Singapore ontvangt na Hongkong de meeste toeristen per jaar. Wat is er zo bijzonder aan deze stadsstaat? Bruggenaar Peter Cabooter woont er bijna vier jaar als expat en vertelt over zijn favoriete plekjes in Singapore.
Peter Cabooter woont bijna vier jaar in Singapore en werkt daar als expat voor Barco. Hij is 32 jaar en afkomstig uit Brugge.
Peter Cabooter woont bijna vier jaar als expat in Singapore en waardeert het vooral dat er naast de indrukwekkende wolkenkrabbers nog veel authentieke buurten met leuke restaurantjes, cocktailbars en kleine rooftopbars te vinden zijn. Zijn persoonlijke tips voor een bezoek aan Singapore.
Wat maakt Singapore zo speciaal?
“Wat ik cool vind aan de stad is dat naast de bekende skyscrapers, Marina Bay Sands, al de kantoorgebouwen enzovoort, er ook authentieke buurten zijn. Na een tijdje kom je tot de vaststelling dat je als local eigenlijk alleen in dat deel van de stad komt voor professionele doeleinden of als er mensen op bezoek zijn. Het is natuurlijk wel indrukwekkend maar de andere buurten zijn precies “echter”.
De bekendere buurten zijn Chinatown en Little India, de namen spreken voor zich. De buurten die ik top vind zijn de buurt rond Club Street en Chinatown. Het is een mix van leuke restaurantjes, cocktailbars, kleine rooftopbars, bureaus (meestal voor startups en tech bedrijfjes). Gedurende het weekend wordt deze buurt zelfs autovrij gemaakt met tafels overal op straat. Voelt bijna Europees aan.
Een andere zeer interessante buurt is de buurt rond Arab Street, Kandahar Street etc. deze buurt is een mix van hippe klerenwinkels, tapijtenwinkels, allerlei Arabische restaurants en bars met waterpijpen enzovoort. Al deze winkels en bars/restaurants zijn gebaseerd in zogenaamde ‘shophouse’s, de authentieke (ondertussen beschermde) huizen van de lokale bevolking. Deze zijn trouwens ondertussen zeer gegeerd onder expats om in te wonen”
Peters favoriete adresjes
In de buurt van Haji Lane is er een bijzonder toffe cocktailbar: Bar Stories. Deze ligt op de eerste verdieping van een shophouse en ze werken er zonder menukaart. Er wordt dus een cocktail gemaakt volledig aangepast aan je persoonlijke smaak en goesting van het moment. Men komt dus letterlijk eerst een praatje maken om te weten te komen waar je zin in hebt.
Tussen Club Street en Chinatown ligt mijn favoriete restaurant van het moment: Esquina. Het is eigenlijk een tapas-bar maar wel met een zeer verfijnde keuken. Het restaurant ligt redelijk goed verstopt (je moet het dus weten zijn), neemt geen reservaties en de chef is opgeleid door Gordon Ramsey. Je neemt er best plaats aan de lange bar vanwaar je het voltallige keukenteam (een man/vrouw of 12) de magie op de kleine borden ziet brengen. Niet goedkoop maar zeker de moeite waard. Het is rock&roll qua sfeer en qua creaties op je bord.
In Club Street zelf is er een leuke, kleine rooftop bar die een beetje atypisch is voor Singapore. Het is er niet zo clean en proper als veel andere bars, eerder gezellig en kleinschalig. De eigenaar is een Spanjaard en die look/feel vind je wel terug. Het is er klein en gezellig, met zicht op de skyscrapers en DJ-sets tijdens het weekend.
