Voor 4 personen
- 1 kg kalkoengebraad
- 3 sjalotjes
- 1 ui
- 3 limoenen
- 2 dl room
- arachideolie
- rijst voor vier personen
- 1 boeketje munt
- 2 blokjes gevogeltebouillon
- 50 g boter
- 1/2 komkommer
- 1 soeplepel griessuiker
- peper en zout
Bereiding
- Breng 1 liter water met de blokjes gevogeltebouillon aan de kook. Snijd het kalkoengebraad in stukken. Giet een scheutje arachideolie in een bakpan en kleur de stukken kalkoengebraad aan alle kanten lichtbruin. Het vlees kruiden met peper en zout.
- De sjalotjes versnipperen en toevoegen. Alles goed door elkaar roeren en kort laten sudderen op klein vuur. De halve komkommer schillen en de zaden verwijderen. De groente in kleine blokjes snijden, deze drie minuten koken en laten uitlekken.
- De room, het sap van drie limoenen en een kop gevogeltebouillon bij de kalkoenkarbonade gieten. De karbonade aan de kook brengen en 15 minuten laten sudderen op zacht vuur. Na 10 minuten de uitgelekte komkommer en een soeplepel griessuiker bij de karbonade doen.
- De rijst bereiden. Een klont boter in een pan laten smelten, een in stukjes gesneden ui toevoegen en al roerende stoven tot de groente glazig is. De rijst in de pan doen en drie koppen gevogeltebouillon over de rijst gieten. De rijst onder deksel gaarkoken. De muntblaadjes hakken en door de rijst mengen. De rijst in een kom doen en versieren met enkele hele muntblaadjes en zeste van limoen.
