Illustrator Carll Cneut: ‘Ik heb van mijn beperkingen als tekenaar mijn kracht gemaakt’
Gelauwerd illustrator Carll Cneut (55) is bekend van ondertussen 25 sprookjesachtige prentenboeken en zijn schilderijen voor het galeriecircuit. Villa Verbeelding in Hasselt toont momenteel de originele illustraties uit zijn jongste boek O Pinokkio in de groepsexpo Karakters in prentenboeken.
‘Tekenen heeft altijd een bijzondere betekenis voor mij gehad omdat het me doet terugdenken aan mijn vader. Hij is gestorven aan een hersenbloeding toen ik acht was – ik heb dus niet veel herinneringen aan hem. Maar ik ben nooit vergeten hoe onrustig ik was als ik in bed gestoken werd, en hoe mijn vader me dan tot rust bracht door samen een Mickey Mouse en andere figuren te tekenen. Bovendien ontdekte ik rond mijn negende het werk van James Ensor, we hadden vier reproducties bij elkaar gespaard met punten op de verpakking van Soubry-spaghetti. Dat was een openbaring: ik ontdekte dat beelden veel meer konden tonen dan een landschap of een stilleven en echt een verhaal konden vertellen, waardoor ik gebeten raakte door het tekenen.
Op de kunstacademie in Geluwe en op school verdween mijn liefde echter. Daar moest ik me telkens aan de opdracht houden en allerlei regels toepassen, terwijl ik het gewoon op mijn manier wilde doen. Ik kreeg altijd zulke slechte punten voor mijn werk dat ik een desinteresse ontwikkelde voor het tekenen, en toen ik later in Gent aan Sint-Lucas ging studeren, versterkte het vak illustratie die afkeer nog. Voor mij was illustrator worden dan ook totaal uit den boze. Mijn toekomst lag in de grafische vormgeving, dacht ik, dus stapte ik na mijn studies in de reclamesector en stortte ik me op het ontwerpen van campagnes.
Mijn geluk was dat ik aan Sint-Lucas ook les had gekregen van striptekenaar Ferry Van Vosselen. Hij zag hoe ik worstelde met het vak illustratie en hoe mijn pogingen om mooi en goed te tekenen ten koste gingen van mijn eigenheid. Dat was nergens voor nodig, vertelde hij me op een keer: “Je hoeft niet goed te kunnen tekenen om goed te illustreren.”
Op het moment zelf was ik al zodanig afgekickt van het tekenen dat zijn woorden me weinig deden. Maar toen het magazine Flair en uitgeverij De Eenhoorn me op mijn 27ste om illustraties vroegen, was het wel dankzij Ferry dat ik mijn zelfvertrouwen terugvond en begreep dat ik van mijn beperkingen als tekenaar ook mijn kracht kon maken. Zo hadden mijn eerste boeken tekortkomingen zat: mijn figuren waren vaak onaf en toonden geen emoties, ik tekende ze in profiel omdat ik niet anders kon, en als ik iets niet kon verbeelden, verstopte ik dat door er iets anders voor te zetten. Maar mijn illustraties brachten wel het verhaal over en ze waren anders, waardoor ze mensen ook opvielen.
Vandaag is elk boek dat ik maak nog altijd een zoektocht: ik panikeer eerst enkele maanden omdat ik niet weet hoe ik het moet aanpakken, en eens het klaar is, heb ik zoveel bijgeleerd dat ik haast opnieuw zou willen beginnen. Allemaal gedoe dat ik zou vermijden als ik vroeger minder afkerig had gestaan tegenover de regels van de kunst en meer technische bagage bezat. Maar dan zou ik ook nooit zo mijn ziel en mijn gevoel in een boek kunnen leggen en de loopbaan hebben die ik nu heb. Dat is ook wat ik mijn studenten aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Gent probeer mee te geven: nagenoeg iedereen kan met wat studie en oefening een schone kop tekenen. Maar de manier waarop jij dat doet, met jouw eigenheid en authenticiteit, dat kan niemand.’
O Pinokkio (25 euro) is verschenen bij Querido. Expo tot 19 april 2025. villaverbeelding.be
Lees ook: Illustrator Tom Schamp: ‘Concepten bedenken leidt alleen maar tot frustraties’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier