Waarom zowel mannen als vrouwen de afkorting HPV zouden moeten kennen

© iStock
Sofie De Niet
Sofie De Niet Lifestylejournalist, massagetherapeut en oprichtster van naturalhighmag.be

Ongeveer 80% van alle seksueel actieve vrouwen én mannen krijgt ooit een humaan papillomavirus of HPV-infectie. Hoewel het merendeel van deze virussen even onschuldig is als een verkoudheid, leidt het bij ongeveer 700 Belgische vrouwen per jaar tot baarmoederhalskanker. Maar wat is HPV eigenlijk? En vooral, waarom kent slechts de helft van de Vlaamse vrouwen het virus?

Ongeveer 13% van de uitstrijkjes in ons land onthullen een HPV-infectie, het humaan papillomavirus. Ook ondergetekende loopt al een goed jaar met de infectie rond, wat betekent dat mijn gynaecoloog elke zes maanden kijkt of het virus er nog is én of ik voortekenen heb van baarmoederhalskanker.

Mijn mening over mijn medische toestand als HPV-drager is verdeeld. Ik voel me kiplekker, mijn gynaecoloog stelt me elke zes maanden gerust en toch loop ik met een virus rond dat met een beetje pech dramatisch afloopt. Verder vertoon ik veel vraagtekens. Als bijna iedereen ooit in zijn of haar leven HPV krijgt, waarom praten en weten we er dan zo weinig over? En is mijn medische relativiteitstheorie gepast?

Verschillende types

“Het humaan papillomavirus kan verschillende kanten opgaan”, zegt dokter Willy Poppe, gynaecoloog bij het UZ Leuven. “HPV is eigenlijk één grote familie van meer dan 200 virustypes die zich in je huid of slijmvliezen nestelen.” Het ene type is al gevaarlijker dan het andere. “Veel types HPV klasseren we als laagrisico en zorgen bijvoorbeeld voor wratten, op je ledematen of rond je geslachtsorganen. Zo staan HPV 6 en 11 in voor 90% van de anogenitale wratten. Veertien types HPV klasseren we als hoogrisico en veroorzaken 98% van de baarmoederhalskankers. HPV 16 en 18 zijn de grootste boosdoeners en verantwoordelijk voor 70% van alle baarmoederhalskankers.”

Waarom precies de link tussen HPV en baarmoederhalskanker? “HPV nestelt zich graag in de overgangszone op de baarmoederhals, een zone waar twee slijmvliezen op elkaar aansluiten en meteen ook de zone die we via een uitstrijkje onderzoeken”, verklaart Ina Benoy, klinisch bioloog bij AML in Antwerpen, labopartner van het nationaal referentiecentrum voor HPV. “Hoogrisico types zoals HPV 16 en 18 veroorzaken daar mogelijk fouten in je celdeling, waardoor je misschien kanker krijgt.”

Naast baarmoederhalskanker, kunnen de gevaarlijke types HPV overal waar ze graag zitten tot kanker leiden. “De keel en anus zijn ook favoriete plekken van sommige HPV-types, vandaar dat je bij orale of anale seks meer kans maakt op keel- of anuskanker”, vervolgt Ina Benoy. “Vooral keelkanker is een probleem, want HPV is verantwoordelijk voor een derde van deze kankers en veel moeilijker op te sporen dan baarmoederhalskanker. Factoren zoals roken en alcohol verhogen het risico.”

Een inenting van de jongens is even cruciaal. Hoewel zij veel sneller van het virus afzijn, omdat HPV zich minder graag in het slijmvlies van de penis nestelt, geven ze het virus wel door.

Geen vaccin? Werk voor je immuniteit!

Als je normaal leeft is er amper een methode om de leden van de HPV-familie uit je lijf te houden. “HPV is razend besmettelijk”, vervolgt dokter Poppe. “Voor de types HPV gelinkt aan kinderwratten volstaat bijvoorbeeld huidcontact, de hoogrisico genitale HPV-types heb je enkel na contact met de slijmvliezen van een besmette man of vrouw. Zo’n nauw contact komt er bij seksueel contact, vaginaal, oraal of anaal. Een condoom kan het virus wel een beetje tegenhouden, maar beschermt je jammer genoeg niet volledig. HPV krijg je namelijk ook door contact met huid of de slijmvliezen die een condooms niet afschermt. Uiteraard blijven condooms heel belangrijk in de preventie van andere soa’s.”

De genezing van HPV staat en valt met je eigen immuniteit. “Hoe jonger je bent, hoe beter je immuniteit en hoe sneller je van HPV af bent. Maar goed ook, want HPV komt bij ons voor bij 1 op de 4 meisjes tussen de 20 en 25 jaar. Nu de meeste van de meisjes (voor hun eerste seksueel contact, tussen de 9 en 14 jaar, nvdr.) een HPV-vaccin krijgen tegen de types met het meeste risico op baarmoederhalskanker, hopen we dat de cijfers nog dalen. Een inenting van de jongens is natuurlijk even cruciaal. Hoewel zij veel sneller van het virus afzijn, omdat HPV zich minder graag in het slijmvlies van de penis nestelt, geven ze het virus wel door.”

HPV duidt dus allesbehalve op overspel, al leidt de diagnose soms tot vraagtekens of drama’s binnen koppels

Doordat een vaccin zinloos is na je eerste seksuele contact, ben je vanaf dan voor de genezing aangewezen op je eigen immuniteit. “De meeste vrouwen ruimen hun HPV-virus na 6 tot 18 maanden op, waarna je immuun bent tegen dat type. Voor de meeste personen is deze immuniteit langdurig, maar er zijn zeker uitzonderingen.” “Gezien het belang van je immuniteit, is het ook mogelijk dat je al sinds je jeugd met een sluimerend virus rondloopt, dat op oudere leeftijd toch doorbreekt”, voegt Ina Benoy toe. “HPV duidt dus allesbehalve op overspel, al leidt de diagnose soms tot vraagtekens of drama’s binnen koppels.”

Afwijkende cellen opsporen

Blijft het virus hardnekkig in je lichaam én ben je bijvoorbeeld drager van HPV 16, dan heb je één kans op vier dat je een voorloperletsel krijgt. Voor HPV 18 is dat risico ongeveer 1 op 9 en voor de andere hoogrisico HPV 1 op 20. “Bij een voorloperletsel heb je afwijkende cellen, maar nog geen kankercellen, waardoor we baarmoederhalskanker doorgaans tijdig opsporen”, vervolgt dokter Poppe. “Precies dat maakt de driejaarlijks terugbetaalde uitstrijkjes zo nuttig. Andere vormen van kanker door HPV sporen we veel moeilijker op.”

Naar die afwijkende cellen zoeken labo’s op basis van je uitstrijkje of de PAP-test, waarbij pathologen een staal met cellen van je baarmoederhals microscopisch onderzoeken. “Heb je een voorloperletsel, maar verder geen kankercellen, dan halen wij dit we dit weg, een eenvoudige ingreep meestal onder lokale verdoving”, aldus dokter Poppe. “Daarna is het opnieuw aan de eigen immuniteit om de virusinfectie te overwinnen. Vandaar dat we deze vrouwen om de zes maanden controleren, tot het virus verdwijnt.”

Ook Elfi De Bruyn kent het belang van het driejaarlijks uitstrijkje. “Preventief naar de gynaecoloog gaan behoorde niet tot mijn routine, maar toch ging ik een goede twee jaar geleden op controle”, zegt Elfi. “Gelukkig, want het verdere onderzoek bevestigde de aanwezigheid van afwijkende cellen, die werden weg gelaserd. Geen lachertje, al had ik gelukkig geen kanker. Wel was de diagnose van HPV een slag in mijn gezicht. Het is heus niet omdat je veilig vrijt of een stabiele relatie hebt, dat je geen virussen kunt oplopen.”

Op naar de HPV-test?

Vandaag blijft het driejaarlijkse terugbetaalde uitstrijkje de norm, al controleren veel gynaecologen je ook op het HPV-virus, wat veel meer objectief is dan een uitstrijkje. “Met microscoop naar afwijkende cellen zoeken heel subjectief”, aldus Ina Benoy. “Als je weet dat er van de 50.000 cellen maar 10 tot 20 afwijken, weet je ook waarom bij 40% tot 50% van de uitstrijkjes geen voorloperletsel vinden, terwijl het er wel is. Gelukkig duurt het 10 tot 15 jaar vooraleer de afwijkende cellen uitgroeien tot kanker en detecteren we ze tijdig.”

Als je weet dat er van de 50.000 cellen maar 10 tot 20 afwijken, weet je ook waarom bij 40% tot 50% van de uitstrijkjes geen voorloperletsel vinden, terwijl het er wel is.

Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg raadt alvast aan om de driejaarlijkse PAP-test te vervangen door de HPV-test bij vrouwen ouder dan dertig jaar. Bij jongere vrouwen komen de virussen té vaak voor en ze overwinnen zij ze immers meestal.

Of je dankzij de HPV-test ook weet welk type virus in je lichaam leeft? “De meeste labo’s detecteren louter of je HPV hebt, wij detecteren ook het type”, zegt Ina Benoy. “Nuttig, want soms hebben vrouwen eerst HPV type 52, zes maanden later type 18 en nog later fase type 31. Kortom, allemaal nieuwe infecties na een nieuwe relatie of sekspartner, maar deze vrouw overwint de infecties wel. Als je voor een langere periode besmet blijft met hetzelfde HPV-type, is er wel extra onderzoek nodig. Heb je geen afwijkende cellen, dan volstaat een jaarlijkse controle.”

Naast aan opsporingsmethoden en advies een beleidsmakers, werken wetenschappers aan een behandeling tegen HPV. Maar daarop is het nog wachten. “Een virus uit een cel jagen is veel moeilijker dan een virus uit een cel houden”, zegt dokter Poppe. “Je laten screenen, naar je lichaam luisteren, goed communiceren met je dokter en waken over immuniteit, bijvoorbeeld door niet te roken, zijn momenteel de beste manieren om HPV en alle gevolgen een kopje kleiner te maken.”

Vragen over HPV of kanker? Bel gratis naar de Kankerlijn van Kom op tegen Kanker via 0800 35 445 of www.kankerlijn.be. Ook op www.kanker.be vind je veel info.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content