Drie vrouwen kijken terug op hun abortus: ‘Het is een opoffering die ik heb gedaan voor ons gezin’

© Getty Images

Jaarlijks kiezen bijna zeventienduizend vrouwen in ons land voor een zwangerschapsonderbreking – en toch hangt er nog vaak een stilte rond abortus. Drie vrouwen vertellen over hun keuze. ‘Dat kleine, bevruchte eicelletje zal altijd met me meegaan.’

Een op de vijf vrouwen in ons land laat ooit een abortus uitvoeren. Dat is evenveel als het aantal vrouwen dat een miskraam krijgt, en toch praten we veel minder over abortus. Hoe komt dat?

Liesbeth Lambeets is vroedvrouw bij Dilemma, het abortuscentrum van de VUB, en projectmedewerker bij LUNA abortuscentra: ‘Hoewel abortus niet uitzonderlijk is, ervaren sommige vrouwen toch een gevoel van schaamte wanneer ze voor een zwangerschapsonderbreking kiezen. Mensen denken al snel: het zal wel je eigen schuld zijn, terwijl het ook vrouwen overkomt die wel degelijk anticonceptie gebruiken. Sommige vrouwen durven er niet over te vertellen omdat ze weten dat andere mensen in hun omgeving wél graag zwanger willen worden, maar daar niet in slagen of een miskraam achter de rug hebben.’

Het idee leeft ook nog steeds dat een ongewenste zwangerschap vooral tienermeisjes, laagopgeleide vrouwen of singles met een actief seksleven overkomt.

‘Dat vooroordeel is inderdaad heel hardnekkig. De gemiddelde vrouw die in België een abortus heeft, is 29 jaar, heeft een vaste partner en één of twee kinderen. Het zijn vrouwen zoals jij en ik, uit alle lagen van de bevolking. Vrouwen kiezen voor abortus omdat ze zichzelf te jong vinden voor een kind, een voltooid gezin hebben of geen kinderen willen.’

‘Sommigen willen wél graag moeder worden, maar beseffen dat ze door hun financiële situatie, een onstabiele relatie of een gebrek aan mentale draagkracht momenteel niet de ouder kunnen zijn die ze willen zijn. Dan is abortus een verantwoorde keuze, al zorgt dat soms voor heel tegenstrijdige gevoelens.’

Een vrouw wilde het vruchtje na de curettage mee naar huis nemen, om het daar in een mooi doosje te begraven en bewust afscheid te nemen.

Liesbeth Lambeets

‘Het is niet omdat je voor een zwangerschapsafbreking kiest dat je daar geen verdriet om hebt. Ik heb ooit een vrouw begeleid die het vruchtje na de curettage mee naar huis wilde nemen, om het daar in een mooi doosje te begraven. Ze wilde heel bewust afscheid nemen, en dat vond ik mooi. Een abortus hoeft geen trauma te zijn, maar voor veel vrouwen is het wel een moeilijk moment in hun leven. Daar mogen we niet van wegkijken.’

Jullie pleiten met de LUNA abortuscentra voor een nieuwe abortuswet zonder verplichte bedenktijd en met de uitbreiding van de termijn voor zwangerschapsafbreking tot 18 weken. Dat stoot in sommige kringen op weerstand. Kun je dat begrijpen?

‘Er is een discrepantie tussen wat de wetenschap zegt – namelijk dat een foetus tot 24 weken niet levensvatbaar is – en het gevoel van veel mensen. Door de huidige technologie kunnen zwangere vrouwen het vruchtje dat ze dragen steeds sneller zien en er een band mee ontwikkelen.’

‘Ik begrijp waar de weerstand vandaan komt, maar we hebben nood aan een abortuswet die mee is met de tijd. Vandaag dwingen we elk jaar vierhonderd vrouwen om zwanger te blijven of naar Nederland te trekken, waar abortus tot 24 weken mogelijk is. Daar wordt niemand gelukkig van.’

Bekijk de campagne van LUNA abortuscentra op abortusendan.be

Op haar dertigste raakte Sanne* (40) zwanger na een onenightstand. Ze twijfelde geen moment en liet de zwangerschap afbreken.

‘Mijn omgeving kent me als een braaf meisje, maar tien jaar geleden heb ik even heel losbandig geleefd. Ik was opnieuw single na een lange relatie, en had net de diagnose gekregen van multiple sclerose. Ik was verdrietig, boos en bang om alles wat me overkwam en vluchtte weg in het uitgaansleven en losse flirts, zonder mezelf goed te beschermen.’

‘Zo ging het ook die ene avond. We kenden elkaar uit onze studententijd, we hadden samen op kot gezeten. Hij was getrouwd, dat wist ik toen hij opnieuw contact met me zocht, maar in de slaapkamer ging het er niet meer zo spannend aan toe tussen hem en zijn vrouw. Hij snakte naar seks, ik was kwetsbaar en had nood aan aandacht. We belandden samen in bed, ook al voelde ik me totaal niet tot hem aangetrokken. Ik vond het eigenlijk niet eens fijn, maar liet het gebeuren. Het kon me allemaal niet schelen.’

‘Toen hij die avond wegging, had ik meteen een slecht voorgevoel. Waarom ik de ochtend nadien niet naar de apotheek gegaan ben voor de morning-afterpil weet ik nog altijd niet goed. Ik schaamde me, denk ik. Het voelde aan alsof ik iets schandaligs gedaan had, dus probeerde ik gewoon te verdringen wat er gebeurd was. Tot ik mijn lichaam voelde veranderen en ik de feiten niet langer kon negeren. Een zwangerschapstest bevestigde mijn vermoeden: ik was acht weken zwanger.’

Ik wilde elk spoor van de verwekker uit mijn lichaam wissen.

‘Ik wist meteen: dat vruchtje moet weg. Ik voelde er geen enkele band mee, net zoals met de ­verwekker ervan, van wie ik zelfs een soort afgrijzen had ontwikkeld. Het enige dat ik wilde, was elk spoor van hem uit mijn lijf wissen.’

‘In het abortuscentrum reageerden ze heel begripvol – ik weet nog dat ik daar opgelucht om was. Ik had een vriendin meegenomen die zelf ook al een abortus had laten doen. Na de curettage ben ik met haar mee naar huis gegaan. Ik ben blij dat ik niet alleen was, want de buikkrampen na de ingreep waren verschrikkelijk. Niemand had me gewaarschuwd dat de pijn zo fel kon zijn.’

‘Achteraf overheerste de opluchting: ik was niet meer zwanger, het was allemaal achter de rug. Van de man zelf heb ik nog één berichtje gekregen, een paar weken nadat we seks hadden gehad. Hij vroeg hoe het met me ging – ik vermoed dat hij opnieuw op zoek was naar seks. Ik heb hem geantwoord dat ik zwanger was geweest van hem en dat ik een abortus had laten doen. Daarna heb ik nooit meer iets van hem gehoord.’

‘Intussen ben ik getrouwd en moeder geworden. Vanaf het ogenblik dat ik wist dat ik zwanger was van onze zoon, voelde ik meteen heel veel liefde voor hem. Tegelijkertijd flitste die ongewenste zwangerschap door mijn hoofd. Er was al eens iets gegroeid in mijn buik, ik had al een kind kunnen hebben. Dat was een vreemd besef, maar spijt over mijn abortus heb ik nooit gevoeld, zelfs geen verdriet. Het was de enige juiste beslissing.’

Anneleen* (40) en haar man hebben twee zoontjes. Enkele maanden geleden raakte Anneleen onverwacht opnieuw zwanger, maar omdat haar man een derde kind niet zag zitten, onderging ze een abortus.

‘Het was een complete verrassing dat ik op­­nieuw zwanger was. Sinds de geboorte van onze jongste zoon nam ik geen hormonale anticonceptie meer, maar gebruikten we condooms, in afwachting van een vasectomie bij Frederik. Een veilige methode, of dat dachten we toch.’

‘Een derde kind stond niet op onze planning, maar in alle eerlijkheid: ik wilde het heel graag. Voor Frederik was het echter on­­bespreekbaar. Een paar jaar geleden hebben we met onze jongste zoon een heel intens parcours afgelegd. Na een slechte start in het ziekenhuis, waar hij als pasgeborene opgenomen werd met een longontsteking, heeft hij het eerste jaar van zijn leven alleen maar gehuild en amper geslapen. Het was een slopende periode waarin we allebei totaal uitgeput geraakt zijn.’

‘Een opname in kleine K (de afdeling babypsychiatrie van het UPC KU Leuven, red.) heeft ons weer wat draagkracht gegeven, maar voor Frederik is dat jaar echt traumatisch geweest. Het moment dat hij hoorde dat ik opnieuw in verwachting was, raasde de paniek door zijn lijf. Hij werd meteen teruggeworpen in dat gitzwarte jaar en kon de gedachte niet aan om opnieuw zoiets mee te maken.’

‘Ik was ook bang, maar tegelijkertijd had ik veel vertrouwen in ons gezin. We hadden al zoveel shit doorstaan, we zouden dit ook aankunnen, maar Frederik was duidelijk. Als ik zou doorgaan met de zwangerschap, zou het zonder hem zijn.’

Het is een opoffering die ik gedaan heb voor ons gezin.

‘Het waren emotionele weken waarin we elkaar even totaal kwijt leken te zijn. Ik zag de angst van Frederik, die zo groot was dat ik me uiteindelijk neergelegd heb bij de beslissing om de zwangerschap af te breken, ook al wilde ik het kindje zo graag verwelkomen. Ook bij de psycholoog in het abortuscentrum heb ik die wens uitgesproken, maar ik heb gekozen voor Frederik en mijn gezin.’

‘Een gesprek met een goede vriend had Frederik intussen doen inzien dat zijn houding kwetsend was voor mij, waardoor ik me eindelijk gezien en gehoord voelde. Het maakte de beslissing draaglijker, maar niet minder moeilijk. Op de ochtend dat ik de pillen moest nemen die het vruchtje zouden afdrijven – ik had voor de abortuspil gekozen omdat ik liefst thuis wilde zijn ­– heb ik staan schreeuwen in de tuin.’

‘Ook Frederik was thuis, maar de grootste steun kwam van een goede vriendin, die speciaal verlof genomen had. Ze had lekker eten meegenomen, stak het haardvuur aan en legde me onder een dekentje. Ze heeft me omhelsd en getroost, ik heb in haar schoot liggen huilen. Ergens in de loop van de namiddag heb ik heel hevig gebloed. Toen wist ik: het is voorbij. Hoe leeg ik me ook voelde, ergens was het ook een warme dag waarop ik me geliefd en omringd voelde. Daar ben ik heel dankbaar voor.’

‘Hoewel ik het graag anders had gewild, heb ik vrede met de keuze die Frederik en ik gemaakt hebben. Ik ben heel erg boos op hem geweest, zeker de weken voor de abortus. Nu kan ik zijn paniek en zijn opluchting beter begrijpen, al neemt dat mijn verdriet niet weg. Frederik laat me rouwen en dat doet deugd. We laten onze tegenstrijdige gevoelens gewoon naast elkaar bestaan. De abortus is voor mij een opoffering die ik gedaan heb voor ons gezin, maar ik verwijt Frederik niets. Wat gebeurd is, heeft geen kloof geslagen tussen ons, integendeel. We voelen ons juist sterker verbonden.’

‘Onlangs waren we samen naar de Efteling, en toen dacht ik: ik had hier met een dikke buik kunnen rondlopen. Dat kleine, bevruchte eicelletje zal altijd met me meegaan. Ik zal het niet overal hardop uitspreken, maar ik voel me moeder van drie.’

Karolien* (43) en haar man kozen achttien jaar geleden voor abortus om hun prille relatie niet onder druk te zetten. Intussen hebben ze samen twee kinderen.

‘Onlangs moest ik in een medisch dossier invullen hoeveel keer ik zwanger ben geweest. Vier keer, moest ik schrijven, want voor de geboorte van onze oudste dochter heb ik een miskraam gehad. Het blijft vreemd om dat te beseffen.’

‘Mijn eerste zwangerschap was een donderslag bij heldere hemel. Ik was 26 jaar, woonde alleen ergens op een zolderkamertje en had net mijn job opgezegd om een paar maanden te gaan rondreizen. Jef werkte op dat moment in het buitenland, waar ik hem ben gaan bezoeken.’

‘Toen ik terug in België ontdekte dat ik zwanger was, was ik in shock. In mijn hoofd was een ongewenste zwangerschap iets voor tienermeisjes, of vrouwen met wisselende partners. Ik had nooit gedacht dat het mij zou overkomen. Ik nam de pil, maar had tijdens mijn bezoek aan Jef een voedselvergiftiging opgelopen. Waarschijnlijk heeft dat ervoor gezorgd dat mijn pil niet goed gewerkt heeft.’

‘Mijn leven is voorbij, dacht ik. Ik was totaal niet klaar voor een kind, en zeker niet met Jef. We waren niet eens echt een koppel, het was allemaal heel onduidelijk. In tranen heb ik naar Jef gebeld, die zonder aarzelen in een taxi naar de luchthaven is gesprongen om het vliegtuig naar België te nemen. Een daad van liefde – mijn moeder herinnert me er nog elke keer aan wanneer ik eens zeur over Jef – maar op dat moment had ik daar geen nood aan. Ik wist zelfs niet of ik eigenlijk wel een relatie met Jef wilde. Hoewel ik hem duidelijk liet voelen dat ik zijn aanwezigheid niet hoefde, bleef hij de hele tijd in mijn buurt. Hij was ontzettend begripvol en legde de beslissing over de zwangerschap volledig in mijn handen.’

Ik was totaal niet klaar voor een kind.

‘Voor mij bestond er geen twijfel, dus maakte ik een afspraak bij de abortuskliniek. Pas nu besef ik hoe bijzonder die keuzevrijheid is: je kunt in ons land gewoon op je fiets stappen en naar een abortuscentrum gaan. De gedachte dat sommige landen abortus niet toestaan of opnieuw willen verbieden, vind ik angstaan­jagend.’

‘De psycholoog in het centrum was heel vriendelijk, in tegenstelling tot de gynaecoloog, die vlakaf zei dat ik rechtstreeks van de abortuskliniek naar mijn werk kon gaan, alsof er niets gebeurd was. Absurd vond ik dat, want zelf was ik volledig van de kaart. Om wat te bekomen, ben ik met mijn mama en Jef een paar dagen naar de kust geweest. Op alle foto’s die toen genomen zijn, heb ik een lijkbleek gezicht. Hoe opgelucht ik ook was, ik vond het allemaal heel ingrijpend.’

‘Jef is uiteindelijk nooit meer vertrokken, en een paar jaar later zijn we heel bewust aan kinderen begonnen. Ik ben trots dat we nog altijd een koppel zijn, ondanks de turbulente start van onze relatie. Spijt over onze beslissing hebben we nooit gehad. Onze relatie had een kind niet overleefd, daar ben ik zeker van. Die abortus heeft ervoor gezorgd dat we nog steeds samen zijn. Ik denk er niet vaak meer aan, maar vergeten zal ik het nooit.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content