Adiós Bélgica! Spaanse jarenzestigwoning omgetoverd tot elegant vakantiehuis met uniek zeezicht
Steeds meer landgenoten dromen van een buitenverblijf of zelfs definitieve nieuwe verblijfplaats. Daarbij blijkt Spanje, en dan vooral de provincie Alicante, koploper. Ook Min Coppens viel – eerder onverwacht – voor de Costa Blanca.
‘Men zegt dat het hier 360 dagen per jaar mooi weer is. Een lichte overdrijving, maar met uitzondering van februari en maart zijn de dagen in Zuid-Spanje inderdaad zonovergoten.’ Behalve voor het weer tekende Min Coppens ook voor een uniek zeezicht met de rots van Calpe als buur, een grillige kustlijn met baaien, kliffen en wandelpaden, en – volgens de Wereldgezondheidsorganisatie – een uitzonderlijk zuivere lucht. Nochtans was Zuid-Frankrijk haar eerste keuze. Min: ‘Ik woon en werk in Parijs, vakanties bracht ik jarenlang door in de streek van Saint-Tropez, Ramatuelle en Gassin. De Côte d’Azur was in feite al mijn tweede thuis, maar de prijzen zijn er hallucinant.’ Toen Min en haar man tijdens een zomer het vakantiehuis van vriendin en interieurarchitecte Catherine De Vil huurden, viel het koppel onverwacht voor de charme van het Spaanse Benissa.
Af en toe een Harley
Benissa omvat een elegant, rustig dorp en een kleine badplaats in de provincie Alicante. Lange tijd stond er op de heuvel tussen het centrum en de kust een jarenzestigwoning met een uniek zeezicht te koop. Zo’n drie jaar dook er geen koper op, vermoedelijk deels doordat de voorzijde van de woning aan een drukke weg grenst. Dat bleek echter geen breekpunt voor Min, die in Parijs aan meer hectiek gewend raakte. Ze noemt het een coup de foudre, het moment waarop ze samen met haar man voor het eerst de woning uit 1963 bezocht. De verkeersdrukte namen ze er wel bij. Intussen woont het koppel al vier jaar, telkens minstens zes maanden per jaar, aan de Costa Blanca. Sinds het wegdek recent een laag fluisterasfalt kreeg, valt hun enkel nog een sporadisch voorbijscheurende Harley Davidson op.
‘Casa Paula’ staat er in strakke, zwarte letters naast de verweerde houten inkomdeur. Een ode aan Mins moeder, die ze op veel te jonge leeftijd verloor. Binnenkomen doe je hier buiten, en niet in een hal. Het illustreert meteen waar de klemtoon ligt: op het buitenleven. Enkel de muren van de villa vormen een afscheiding, verder loopt het interieur naadloos door dankzij het nieuw aangelegde terras. De vele ligbedden en zitkussens, de banken en de lange houten tafel, geknipt voor even lange, zonnige avonden in groot gezelschap, doen die buitendagen nog beter smaken. ‘Dit huis heeft een fantastische zonoriëntatie’, vertelt Catherine De Vil, die door Min werd ingeschakeld om de grondige renovatie uit te werken. ‘Ik wou voldoende plekken creëren, zodat je de hele dag door mee kunt verhuizen met de zon of de schaduw.’
Ook een zwembad hoorde erbij, eentje dat ver weg bleef van de blauw betegelde dolfijnen en sterren die populair blijven in de buurt. Grenzend aan het zwembad bevindt zich de favoriete zit- en leesplek van Min, het enige discussiepunt tussen de vriendinnen. Aanvankelijk wou Min een deur, Catherine drong aan op een raam met daaronder een grote zitbank. Min: ‘Ik bedank haar nog élke keer om toch koppig vol te houden. Binnen omkadert het raam het uitzonderlijke zicht, waardoor het net een schilderij lijkt. En buiten is het bankje een heerlijke, intieme cocon die door eender welke windvlaag wordt genegeerd.’
Wit geen bezwaar
Buiten domineren het groen van de dennenbomen en het azuurblauw van de zee, binnen is de sfeer een pak ingetogener. Min verlangde naar een kleurenpalet van wit en natuurtinten. Catherine: ‘Ik val zelf voor een gedurfde mix à la Barragán (Mexicaanse architect, red.), bij de rustige aard van Min horen echter sobere tinten. Om de woning toch voldoende karakter te geven, ging ik op zoek naar krachtige materialen als beton, steigerhout en linnen.’ Passen ook in dat rijtje: het riet tussen de witte balken van het plafond en de luifel aan het keukenraam, een constructie die een local met takken en boomstammen sjorde. De voormalige indeling van de woning werd volledig omgegooid, waarbij keuken en woonkamer naar de kustzijde verhuisden. Bovendien recupereerde men amper elementen, met uitzondering van de sierlijke smeedijzeren afsluiting aan het grote raam, een typisch Spaanse manier om een woning fris te houden en tegelijk te beschermen tegen inbraak.
Voor de inrichting zochten de vriendinnen zowel lokaal als over de grens naar meubelen en accessoires. Kwalitatief, maar met een eenvoudige lijn. De marktjes, brocanterieën en woonboetieks van Benissa en Denia leverden onder andere de kleine houten tafeltjes, de sfeerlamp, de houten schalen en tapijten op; de grote houten tafels werden gemaakt door een zigeuner uit de buurt. Daarnaast reisde heel wat vintage, zoals de Eames-stoelen en de Ligne Roset Togo’s, van de Antwerpse shop Paulette in ’t Stad naar Benissa. Ook de vele kussens zijn Belgisch, van Catherines textiellabel Simples.
Naar kasten werd niet gezocht. Catherine: ‘In België wil iedereen ingemaakte kasten, hier heerst een open levensstijl en dus mogen je schalen, schoenen en tafelkleden gezien worden. Ook de lichtintensiteit maakt dat ik hier andere keuzes maak. De mix van wit- en natuurtinten bijvoorbeeld zou in ons land saai ogen, hier is kleur helemaal geen must.’ Met één uitzondering: in Marrakesh viel Min voor prachtige berberkussens in roodroze die de slaapkamer van dochter Laure een zuiderse gloed bezorgen.
Binnenkort vertrekt Min opnieuw naar Parijs, iets waar ze steeds vaker tegen opziet. Min: ‘De stad had een magisch effect op mij toen ik jong was, maar dat gevoel is wat weggeëbd. De sfeer veranderde. Ik vind het er vandaag druk, vuil en opgefokt.’ Tijdens de lockdowns gingen het restaurant en het café dat Min uitbaat op slot en belandde ze maandenlang in Benissa. Een lastige en tegelijk helende periode, want Min kwam door de plek tot rust en raakte geïnspireerd door de omgeving. La Main de Paula, een collectie van handmade, zuiderse accessoires, is daar een mooi gevolg van. Min: ‘Mijn man en ik zullen hier permanent komen wonen, dat staat vast. De aantrekkingskracht zit in de eenvoud: je leeft hier heel luxueus met simpele dingen. Dat gevoel heeft Catherine mooi vertaald naar onze woning.’
Min Coppens (57)
Afkomstig uit Lier, verhuisde in 1986 naar Parijs. Woont deels in Parijs, deels in Benissa. Baat in Parijs restaurant Laurette en café Cheri(e) uit in de wijk Belleville. Startte dit jaar met La Main de Paula, een collectie van handgemaakte woon-accessoires en textiel.
Catherine De Vil (57)
Woont en werkt in Lier, heeft een tweede verblijf in Benissa. Werkt sinds 1986 als zelfstandig interieurarchitecte en wordt vooral ingeschakeld voor privéwoningen, hotels en bars, in België maar evengoed in Parijs, Grasse, Genève en Benissa.
Produceert, samen met Marie Raynal, kussens uit natuurlijk, veelal gerecupereerde materialen onder het label Simples.
simples.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier