Ingrediënten – voor 4:
Ingrediënten – voor 4:
5 dl olijfolie
2 takjes tijm
1 teen knoflook
4 porties kabeljauw
1 klein bosje bieslook Voor de champignonsaus :
500 g champignons (bv. dooierzwammen, hoorn des overvloeds)
20 g boter
2,5 dl room
1 tl kippenbouillon in poedervorm
Bereidingswijze:
Verhit de olijfolie tot 68°C in een sauteerpan met de tijm en de gepelde teen knoflook. Leg er de porties kabeljauw in en laat 30 minuten konfijten; hou daarbij de temperatuur van de olijfolie constant. Laat de kabeljauw na het konfijten uitlekken op een rooster en hou warm.
Spoel de bieslook, dep droog en snipper fijn.
Bereid de champignonsaus. Maak de champignons schoon met een vochtige doek en bak op hoog vuur in een braadpan met de boter. Kruid met peper en zout. Laat het vocht van de champignons inkoken, zet het vuur lager en bak de champignons nog 10 minuten al roerend.
Hou enkele champignons apart voor de afwerking, voeg de room toe aan de pan en besprenkel met de kippenbouillon. Laat nog 5 minuten stoven, kruid met een draai van de pepermolen en mix de champignons fijn.
Lepel een beetje champignonsaus in het midden van warme borden, schik er de gekonfijte kabeljauw op en verdeel er de apart gehouden champignons rond.
Werk af met de gesnipperde bieslook.
Tip : gebruik een keukenthermometer om erover te waken dat de temperatuur van de olijfolie voor het konfijten constant blijft.
