Voor 4 personen
- plantaardige olie
- 2 tenen knoflook
- 2 cm gember
- 2 rode pepertjes
- 4 lente-uitjes
- 200 g jonge worteltjes
- 200 g babymaïs
- 200 g mange-tout (peultjes)
- 1 rode paprika
- 6 verse lasagnevellen
- sesamolie
- verse koriander
Voor de saus
- 1 sjalot, gesnipperd
- 4 stengels citroengras, fijngehakt
- 3,5 dl kokosmelk
- 0,5 dl droge vermout
- 3 kl sojasaus
- limoensap
Bereiding
- Doe alle ingrediënten voor de saus in een pannetje en laat voor de helft inkoken. Giet de saus door een zeef en hou ze warm. Hak knoflook en gember fijn. Verwijder de zaadjes uit de pepertjes en hak ze fijn.
- Snij de lente-uitjes in schuine plakjes, halveer de babymaïs in de lengte en snij de wortelen en paprika in reepjes. Blancheer de babymaïs en wortelen 1 minuut in kokend water.
- Versnij de pastavellen tot 12 vierkantjes en kook deze in gezouten water. Laat ze goed uitlekken en dep droog met keukenpapier. Hou ze warm.
- Verhit een grote koekenpan of wok op hoog vuur. Doe er wat olie in en voeg de knoflook, gember en pepertjes toe. Roerbak gedurende 1 minuut. Voeg dan de groenten toe en roerbak enkele minuten tot de groenten gaar maar nog knapperig zijn. Breng op smaak met zout en sesamolie en haal de pan van het vuur.
- Bouw de lasagne op: eerst een pastavelletje, dan de groenten, en zo verder tot er per portie drie lagen zijn. Doe de saus schuimen met een mixer en giet deze over en rond de lasagne. Werk af met enkele druppels sesamolie en korianderblaadjes.
