project was dat precies het scenario. Toen het sloopteam hier onder de valse wanden en plafonds een betonnen structuur vond met houten latjes, liet hij meteen de afbraak stoppen. Dat brute detail werd het startpunt van Jadots renovatie van deze bungalow.
De woning werd in 1960 ontworpen door een leerling van architect Louis Herman De Koninck (1896 – 1984). Volgens de oorspronkelijke eigenares kwam de meester zijn leerling zelfs superviseren op de werf. ‘De Koninck maakte het interieur helemaal af met een fresco in de traphal’, zegt Gilles, de nieuwe eigenaar. ‘Die grafische muurschildering hebben we laten restaureren, omdat ze zo sprekend is. De rest van het huis hebben we stevig aangepakt. Het originele huis was me te donker en te veel in hokjes ingedeeld.’
Vakantiegevoel
De enorme wandkast beneden is nog een restant van die hokjesmentaliteit. De kast was ooit de blikvanger in een aparte bibliotheekruimte, die nu bij de leefruimte is getrokken. Het gigantische meubel is een fossiel van het vroegere huis, maar kreeg nu een nieuwe context. Het is typisch Jadot: in zijn interieurs vervaagt de grens tussen wat nieuw en wat origineel is. Net daarom kun je er zo moeilijk een stijl op plakken: hij recycleert elementen uit verschillende periodes tot een zogenaamde ‘mixed grill’.
Voortdurend speelt hij met de codes van uiteenlopende stijlen en kookt er met de spontaneïteit van een Jamie Oliver iets vers mee. Voorbeelden genoeg in deze renovatie. Neem nu het geknikte dak, typisch voor bungalows uit die tijd. De aanbouw aan de tuinkant kreeg precies zo’n helling, al is die compleet nieuw. Het extra volume aan de voorkant – dat dient als bureau en tv-kamer – is dan weer in glasdallen opgetrokken: een materiaal dat al in de originele traphal voorkwam. De keukenkasten lijken frontjes te hebben in typisch sixties-formica, maar in realiteit zijn ze nieuw gemaakt in zebrano fineerhout. De rode raamkaders passen binnen het modernisme van Louis Herman De Koninck, maar zijn een funky toevoeging van Jadot. Al die ingrepen maken zijn interieurs gelaagd. Maar welke laag precies origineel of later toegevoegd is, is niet meer relevant. Hier draait het om originaliteit.
En dat is net waarom Gilles bij Lionel Jadot aanklopte: voor zijn unieke, onconventionele aanpak. Hij kende Lionels huis in Knokke goed. De relaxte sfeer, de stoere materialen, de warme texturen, het spontane vakantiegevoel: al die elementen uit Knokke wou Gilles ook naar Brussel transplanteren. ‘Dat is gelukt, vind ik. In de zomer, als de deuren openstaan en het betonnen zwembad openligt, krijg ik hier zelfs het gevoel van een vakantiehuis in Californië.’
XXL-canapé
Toch is het huis geen onemanshow van Lionel Jadot. Gilles is zelf een estheet met een uitgesproken smaak. ‘In mijn huis staat geen enkel nieuw meubel. Alles is vintage’, zegt hij. Verzamelaars herkennen onder meer stoelen van Alfred Hendrickx, een bureau van Wabbes, een lamp van Panton, Togo-banken en een XXL-canapé van Cassina. In roestkleur dan nog. ‘Je lacht, maar het is de sofa uit mijn kindertijd. Hij stond bij mijn stiefvader’, vertelt Gilles. ‘Na zijn dood belandden al zijn meubelen in een opslagruimte. En toen na twintig jaar alles uit dat depot verkocht werd, heb ik de canapé teruggekocht. Behalve het leer wat voeden, heb ik er niks aan gedaan. Oké, de zetel is enorm, maar hij past perfect in mijn zithoek. Hij lijkt er wel voor gemaakt.’
Naast designklassiekers bevat het huis ook enkele Jadot-klassiekers: elementen die in enkele projecten terugkomen. Zijn stoere leren turnmatten bijvoorbeeld, die hij hier als zitbank recycleerde. Zijn bibliotheekrek, geassembleerd van industriële buizen en hout. En zijn badkamer met stalen binnenramen. Maar het kenmerkendst zijn de houten latjes: afvalmateriaal van een houtbewerkingsbedrijf. ‘Normaal dienen die latten om tussen hout te leggen dat ligt te drogen. Met dat wegwerpproduct bekleedt hij hier deuren, wanden, kasten en plafonds. In dit huis dienen ze ook als hint om het huis ‘leesbaar’ te maken. Overal waar je die latjes aan het plafond ziet, is het volume bijgebouwd. Zie je gewassen of bekist beton, dan behoorde dat deel tot het originele huis.’
p>
Lionel Jadot p>
– Is autodidact in interieur- design en -architectuur. p>
– Leerde de stiel bij zijn ouders in het bedrijf Vanhamme, gespecialiseerd in beklede luxesofa’s en totaalinrichtingen. p>
– Ontwierp zijn eerste meubel op zijn zesde. p>
– Kwam op zijn achttiende onverwacht aan het hoofd van de Vanhamme-ateliers. p>
– Startte in 2000 een eigen atelier voor interieurarchitectuur, design en scenografie. Inmiddels werkte hij al 150 projecten af, van villa’s tot restaurants, chalets tot hotels en bodega’s. p>
– Ontwierp in 2016 The Jam Hotel, een funky stadshotel in Sint-Gillis. p>
– Publiceerde in 2016 bij Lannoo zijn monografie Mixed Grill: een overzicht van zijn wildste projecten, naar aanleiding van zijn gelijknamige expo in Grand-Hornu. p>
– Verhuisde zijn atelier een jaar geleden naar Zaventem, waar hij samen met 20 andere ‘makers’ een collectief begon. lioneljadot.com p>
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier