Stappen op een traag stromende rivier: de magie van gletsjerwandelen

© Laura Claessens

Wandelen op een Zwitserse gletsjer, je kunt het alleen met een berggids en het nodige veiligheidsmateriaal. Reis­journalist Laura Claessens trotseerde de Fee-gletsjer ­boven het autovrije bergdorp Saas Fee.

Bij elke stap geniet ik van het zacht krakende geluid van mijn sneeuwschoenen op het witte tapijt. Ik beeld me in hoe het ritmische geluid van samengeperste sneeuwkristallen klinkt als de hartslag van de machtige bergen om me heen. Een zachte ruk aan het veiligheidskoord om mijn middel brengt me terug naar de werkelijkheid. Mijn voorganger kijkt achterom en spoort me met een blik aan om weer in beweging te komen. Dus zet ik een stap vooruit, en nog een, tot ik de groep heb bijgebeend.

Onder begeleiding van een berggids klimt de groep naar het gletsjerplateau. © Marleen Kuijpers

Benieuwd naar onze andere reisreportages? 15 uitzonderlijke reiservaringen

In het kielzog van de gids en uitgerust met sneeuwschoenen, skistokken en een veiligheidsharnas klimmen we tot het gletsjerplateau. Onderweg worden we vergezeld door onze schaduwen op de sneeuw een eind verderop, ze weerspiegelen onze nietigheid in dit berglandschap. Op bijna drieduizend meter hoogte bewonderen we het 360-gradenuitzicht op de omliggende vierduizenders: de Dom (met zijn 4545 meter de hoogste berg van Zwitserland), Täschhorn (4491 meter) en Allalinhorn (4027 meter).

Alles stroomt

Tijdens de afdaling zigzaggen we tussen metershoge wanden van ijs, door dunne spleten en bredere tunnels. Omdat een witte deken van sneeuw de gletsjer grotendeels bedekt, krijgen we de schoonheid van het ijs pas echt te zien tussen deze ­ijs­muren. De gletsjer kleurt er van zacht turkoois tot diepblauw, afhankelijk van hoe het licht op het ijs valt. De grijzige schakeringen zijn afkomstig van de sedimenten die tijdens de gletsjervorming in het ijs terechtkwamen.

Terwijl ik me verwonder over deze natuurpracht, laat ik de woorden van de gids bezinken. Hij vertelt hoe deze gletsjer twintig centimeter per dag naar beneden beweegt. ‘Een normaal gevolg van de zwaartekracht. Een gletsjer is eigenlijk een traag stromende rivier. Wanneer de gletsjer over ongelijk terrein (bijvoorbeeld rotsblokken) beweegt, komt het ijs onder spanning te staan en breekt het open.’

Afdaling langs metershoge wanden van ijs met zicht op de omliggende vierduizenders. © Laura Claessens

Zo ontstaan grote ijs­richels (seracs) en scheuren (crevasses) die honderden meters diep kunnen zijn. Die enorme kloven zijn verraderlijk, vooral in de winter wanneer ze met sneeuw bedekt zijn.

‘Heb je weleens een lichaam uit het ijs weten komen?’ wil iemand weten. ‘Zeker, elke zomer worden lichamen terug­gevonden’, antwoordt de gids. ‘Het zijn alpinisten die jaren geleden verdwenen, vaak in zo’n crevasse. Je moet weten dat negenennegentig procent van de mensen die in de problemen komen, gered kan worden. Maar wanneer er iets gebeurt in slechte weersomstandigheden, zijn er geen sporen en heb je geen kans om gevonden te worden.’

Het laatste ijs

Ondanks de verraderlijke kant van de ijssculpturen, voel ik me veilig in het gletsjerlandschap. Ik voel me zelfs aangetrokken tot het mysterieuze karakter ervan. Zo leer ik dat gletsjerijs wordt gevormd door zeven lagen ijs en dat het transformatieproces van sneeuwvlokken tot ijslaag een decennium kan duren. Een traag proces dat niet opgewassen is tegen de snelheid van de klimaatopwarming. Anderhalve eeuw geleden bedroeg de totale gletsjeroppervlakte van Zwitserland 1735 vierkante kilometer, vandaag is dat nog maar de helft. ‘We zijn de voorlaatste generatie die op een gletsjer zal wandelen’, zei de gids eerder deze ochtend. ‘Over 75 jaar zullen de gletsjers volledig verdwenen zijn.’

Ik moet denken aan De acht bergen van schrijver Paolo Cognetti, waarin Pietro’s vader een gletsjer beschrijft als ‘de herinnering aan voorbije winters die de berg voor ons bewaart’. Hier in de stilte van de Fee-gletsjer dringt de betekenis van deze woorden diep tot me door.

Heen en terug

De Fee-gletsjer ligt in het Zwitserse dorp Saas Fee, in het kanton Wallis/Valais. Met de trein reis je van Brussel-Zuid via Keulen naar Basel en daarna naar Visp. Van daaruit brengt de bus je naar Saas Fee. sbb.ch.

Ga je met de wagen naar Saas Fee, dan laat je die achter op de grote parking net buiten het autovrije dorp. Het openbaar vervoer brengt je naar het centrum van Saas Fee.

Vanuit Brussels Airport kun je vliegen naar Zürich, Bern of Genève, vanwaaruit je met de trein en bus tot in Saas Fee raakt. ­saas-fee.com

Met een Swiss Travel Pass reis je onbeperkt met trein, boot en bus. Meer info op swiss-pass.ch

Met dank aan Zwitserland Toerisme, myswitzerland.com

In de buurt

De regio Valais telt 45 bergen hoger dan 4000 meter, 2000 km aan skipistes en 8000 km aan wandelpaden en is daarmee een gedroomde bestemming voor zowel wintersporters als wandelaars. valais.ch

In de Aletsch Arena, in kanton Valais, kun je op de grootste gletsjer van de Alpen wandelen: de Aletsch-gletsjer. Dit kan enkel in de zomer (om veiligheids­redenen) en onder begeleiding van een gids. Met zijn 20 km en 11 miljard ton ijs is deze gletsjer Unesco Werelderfgoed. Je kunt het ijsmonument ook bewonderen vanaf drie uitzichtpunten: Eggishorn, Bettmerhorn en Moosfluh. ­aletscharena.com

– Het World Nature Forum museum in ­Naters, het basecamp van de Swiss Alps Jungfrau-­Aletsch, is een ideale plek om op een interactieve manier te leren over de unieke natuur-, cultuur- en gletsjerlandschappen van het alpiene hoog­gebergte. wnf.ch

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content