De gelatine 5 minuten in koud water dompelen. 100 g suiker in een pannetje doen en 2 soeplepels water toevoegen. Het pannetje op klein vuur zetten. Aan de kook brengen en laten koken tot de siroop doorzichtig is. De pan van het vuur halen en de uitgelekte gelatine door de siroop roeren.
Het eiwit in een grote kom tot sneeuw kloppen. De siroop in een dunne straal al kloppende toevoegen: de sneeuw wordt dikker, zwelt en wordt nog witter. Nog een minuut blijven kloppen. De verse kaas toevoegen en de massa voorzichtig door elkaar spatelen.
De citroen wassen en drogen. De schil boven de mengeling raspen. De massa omroeren en in een met plasticfolie beklede vorm storten (de film moet ruim over de randen hangen). Het folie over de bovenkant vouwen en de vorm minstens 4 uur in de koelkast zetten, zodat de gelatine de tijd heeft om op te stijven.
400 g aardbeien wassen, drogen en in de blender van een mixer pureren. De puree op smaak brengen met citroensap en 30 g griessuiker.
De vorm uit de koelkast halen, de film openplooien en de vorm omdraaien op een schotel. De vorm en folie verwijderen. Garneren met blaadjes munt. De coulis uitgieten.
De kaastaart kan je versieren met gemalen kokos of licht geroosterde amandelschilfers.
