Zomer in een knapperig bolletje: inspirerend lekkers met doperwten
Doperwtjes zijn de ultieme zomergroente, en zo lekker dat je ze ook rauw uit de peul kunt opeten. Aan de slag ermee!
Doperwten heten peultjes wanneer ze zo jong zijn dat ze met dop en al gegeten kunnen worden. De jong ontwikkelde erwtjes uit de rijpere en meer ontwikkelde peulen zijn zo uit de dop rauw te eten. De smaak is zoet en floraal en de textuur is krokant : liefhebbers beschouwen deze rauwe jonge erwten als echte snoepjes van de natuur.
Verse doperwtjes hebben een mooi afgeronde, diepe zomerse smaak. Ze hoeven nauwelijks gekookt te worden in weinig water met een klontje boter. Sommige mensen geven de voorkeur aan diepvrieserwtjes omdat ze supervers worden ingevroren. Maar als je deze maanden krakend verse exemplaren kan bemachtigen, mag je die echt niet laten liggen. Doperwtjes zijn tijdens de zomermaanden op hun best.
Zingende erwten
Bij de aankoop moet je erop letten dat de peulen vast aanvoelen, nog glanzen en geen witte of gele vlekken vertonen. Wanneer je twee verse doppen tegen elkaar wrijft, moeten ze ‘zingen’.
Zelf doppen is misschien een karwei, maar wel een dat de moeite waard is. Dat gaat betrekkelijk snel als je het het uiteinde van de peul breekt en vervolgens de naad wegtrekt. Daarna kan je de peul openen en de erwten er (met nog wat liefdevolle aanmoediging) uit laten glijden. Dubbel doppen is niet nodig: het velletje van de erwt is erg dun en kan gewoon worden opgegeten.
Aan de slag
Eigenlijk zijn verse doperwtjes al zo lekker op zich dat ze niet veel anders meer nodig hebben. In de klassieke keuken voegen chefs vaak wat peterselie of bonenkruid toe en in Engeland is de combinatie met wat gehakte munt en een klontje boter wijd verspreid. Ze passen ook bij vele soorten vis en vlees en met hun unieke textuur verfrissen de knapperige bommetjes elk smeuïg gerecht.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier