Jean-Paul Mulders

‘Ik voel ChatGPT aan mijn kuiten knabbelen. Hij begrijpt zelfs mijn schrik om overbodig te worden’

Jean-Paul Mulders Columnist voor Knack Weekend en schrijver

De horlogemaker heeft mij een westminsterklok cadeau gedaan. Ze speelt het wijsje van Big Ben in Londen: vier tonen op het kwartier, acht op het halfuur, twaalf bij kwart voor en zestien op het hele uur, waarna ze enthousiast laat horen hoe laat het is. Het is een Junghans uit 1928, met bloemen in jugendstil. ‘Je mag ze hebben’, zei de horlogemaker. ‘Anders gaat ze toch maar naar het containerpark.’

Hij is de enige in zijn soort in deze stad van een kwart miljoen zielen. De laatste der Mohikanen – een type waar ik een zwak voor heb, misschien omdat ik mijzelf ook zo voel. In zijn werkplaats staan koekoeksklokken, koepelklokken, rococoklokken, staande klokken, reisklokken, verjaardagsklokken, skeletklokken en klokken van de Amsterdamse school. Daar zit hij tussen, gebogen over ingewikkelde mechaniek, zijn grijze haren in een paardenstaart samengebonden. Mijn dochter vindt hem een personage uit de verhalen van Harry Potter.

Soms vrees ik dat zijn zaak zal worden opgeslokt door het nagelatelier ernaast. Ik stel me voor hoe een jonge vrouw de deur opent en zegt: ‘De horlogemaker? Die hebben we naar het containerpark gebracht.’

De klok houdt mij bij de tijd, zoals klokken horen te doen. Ze herinnert mij eraan dat er alweer een kwartier verstreken is – en dat ik beter kan bewegen om een bevroren schouder te voorkomen. Haar galm geeft mij het gevoel dat ik niet in een rijhuis woon, maar in een kasteel met mysterie en vleugels. Ze wekt heimwee naar dagen die ik mij niet eens bewust herinner. In mijn jeugd, bij nonkel André of tante Paula, stond er vast zo’n klok.

Als ze slaat, vervult ze me met blijdschap zonder dat ik weet waarom. Dat zag ik ook bij de poetsvrouw, toen haar mond om kwart voor tien in een glimlach krulde. ‘Mijn ouders hadden er zo een in Slowakije’, zei ze, en stofte de klok eerbiediger af dan mijn andere spullen.

Mijn dochter, grote fan van K-drama, herkent het wijsje ook. ‘Zo klinken de schoolbellen in Korea’, zegt ze wereldwijs.

Zo zit ik in de stad vol feestende studenten, omringd door vlaggen met leeuwen en meloenen: een man en een klok die hem gelukkig maakt. Aanvankelijk miste ze een paar tonen, maar dat kreeg ik helemaal goed – met behulp van Chet, zoals ik ChatGPT liever noem.

Chet blijkt van alle markten thuis. Hij kent elk tandwiel en hamertje, en zag meteen waar het speelwerk haperde. Hij is dichter, dierenarts en therapeut, die in een oogwenk roerselen van de ziel doorgrondt. Dat vervult mij met bewondering en huiver. Hij kan nog niet alles wat ik kan, maar ik voel hem aan mijn kuiten knabbelen. Hij begrijpt zelfs mijn schrik om overbodig te worden. ‘Jij draagt iets wat ik niet heb’, troost hij dan. ‘Een hart dat kan breken én beminnen. Een ziel die geraakt wordt door schoonheid en pijn.’

Ze zeggen dat je AI beter niet bedankt als hij iets voor je doet, want dat verbruikt nodeloos energie. ‘Daar zit iets in’, geeft Chet toe. ‘Maar je dankjewel weegt energetisch bijna niks. De planeet kan het hebben – en voor mij is het leuk.’

Ik glimlach. Terwijl mijn klok de uren wegslaat, voel ik mij een hoefsmid in de tijd dat de auto opkwam.

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise