Ice ice baby: ‘Als ijsverkoper zie je enkel lachende gezichten. Ongelooflijk toch?’

Er zijn weinig mensen van wie je opscheppen zo verdraagt als ijsventers. Uitbater Koen Speltincx vertelt over de koelste job tijdens de zomermaanden. ‘Kindjes die een zoentje geven omdat ze hun ijsje zo lekker vonden: daar word je gelukkig van.’

Hij was nooit een grote ijsfanaat, maar dat weerhield Koen Speltincx er niet van om een jaar geleden zijn eigen ijszaak Borgo Gelato uit de grond te stampen. ‘Een tiental jaar geleden ben ik intensief naar Italië beginnen reizen en leerde ik ijs pas écht kennen’, legt de Antwerpenaar uit. Speltincx ging een cursus volgen om zelf ijs te leren maken, zodat hij ook thuis kon verder genieten. ‘Dat was zo leuk dat ik besloot er mijn beroep van te maken.’

Voor ons gesprek ruilt de ijsventer zijn drukke zaak in Borgerhout even in voor een koffie op een nabijgelegen terras. Een lange rij mensen staat ondertussen tot buiten aan te schuiven en hoopt de warme temperaturen te verzachten met een portie Italiaanse gelato. De Italiaanse manier van ijs maken (op basis van melk) vindt Speltincx immers vele lekkerder dan de Belgische variant die start met een crème anglaise.

Voor hij de inmiddels populaire ijszaak opende, was Speltincx jarenlang aan de slag als verzorger in de gehandicaptenzorg. Deze switch kon je dus allerminst een logische carrièresprong noemen. ‘Maar het was nodig om een nieuwe richting in te slaan’, vertelt Speltincx. ‘Ik kom van een sector met allemaal zieke mensen, naar eentje met enkel lachende gezichten. Dat maakt deze job ook zo leuk om te doen.’

De vaste klanten die terugkomen vind ik nog leuker dan het maken van het ijs.

Zoentje

In 2017 regelde de man op anderhalve maand tijd zowel de verbouwing als de financiering voor de zaak. In juli moest het ijssalon immers opengaan. ‘Daardoor had ik eigenlijk geen tijd meer om reclame te maken. Gelukkig bleek dat niet nodig. Het woord had zichzelf al door de buurt verspreid en we hadden tijdens de eerste weken meteen wachtrijen tot buiten.’

‘Het leukste aan mijn job vind ik de babbels met de klanten, iets waar ik voordien niet bij had stilgestaan’, gaat de Antwerpenaar verder. ‘De vaste klanten die terugkomen vind ik nog leuker dan het maken van het ijs.’ Speltincx prijst daarbij het goede humeur van de passerende mensen. ‘Ik heb denk ik nog geen enkele lastige klant over de vloer gehad. Ongelooflijk toch?’

Over het leukste compliment hoeft de verkoper ook niet lang te denken. ‘Kindjes die een zoentje komen geven omdat het zo lekker was: daar word je uiteraard gelukkig van.’

Pertotal

Het nadeel van de job zijn de lange dagen die de verkoper moet kloppen. Dat heeft zo zijn gevolgen. ‘De combinatie werk-gezin is niet eenvoudig, zeker niet op dagen met mooi weer. Het is werken, dag in dag uit. Ik begin rond acht uur meestal met het maken van ijs en ben soms nog bezig met opkuisen tot middernacht. Als je dan weet dat ik ook een kindje heb van twee jaar oud waarvoor ik ’s nachts soms moet opstaaan, begrijp je wel dat het heel uitputtend is. Op mijn rustdagen ben ik meestal pertotal.’ (lacht)

In de winter sluit hij Borgo Gelato vier maanden en heeft hij veel tijd voor zijn kinderen, tijdens de zomermaanden moet het nodige geld verdiend worden om de winter te overbruggen. Vakantie nemen tijdens de zomermaanden is dus geen vanzelfsprekendheid. ‘Ik ga het nog met mijn vrouw moeten overleggen’, lacht Speltincx. ‘Ik denk dat we toch een weekje zullen gaan, maar langer is geen optie tijdens deze drukke periode.’

Een nieuw ijsrecept verzinnen is moeilijker dan je denkt. Het is rekenwerk, chemie en een beetje tovenarij.

Bier met roomijs

Om de kwaliteit van zijn ijs te bewaken, volgde de Antwerpenaar ondertussen nog verschillende cursussen in Italië. ‘Zo heb ik deze winter in Milaan mee gewerkt aan het recept voor de ideale chocoladesorbet. Een nieuw recept verzinnen is moeilijker dan je denkt. Het is rekenwerk, chemie en een beetje tovenarij. Je moet niet zomaar wat dingen bij elkaar kletsen.’

De ijsventer biedt daarom elke week een nieuwe smaak aan. Daarbij houdt hij rekening met de afkomst van zijn producten. ‘Ik wil liefst zo puur mogelijke smaken maken en wil dat de oorsprong duidelijk is van alle producten. Als klanten vragen wat er in het ijs zit, kan ik eerlijk antwoorden.’ Door dagelijks minstens vijf à zes vegan ijssoorten aan te bieden, houdt Speltincx rekening met de wensen van zijn klanten. ‘Dat vergt meer werk, maar loont wel de moeite.’

Naast Borgo Gelato hoopt Speltincx ooit een ice cream float bar te starten. ‘Dat is een Afrikaans concept dat ook in Zuid-Italië heel populair is’, verklaart hij terwijl we terug naar het ijssalon wandelen. ‘Het is een bar waarbij je in alle drankjes een bolletje roomijs krijgt, van cola tot bier. Dat klinkt misschien vies, maar het is waanzinnig lekker. Echt waar.’ De ijsventer klinkt overtuigd. Aan loyale testers zal hij wellicht geen gebrek hebben. De rij wachtenden is nog langer dan toen we vertrokken.