Joyce van Rennes is Wine Lady of the Year: ‘Vrouw zijn in een mannenwereld heeft me nooit gestoord’
Joyce van Rennes (51) studeerde aan de Université du Vin in Suze-la-Rousse en de Bourgogne en leidt samen met haar man en twee kinderen het Wijnkasteel Genoels-Elderen in Riemst. Als een van ’s lands weinige vrouwelijke wijnmakers werd ze in maart uitgeroepen tot Wine Lady of the Year.
‘Wat me enorm gevormd heeft, is dat ik op mijn twaalfde op internaat moest in Genk. Mijn ouders hadden op dat moment een succesvolle horecagroothandel en gaven me alles wat mijn hartje begeerde, maar wilden absoluut geen verwend nest van me maken. Achteraf bekeken ben ik dan ook blij dat ik van het internaatleven heb geproefd. Op het moment zelf kampte ik met heimwee en vond ik de strenge regels de hel, maar nadien was niets vanzelfsprekend meer en waardeerde ik het comfort en de luxe bij ons thuis in Lanaken eens zozeer.
Durven leven
Voor mijn ouders speelde het ook mee dat ze niet van flauwdoenerij hielden. Of het nu over mijn oudere broer ging of over mezelf, de kinderen moesten tegen een stootje kunnen en haar op hun tanden hebben. “Je bent beter een beteke vreg (brutaal, red.) dan bang”, zei mijn vader weleens, en ook dat heb ik op het internaat geleerd. Ik moest er mijn eigen boontjes doppen en voor mezelf opkomen, wat er later ook toe bijdroeg dat ik het ondernemersvoorbeeld van mijn ouders volgde. Geen angst hebben om ambitie te tonen, een beetje dúrven in het leven: die houding dank ik echt aan mijn opvoeding.
Dat buitenlandse sterrenchefs ons op de kaart zetten, maakt bij mij veel meer emoties los dan onze omzetcijfers.
Toen mijn vader het kasteeldomein in 1990 kocht en ontdekte dat er in de Romeinse tijd wijn werd verbouwd, stond ik op het punt om economie te gaan studeren. Toch ging ik meteen mee in zijn toen gedurfde plannen om die wijnbouwactiviteit weer tot leven te wekken. Iedereen verklaarde ons voor gek en zei dat deftige wijn uit België onmogelijk was, maar dat deerde ons niet – hoe meer we hoorden dat het niks zou worden, hoe feller we ervoor wilden gaan en het tegendeel bewijzen. Vandaag is dat pionieren en iets neerzetten nog altijd mijn grootste drijfveer: dat buitenlandse sterrenchefs als Heston Blumenthal en Alain Ducasse ons op de kaart zetten, maakt bij mij veel meer emoties los dan onze omzetcijfers.
Onschuldige meisje uit België
Vrouw zijn in een mannenwereld heeft me dankzij mijn opvoeding nooit gestoord. Op dat vlak is de sector amper geëvolueerd sinds de jaren negentig: zowel in wijnopleidingen als op wijndomeinen zijn vrouwen zeldzaam, en eerder bezig met aspecten als de marketing en administratie dan met de wijngaarden, het productieproces of de kelders. Daardoor ben ik in de loop der jaren heel vaak met vooroordelen geconfronteerd. Een vrouw die voor fysieke taken niet op een man rekent, maar ze zelf uitvoert: zelfs daar keken mensen vaak al van op. Toch stoorde me dat niet, want zolang ik onderschat werd, had ik niets te verliezen en kon ik beter meevallen dan verwacht. Bovendien zag niemand een geloofwaardige concurrent in mij, waardoor de beste domeinen ter wereld hun deuren wagenwijd openstelden als ik stage kwam lopen. “Dat onschuldige meisje uit België? Dat mag alles vragen.” (lacht)
Als mijn vader en mijn levenservaringen me iets geleerd hebben, is het wel om niet bang te zijn van de moeilijke weg. De meeste mensen nemen niet graag risico’s en kiezen van nature voor de gemakkelijkste weg, maar zo ontzeg je jezelf veel, denk ik. Aan iets moeilijks beginnen en tegen alle verwachtingen in in je opzet slagen, geeft zoveel meer voldoening.’
Lees ook: Bier is plezier: 14 restaurants met een prikkelende bierkaart
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier