Zelfstandige en geldbewuste kinderen: ‘Opgroeien in eenoudergezin kan positief zijn voor de ontwikkeling van het kind’

© Marie Grégoire
Katrien Huysentruyt Journalist

Ter gelegenheid van de Dag van de Alleenstaande Ouder maakt kledingketen Bristol de resultaten bekend van hun onderzoek rond single parenting. We vroegen psycholoog Tim Verleyzen om duiding en drie ervaringsdeskundigen naar de pros en cons van het eenoudergezin.

Op donderdag 21 maart is het de Dag van de Alleenstaande Ouder. In ons land zijn 508.209 ouders alleenstaand, of 9,9% van alle Belgische huishoudens. Minstens een op zes kinderen groeit op in een eenoudergezin. Uit de studie van Bristol blijkt dat dit een positieve invloed kan hebben op de ontwikkeling van het kind. Zo leren de kinderen zelfstandiger worden (67%), kritischer in het leven staan (52%), al jong beter met geld omgaan (47%) en krijgen ze een grotere realiteitszin mee (55%). 

Daarnaast is er de sterke ouder-kindrelatie. Ouders (59%) geven aan dat ze een hechtere band hebben, bij 54% vormen ze samen een hecht team. Bijna 40% geeft ook aan dat de kinderen meer rekening houden met hun ouders.

Drie moeders over hun eenoudergezin

Griet, Evelyne en Els kozen ervoor om een kind te krijgen zonder partner en vertellen over hun ervaring als alleenstaande ouder, de mogelijke struikelblokken en de positieve punten. 

Evelyne (50) heeft een dochter van 11: ‘Toen mijn dochter bij een ruzie zei dat ze bij haar meter ging wonen, was ik opgelucht: ze voelde dat ze buiten mij nog iemand had

‘De flexibiliteit als alleenstaande ouder is voor mij een plus. Ik ben iemand die graag reist en heb in het buitenland gewoond. Ik hoef voor mijn woonplaats geen rekening te houden met een partner. Een ander voordeel was dat toen mijn dochter als baby ‘s nachts of heel vroeg wakker werd, ik gewoon opstond. Ik had geen keuze, terwijl ik me kan inbeelden dat het voor een koppel onderwerp kan zijn van irritatie. Ik hoefde daar mijn energie niet in te steken. Het is daarnaast makkelijk dat je voor de kleine beslissingen niet in overleg hoeft te gaan. 

Voor grote belangrijke keuzes vind ik het moeilijker, zoals schoolkeuze, nu mijn dochter naar het secundair zal gaan. Daarvoor kan ik rekenen op een goeie vriendin – haar meter – en haar man. Zij kennen mijn dochter goed en zijn betrokken bij haar opvoeding. Voor zulke beslissingen vind ik het delen van de opvoeding toch essentieel.

Creatief denken

Meer dan in klassieke gezinnen, ga je als alleenstaande ouder op zoek naar creatievere oplossingen. Ik werk ook buiten de schooluren van mijn dochter zodat ik me blauw betaalde aan babysit. Dat opvangprobleem heb ik opgelost met een inwonende student. Ik woon echter krap waardoor ik vier jaar lang op een zetel in een klein kamertje heb geslapen. Ik boette dan wel in aan ruimte en privacy, ik kreeg een stukje financiële en persoonlijke vrijheid terug. En mijn dochter leerde op die manier dat er altijd oplossingen zijn, een mooie vaardigheid om mee te geven. 

Good cop, bad cop

Wat ik ervaar is dat mijn kind heel loyaal is naar mij toe. Ik ben me wel bewust van die valkuil. Soms moet ik haar heel duidelijk zeggen dat zij mij niet moet verzorgen of blij maken, dat het haar taak niet is. Misschien dat je daar in een eenoudergezin alerter voor moet zijn. Daarnaast merkte ik dat, als ik consequent grenzen stelde en haar strafte, ze zich heel alleen kon voelen. Op dat moment moest in mijn rol blijven terwijl ik zag dat ze eigenlijk meer afzag van het alleen zijn dan van de straf. Toen ze ongeveer vijf jaar was, kon ze dan echt angstig worden. Ik denk dat ze ervan zich bewust was dat als ik wegviel, er niemand was om voor haar te zorgen.

Er zijn maar weinig verhalen die uitgaan van een eenoudergezin waar geen problematische situatie aan vooraf ging

Dat was zo’n punt waarop ik ben gaan samenzitten met de meter en haar man, omdat ik het niet alleen kon oplossen. We hebben geprobeerd haar duidelijk te maken dat ze zowel praktisch als emotioneel, behalve bij mij, altijd bij haar meter terechtkan. Ik overlegde soms ook met hen als ik moest straffen: ik zou de strenge zijn, de meter wat toeschietelijker, haar man gaf de knuffel. Zo konden de rollen verdeeld worden over andere mensen. Ooit bij een ruzie zei mijn dochter dat ze weg zou gaan om bij hen te gaan wonen. Toen was ik opgelucht: ik besefte dat ze voelde dat ze buiten mij nog iemand had om naartoe te gaan. Dat was heel belangrijk voor mij.

Geen referentiekader

Ze is ook heel sociaal en stapt makkelijk op andere kinderen af om te spelen, maar dat komt eerder doordat ze enig kind is. Had ik een partner, zou ik meer dan één kind gewild hebben. Organisatorisch en financieel lukt dat niet als alleenstaande. Dat ik mijn kind alleen opvoed, is zeker anders dan ik verwacht had toen ik jong was. Toen ik opgroeide, kende ik geen enkel eenoudergezin. Ik ben zelf opgegroeid in een heel klassiek gezin, met broers en zussen. Er was geen referentiekader om op terug te vallen, waardoor ik het helemaal zelf heb moeten vormgeven. 

Zeg niet ‘bommoeder’

Zelfs nu ken ik eigenlijk maar één collega die alleen haar kind opvoedt. Ik heb ook nog maar weinig verhalen gelezen, of kunnen voorlezen aan mijn dochter, die uitgaan van een eenoudergezin. Wel waarin een ouder sterft of na een scheiding maar nooit zonder problematische situatie vooraf. Met het begrip ‘bewust ongehuwde moeder’ heb ik het trouwens moeilijk. Ik ben wel alleenstaand maar had het zelf liever anders gezien. Het leven is zo gelopen omdat er geen partner was. Er zijn natuurlijk alleenstaande ouders die het per se in hun eentje willen doen. Dat is bij mij niet het geval. Dankzij onze maatschappij heb ik toch een kind kunnen krijgen, maar ik heb er niet bewust voor gekozen. Daarom word ik niet graag in dat hokje gezet.’

Els (39) heeft een zoon van 19 maanden: ‘Sinds de geboorte is er wel die angst dat mij iets zou overkomen

‘Het klinkt misschien wat hard maar het is leuk dat ik als alleenstaande ouder baas ben over alles. Ik merk dat er toch vaak discussies zijn met de partner over de opvoeding. De keerzijde is dat als je met twee bent, je altijd alles kunt overleggen. Maar dat weegt voor mij niet op tegen het voordeel. Mocht ik bovendien een nieuwe partner vinden en die relatie loopt fout, blijft alles relatief bij het oude. Qua opvoeding kan er met hem niets gebeuren wat ik niet wil. Je moet natuurlijk wel alles alleen doen. Momenteel ligt er overal speelgoed en ik moet de lakens nog vervangen… Het zou wel makkelijk zijn, mocht iemand anders dat in mijn plaats kunnen doen. Vroeger ging ik ook vaak sporten. Ik krijg het echter niet over mijn hart om hem vier keer per week bij een oppas te zetten omdat ik graag wil gaan fitnessen. Maar dat zie ik niet als een nadeel, ik heb ervoor gekozen. 

Aangepaste uren

Ook financieel lukt het best goed. Ik was het al gewend om rond te komen met één loon, dan doe je geen onbezonnen aankopen. En er is verhoogd kindergeld, een aanmoedigingspremie en ouderschapsverlof, ik betaal het laagste tarief bij de crèche en koop vaak tweedehandsspullen. Met twee inkomens kom je uiteraard veel beter rond, maar ik heb niet het gevoel dat ik kan klagen. Als hij binnenkort naar school gaat, moet ik wel op zoek naar een andere job. Als kinderbegeleider in een crèche werk ik in shiften en de laatste loopt tot half zeven. Een negen-tot-vijf-job zou beter zijn. Ik wil hem liever niet te lang aan iemand anders overlaten.

Grootste obstakel: hulp vragen

Sinds de geboorte is er wel die enorme angst dat mij iets zou overkomen. Het beheerst mijn leven niet maar ik denk er wel heel vaak aan. Ik neem aan dat het bij elke ouder wel leeft. Toen ik even nog een tweede baby overwoog, dacht ik meteen: je moet er nu ook niet om vragen. Dat zouden dan twee kinderen zijn die opgevangen moeten worden. Een ander obstakel is hulp vragen, al is dat voor mij altijd al zo geweest. Mijn moeder helpt me met het grootste plezier, maar zelfs als ze het zelf voorstelt, vind ik het moeilijk om het zomaar te aanvaarden. Dat is een werkpunt. 

Uiteindelijk is dit een egoïstische beslissing: ik heb hiervoor gekozen, hij niet

Mogelijk ben ik zelf diegene met de vooroordelen. Ik hoor voortdurend dat ik het zo goed doe, dat mensen blij voor me zijn… En ik ben ook heel blij maar ik hoop ook dat hij het me later niet kwalijk gaat nemen dat ik hem zonder papa op de wereld heb gezet heb. Het is zijn goed recht om zich zo te voelen, vind ik. Uiteindelijk is dit een egoïstische beslissing: ik heb hiervoor gekozen, hij niet. Dat hij het later misschien niet zo leuk vindt, daar ben ik me wel van bewust. Maar eigenlijk krijg ik alleen maar leuke reacties, dat is wel fijn. Ik heb hier tien jaar van gedroomd. Toen ik de knoop doorhakte, besefte ik wel dat mijn ideaalbeeld van de toekomst iets bijgesteld zou moeten worden. Maar ik heb een heel tof kind, voor mij is het echt de beste stap die ik al gezet heb in mijn leven.

Sociaal vangnet

Mijn moeder was er al van bij de bevalling bij, als ik hulp nodig heb, kom ik daarom makkelijker bij haar terecht. Mijn zoon kent haar goed en is altijd heel blij om haar te zien – en omgekeerd. Ook op mijn vader, broer en zus kan ik rekenen. Voor ik aan het traject begon, gaven ze al aan dat ze me graag wilden helpen. Als ik anderen hoor, lijkt het alsof ik een bovenmenselijke krachttoer aan het verrichten ben, maar ik vind het momenteel best oké. Mijn zoon is natuurlijk wel een goede slaper die geen problemen heeft gehad. Misschien zou het anders zijn geweest met een huilbaby. Er zijn ook kinderen die superhard aan de ene ouder hangen of die meteen beginnen huilen als ze aankomen in de crèche: dat doet hij gelukkig niet. Ik was er ook wel alert voor. Na de bevalling wilde ik zo snel mogelijk alleen met hem de buitenwereld in, omdat ik wist dat dit in de toekomst de realiteit zal zijn.

Griet (50) heeft een zoon van 12: ‘Iemand die een beetje de scheidsrechter kan spelen, dat mis ik toch wel

‘Als alleenstaande ouder hoef ik me alvast niet afvragen wie er het vuilnis zal buitenzetten, of wie er eten zal maken. Er gaat geen energie naar ruzie over klussen die blijven liggen. Toen mijn zoon wat jonger was, vond ik het ook handig dat mijn beslissingen door niemand in twijfel getrokken werden. Hij wist dat als ik iets beslist had, het gewoon zo was. Wel vond ik het soms vervelend om altijd in die kindertaal te zitten, zonder een volwassen gesprek te kunnen voeren. 

Vandaag is het eerder dat ik overal aan moet denken: de agenda bijhouden, huiswerk in het oog houden. Het belangrijkste nadeel is echter dat je alleen met jezelf kunt overleggen. Vooral de eeuwige strijd om de schermtijd, vind ik erg vermoeiend. Of als ik eten klaarmaak en de enige reactie is: ‘Ik lust dat niet’, met een lang gezicht. Het zou fijn zijn als er op die momenten iemand was die je bijvalt en zegt: ‘Maar het is wel lekker.’ Iemand die een beetje de scheidsrechter kan spelen, dat mis ik toch wel.

Minder op vakantie

Financieel lukt het, al schieten sommige activiteiten erbij in. Zo gaan we zelden uit eten. Omdat mijn zoon niet alles lust en er geen zin in heeft, maar ook omdat we sowieso elke dag met twee zijn. Daar gaat dus geen geld aan op. Ik ga wel veel koffietjes drinken met vriendinnen, of overdag alleen, tijdens een gestolen uurtje. Dat vind ik geweldig. Op zomervakantie gaan is ook minder evident. Het is een dure onderneming om het maar met twee te doen en, bijvoorbeeld op een camping, zie je dat iedereen met z’n eigen gezin optrekt. Daar zitten we dan weer met z’n twee. Ik zoek altijd een plaats waar er nog andere kinderen zijn en hij kan voetballen – voetbal verbindt – maar al bij al is hij liever gewoon thuis. Dus ga ik liever eens op citytrip met vrienden dan als gezin. Wel zijn we vele jaren gaan skiën. Daar wordt voor gespaard en we halen er allebei veel uit. Je moet nooit nadenken wat je gaat doen, het plan van de dag is elke ochtend duidelijk. In de namiddag mag hij dan mee met onze vriendengroep. Hem dan aan een te hoge snelheid de berg zien af denderen, is slecht voor mijn hart, maar wel fijn. 

Als je gescheiden bent, heb je ook een week zonder je kinderen. Ik ben altijd moeder

Ik heb een mooi loon, waarvoor ik ’s nachts, ’s avonds en in het weekend hard moet werken. Dat maakt dat we, zonder grote uitgaven, het financieel bolwerken. Omdat ik voltijds werk, vallen we echter uit de boot voor alle tegemoetkomingen. Als hij gaat verder studeren, denk ik dat dit een heel ander verhaal wordt. Sparen zit er niet in, en ik heb dan wel een eigen huis, daar betaal je geen kot mee. Er zijn natuurlijk alleenstaande ouders in veel moeilijkere situaties. Ik heb een gezond kind, geen extra kosten zoals pakweg logopedie of kine. Op dat vlak ben ik bevoorrecht.

Zelfstandiger

Mijn zoon is zeker zelfstandiger dan zijn leeftijdsgenoten. Tijdens de coronaperiode vond hij het als negenjarige geen probleem om alleen thuis te blijven. Ik ben thuisverpleegkundige en moet vaak ’s avonds weg. Dan bel ik hem op om te zeggen dat het tijd is om te gaan slapen. Dat gaat altijd heel vlot. Nu zit hij in het eerste middelbaar en zorgt hij er zelf voor dat hij op tijd vertrekt als ik al de baan op ben. Toen hij kleiner was, bracht ik hem naar mijn ouders als ik moest werken. En als ik eens niet bij zijn voetbalmatch kan zijn, dan springen zij in.

Altijd mama

Ik ben een alleenstaande ouder, niet gescheiden, dat maakt een groot verschil. Als je uit elkaar gaat, is er nog de ex-partner. Waarmee je misschien veel conflicten hebt, maar die nog voor een stuk mee opdraait voor de opvoeding. Ik ben eraan begonnen omdat ik mijn biologische klok voelde tikken, maar niet met de bedoeling zo lang alleen te blijven. Ik zag rond mij wel wat scheidingen en moeders die plots slechts halftijds mochten moederen, in die situatie wou ik niet terecht komen. Maar dat heeft ook een keerzijde: als je gescheiden bent, heb je een week zonder je kinderen. Ik heb mijn kind de hele tijd. Andere mama’s gaan een terrasje doen met vriendinnen terwijl de man bij de kinderen blijft. Maar als ik om negen uur ’s avonds thuiskom, wil ik hem niet weer alleen laten. Dat vind ik wel moeilijk, ook voor een mogelijke partner. Die moet er rekening mee houden dat ik altijd moeder ben, en niet om de week.’

Psycholoog Tim Verleyzen: ‘Verbinden met anderen, hulp (durven) vragen: het kan echt wel een verschil betekenen voor de alleenstaande ouder’ 

Kledingketen Bristol werkte samen met onderzoeksbureau Indiville voor een onafhankelijk onderzoek rond alleenstaand ouderschap. Psycholoog en gezinstherapeut Tim Verleyzen geeft meer duiding bij de resultaten.

Heeft een eenoudergezin ook zo z’n voordelen?

Tim Verleyzen: ‘Ook een eenoudergezin kan een positief opvoedingsklimaat bieden, op voorwaarde dat er duidelijke regels en structuren zijn, er emotionele afgestemd wordt op de kinderen en de communicatie goed en eerlijk verloopt. Maar het is niet omdat er voordelen aan zijn dat je er nu meteen voor moet kiezen. De beste situatie voor de emotionele ontwikkeling is nog steeds een intact gezin zonder conflict. Anderzijds ondervinden kinderen meer emotionele schade in een tweeoudergezin met conflict dan in een conflictvrij eenoudergezin. Conflict is een voorspeller van emotionele ontevredenheid.

Voor de alleenstaande ouder is het een belangrijk voordeel dat ze minder rekening moeten houden met een andere partner en dus minder zorgen hebben. Ze kunnen meer hun eigen ding doen. Dat voelt vaak bevrijdend aan. Al blijven ze bij een echtscheiding natuurlijk wel nog communiceren met de andere partner.’

Waar loopt het soms mis?

‘Als alleenstaande ouder moet je stevig in je schoenen staan, zowel praktisch en organisatorisch als maar sociaal-emotioneel. Je neemt verschillende rollen op die anders over twee personen verdeeld worden. Dat is best pittig. Het gevolg is dat de kinderen vaak taken gaan overnemen en in meerdere of mindere mate geparentificeerd worden. Als ze er voldoende erkenning voor krijgen, het niet onder druk gebeurt en het beperkt blijft, kunnen ze hierdoor wel een aantal kwaliteiten en competenties ontwikkelen voor het volwassen leven. Zo is het bemoedigend voor hun gevoel van zelfwaarde en zelfvertrouwen en stimuleert het hun zelfstandigheid en onafhankelijkheid. 

Wanneer kinderen er echter geen erkenning voor krijgen, of het gebeurt te intensief, kan dit ten koste gaan van hun schoolwerk en de emotionele en sociale ontwikkeling. Er kunnen gevoelens van intense onzekerheid ontstaan, met gevolgen voor de eigenwaarde. Misschien gaan ze hun eigen behoeften en verlangens negeren of er geen prioriteit aan geven.’

Wat zijn de grote struikelblokken voor een alleenstaande ouder?

‘Behalve hardnekkige vooroordelen komen uit de studie financiële moeilijkheden en eenzaamheid naar voor als voornaamste hindernissen voor single parents. Een aanzienlijk deel (58%) heeft moeite om rond te komen op basis van het gezinsinkomen. Ligt het maandinkomen onder 2.500 euro, dan is 3 op 4 ontevreden over de financiële situatie. Daarnaast is er de eenzaamheid. Waar in een eerste fase het alleen zijn als positief ervaren wordt, voelt het na een tijd belastend aan: alleen beslissingen moeten nemen, niemand om te sparren of overleg te plegen… Mensen zijn dan ook sociale wezens.

Bij een echtscheiding spelen emotionele conflicten vaak een rol, bij een overlijden zijn er andere emotionele issues. Ook bij de bewust alleenstaande ouder gaat er een bepaalde geschiedenis aan vooraf, al is die helemaal anders dan bij een echtscheiding of overlijden. Er zijn geen algemene patronen. Elke geschiedenis is anders. Elk eenoudergezin heeft zijn eigen unieke dynamiek.’

Wat kan eenoudergezinnen vooruithelpen?

‘We leven in een steeds meer individualistische maatschappij, maar It takes a village to raise a child. Ik moedig de alleenstaande ouder aan om zo veel mogelijk verbinding aan te gaan met anderen: familie, vrienden, buren, school, ouders van klasgenootjes en andere vriendjes. Het is belangrijk om hulp te vragen. Daar hangt jammer genoeg nog schaamte rond: in de huidige maatschappij wordt hulp vragen al te vaak beschouwd als falen. Maar de mens is een kuddedier, we hebben elkaar nodig. Verbinden met anderen, hulp (durven) vragen: het kan echt wel een verschil betekenen.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content