Het onrealistische schoonheidsideaal is niet alleen een probleem voor cisgenders (iedereen die gelukkig is met zijn of haar geboortegeslacht), ook transgenders kampen ermee. Dat schrijft Sophie Schers in het Nederlandse dagblad Trouw.
Sophie Schers, beleidsmedewerker bij het Transgender Netwerk Nederland en bestuurslid van het feministisch netwerk van Groenlinks, klaagt in een opvallend opiniestuk aan dat transgenders zo mogelijk nog meer dan anderen moeten beantwoorden aan een onrealistisch schoonheidsideaal.
Schers stelt dat de media een belangrijke rol uitoefenen op de publieke opinie. Helaas komen de overgrote uitlatingen in de media over transgenders uit de mond van een cisgender, ofwel iemand die gelukkig is met zijn geboortegeslacht. Al te gauw wordt er gesproken over ‘verbouwingen’ die al dan niet ‘geslaagd’ zijn. Zou de wereld ook zo begripvol hebben gereageerd als Caitlyn Jenner er minder – we quoteren – als ‘een soort godin’ had uitgezien?
Transgenders krijgen volgens Schers het idee dat ze enkel meetellen als ze beantwoorden aan de schoonheidsidealen die gelden voor cisgenders. Ofwel: dat ze op zijn minst een knappe man of vrouw moeten worden. Want wie er niet transgender uitziet, heeft een ‘dapper besluit’ gemaakt.
Geweld
Wie minder aan het schoonheidsideaal voldoet en er wel als een transgender uitziet, loopt volgens Schers een grotere kans bedreigd, beledigd of zelfs aangevallen te worden. In Nederland worden er wekelijks incidenten gemeld, maar vermoedelijk ligt het werkelijke aantal gevallen veel hoger.
2015 werd uitgeroepen als het jaar van de transgender, maar daar ziet Schers niet veel van in praktijk: “De bewondering die transgender-rolmodellen ten deel valt onder cisgenders weegt nog altijd niet op tegen het juk van het cisgender-ideaal.” (EK)
