Waarom Raf Simons na 27 jaar met zijn modelabel stopt
Raf Simons houdt het na 27 jaar voor bekeken. Tenminste, met zijn eigen label. Het is mooi geweest. En misschien ook: genoeg geweest. Hij blijft aan het stuur bij Prada.
‘De woorden ontbreken me om te delen hoe trots ik ben op alles dat we hebben verwezenlijkt,’ meldde Simons gisterenavond via Instagram. ‘Ik ben dankbaar voor de ongelooflijke steun van mijn team, van mijn medewerkers, van de pers en de buyers, van mijn vrienden en familie, en van onze toegewijde fans en trouwe volgers.’
Trots en dankbaar: Raf Simons vond blijkbaar dat het tijd was om te stoppen met zijn merk. En logischerwijze dus ook met Detlef BV, het bedrijf achter het merk, genaamd naar een van de hoofdpersonages uit Wir Kinder vom Bahnhof Zoo, beter bekend als Christiane F., een sleutelfilm in de carrière van Simons. De ‘Station to Station’ boven zijn bericht op Instagram verwijst naar David Bowie, misschien wel de grootste held van de ontwerper. Het jaartal 1995 slaat op de geboorte van zijn label. Alda & Jacques zijn de ouders van de ontwerper en Memory Wear verwijst naar de toekomst die voor zijn kleren is weggelegd: herinneringen van textiel.
De beslissing komt onverwacht. Zelfs mensen van zijn eigen team zou pas enkele dagen geleden op de hoogte zijn gebracht.
‘Altijd op zijn tijd vooruit,’ schreef Pieter Mulier op Instagram. ‘Heeft iedereen drie decennia lang beïnvloed. Blij dat ik er deel van heb mogen zijn, de beste jaren van mijn carrière, de beste school die ik heb mogen lopen.’ Mulier, artistiek directeur van Alaïa, begon als stagiair bij Simons en begeleidde hem jarenlang, van Jil Sander tot Calvin Klein.
‘My hero,’ commenteerde Demna, van Balenciaga, tussen duizenden reacties — dankwoorden, vooral — van vrienden, medewerkers en fans.
Simons lanceerde zijn merk in 1995 en showde voor het eerst in Parijs voor winter 1997, in een schooltje in het elfde arrondissement. Dat internationale debuut was onmiddellijk een schot in de roos. Voor de ingang werd getrokken en geduwd. Simons werkte met het PR-bureau Totem van Kuki de Salvertes, dat eerder ook Walter Van Beirendonck had begeleid. Suzy Menkes, als verslaggever van de International Herald Tribune, destijds ’s werelds belangrijkste modejournalist, zat in de zaal (wij ook), en zag dat het goed was (idem dito).
Simons werd quasi onmiddellijk ‘must-see’ tijdens de mannenmodeweken.
Hij bleek een geboren showman, de Cecil B. DeMille van de avantgarde, en ook wel een beetje de Martin Margiela van zijn generatie. Hij sloeg er altijd in om met weinig middelen adembenemende défilés op te zetten, vaak op onverwachte locaties in en rond Parijs: speelplaatsen, fabrieken, de met spiegelglas beklede Géode van het parc de la Villette, waar de modellen met roltrappen werden aangevoerd, misschien zijn allerbeste show. Hij was, ook toen al, een onverbeterlijke romanticus, geobsedeerd door jeugd en subcultuur. Schooljongensuniformen, gabberesthetiek, ‘Heroes’ van David Bowie (prominent op de soundtrack van Christiane F.).
Samen met Hedi Slimane heeft Raf Simons de mannenmode naar zijn hand gezet. Hij stuurde kwetsbare, magere pubers over de catwalk — dat was nieuw in de mannenmode, waar hoekige ‘beefcakes’ de norm waren. En hij vond van begin af aan een nieuw silhouet uit — smaller en slanker (in mijn kleerkast hangt nog een jasje uit die periode, made in Belgium: een klassiek zwart kostuumjasje dat perfect zit, heel klassiek lijkt, maar dat toen op dat moment alles wat er was van de baan reed. Het is ongeveer vijfentwintig jaar later nog altijd relevant).
Toen Raf Simons zijn label begon, zette Slimane zijn eerste stappen bij Saint Laurent als de ontwerper van de mannenlijn — nog voor hij de mannenlijn van Dior ontwikkelde. Slimane maakte het skinny pak en de dito jeans populair, maar de aanzet werd gegeven door Simons.
Zijn collecties waren zeker die eerste jaren nog vertrouwelijk. In België vond je ze gewoon bij Stijl en Louis, maar in Parijs lagen ze bijvoorbeeld bij Flower, een piepklein winkeltje dat door een Japanner werd gerund.
Japan was lang zijn grootste markt, zoals dat destijds voor veel Belgische ontwerpers het geval was (en nu nog: ‘Japan is, in cijfers uitgedrukt, niet mijn grootste afzetgebied,’ vertelde Jan-Jan Van Essche ons vorige week, maar ik heb er wel het grootst aantal verkooppunten’).
Raf Simons bleef altijd een klein merk, met weinig middelen en weinig mensen — een stuk of tien — dat vaak op ‘goodwill’ moest rekenen, en pure passie, om te overleven. De kleren werden ook alsmaar duurder. Voor de jeugd, zijn doelpubliek, werd Raf Simons steeds minder betaalbaar.
‘HET WAS EEN HEL’
In het jaar 2000 was Simons al eens een jaar uit de mode gestapt. Hij heeft toen twee collecties overgeslagen. ‘Ik had op dat moment een problematische relatie met mode,’ vertelde hij ons tien jaar later. ‘Ik wil, ik wil niet, ik wil, ik wil niet. Alles was te snel gegaan. Ik twijfelde enorm. Ik kwam van niets. Plotseling had ik zeventien mensen in dienst. Ik zag mezelf niet Dries (Van Noten) of Ann (Demeulemeester) achterna gaan. Ik wilde een creatief bureautje. Ik had geen goesting meer. Ik ben gestopt. Vier mensen heb ik op de loonlijst gehouden om iets creatiefs te gaan doen. En na enkele maanden ben ik alles heel erg gaan missen.’ Hij heeft de draad uiteindelijk weer opgepikt.
In 2011 ging het label opnieuw door een moeilijke periode. Simons brak toen na zes jaar met de Italiaanse zakenpartner die de verkoop, productie en distributie van de collecties voor zich nam, en ook de tweede, goedkopere lijn RAF had gelanceerd. ‘Het bedrijf heeft zich nooit aan zijn verplichtingen gehouden. Het laatste jaar is alles geëscaleerd. Klanten werden niet betaald, er liep van alles mis met de leveringen. Nu kan iedereen al eens miserie hebben, maar dan moet je communiceren. Zij namen de telefoon niet eens meer op (…). Ik heb er advocaten bijgehaald en we hebben het contract laten verbreken.’
‘Het was een hel, een hel,’ vertelde hij ons in augustus 2011. “Maar ik ben blij dat ik mijn lot opnieuw in handen heb. Ik sta er nog.’
Simons was in die periode ook artistiek directeur van Jil Sander. ‘Je stopt enorm veel energie in zo’n merk,’ zei hij daarover. ‘Kan ik die energie niet beter volledig in mijn eigen label investeren? Of wil ik toch twee dingen blijven doen? (…) Ik ben maar een simpel mannetje. Op dit niveau kun je niet alles controleren. You have to let go. Ik zit de helft van de tijd in Milaan, de helft van de tijd in Antwerpen. Collecties, collecties, collecties: ik denk aan niets anders. Maar dat kun je alleen doen als je iemand hebt die zich over de rest ontfermt.’ Hij vond precies zo iemand in zakenvrouw en ex-politica Bianca Quets Luzi (donderdag worden in Brussel de Belgian Fashion Awards uitgereikt: zij is dit jaar genomineerd in de categorie ‘Professional of the Year’).
OPNIEUW BOVEN WATER
Van Jil Sander ging Simons naar Dior, waar hij John Galliano opvolgde als artistiek directeur van de damescollecties. Hij debuteerde met een coutureshow in een verlaten herenhuis in Parijs waarvan de muren waren bekleed met talloos veel bloemen. Hij werd wereldberoemd. Hij vertrok bij Dior omdat hij de werkdruk te hoog vond, en verkaste iets later naar New York, voor een felopgemerkte passage bij Calvin Klein. Daar kreeg hij de titel van Supreme Universal Commander And Almighty Leader, of iets dat er sterk op leek. Die samenwerking implodeerde sneller dan verwacht.
Maar kijk, Raf Simons kwam opnieuw boven water, bij Prada. Zijn eigen label leek soms te lijden onder het gewicht van de multinationals bij wie hij in loondienst was. Toen hij bij Calvin Klein zat, showde hij gemakshalve in New York, waardoor het label in de rest van de wereld minder impact had. Hij was toen overigens in topvorm: winter 2018, andermaal geïnspireerd door Christiane F. en door Drugs, een toneelstuk van Cookie Mueller en Glenn O’Brien, op een catwalk die vermomd ging als een tafel voor een decadent festijn met bloemen, fruit en groente, was memorabel. Met zomer 2020 — we zaten op in zwart plastic verpakte bureaustoelen op roze vasttapijt in een enorme hangar in een verre banlieue — en, het seizoen erna, winter 2020 — ‘Solar Youth’ in een felgele tunnel — bewees Simons dat hij nog niets verleerd was.
Zijn beginperiode bij Prada viel samen met de covidpandemie. Het zal allicht bijzonder complex zijn geweest om zo’n veeleisende job in extreem moeilijke omstandigheden aan te vatten, om daarnaast nog eigen collecties te ontwerpen en een nieuwe manier te vinden om ze, bij gebrek aan catwalkshows, te presenteren. Kortom, de video’s lieten weinig herinneringen na. Een ‘comebackshow’ tijdens de damesmodeweek van Parijs, onder de Griekse zuilen van het Palais Brogniart in Parijs — het voormalige beursgebouw — miste punch.
Zijn laatste défilé, midden oktober in Londen, werd uitgesteld na de dood van koningin Elizabeth II. Simons had achteraf een soort rave gepland en dat was gezien de omstandigheden niet gepast. De show vond uiteindelijk enkele weken later plaats, op het zelfde moment als de kunstbeurs Frieze. De toeschouwers stonden recht, zoals wel vaker bij Simons. De modellen liepen op een verhoogd podium. Op het eind van de catwalk werd een video van een danser geprojecteerd. De collectie was opnieuw gemengd en Simons introduceerde een nieuwe ‘collab’ — hij integreerde werk van de overleden Belgische kunstenaar Philippe Vandenberg.
En nu valt dus het doek. Dat is alles welbeschouwd geen slechte zaak. Elk modemerk kent pieken en dalen, en na verloop van tijd wordt pieken moeilijk. Je kunt niet eeuwig aan de top blijven, tenzij je naam Rei Kawakubo is. In België zijn Dries Van Noten en Walter Van Beirendonck er in geslaagd relevant te blijven.
De meeste tijdgenoten van Simons in België zijn met hun labels gestopt: Véronique Branquinho zou zich hebben teruggetrokken op het Portugese platteland. An Vandevorst van A.F. Vandevorst leidt de Florentijnse modeschool Polimoda en leeft zich uit als performancekunstenaar in DNA Kollektif, samen met Daniël Vanverre. Kris Van Assche broedt, na tien jaar bij Dior en een passage bij Berluti, op nieuwe projecten. Olivier Theyskens en Stephan Schneider zijn nog actief, maar minder op de voorgrond dan weleer.
TOT JE ER BIJ NEERVALT
Door nu te stoppen blijft Raf Simons, het label, ‘forever young’ (misschien had hij er mee kunnen ophouden toen onder anderen Rihanna en Ye zich lieten fotograferen in zijn vintage bomber jacks). Het blijft ook waardevol: zijn oude collecties hebben verzamelwaarde. Als vijftiger is hij misschien niet meer de juiste persoon om een label te leiden, zijn eigen label weliswaar, dat altijd om jeugd heeft gedraaid. En wie, op enkele oude zakken na, geeft tegenwoordig nog om Bowie, of om Christiane F.?
Stoppen is beter dan aftakelen. Kijk naar wat er van Morrissey is geworden, of van Elvis.
En Raf Simons heeft natuurlijk nog een baan, bij Prada, een modelabel voor volwassenen, zowaar. Er wordt in de coulissen van de mode al lang gefluisterd dat Miuccia Prada liever nog vandaag dan morgen zou willen stoppen. Misschien krijgt Simons een grotere rol bij de Italiaanse gigant? Dat zal de toekomst uitwijzen.
Om af te sluiten, nog een citaat uit ons interview van 2011: ‘Als je een eigen label hebt,” zei Simons, “moet je op een bepaald moment beslissen: wat wil ik hier nu eigenlijk mee doen? Je kunt verdergaan tot je erbij neervalt. Of je kunt zeggen: nu is het genoeg geweest, ik heb gezegd wat ik moest zeggen. Maar wat doe je dan? Ik denk dat het pijnlijk is als je de boel verkoopt, en dat er dan iemand geplaatst wordt die je zelf echt niet ziet zitten. Ik geloof niet dat er ook maar één ontwerper is in zo’n situatie die zegt: ik kijk er niet meer naar. Tenzij misschien Martin Margiela.’
1/26
© Getty
2/26
© Getty
3/26
© Getty
4/26
© Getty
5/26
© Getty
6/26
© Getty
7/26
© Getty
8/26
© Getty
9/26
© Getty
10/26
© Getty
11/26
© Getty
12/26
© Getty
13/26
14/26
© Getty
15/26
© Getty
16/26
© Getty
17/26
© BELGA
18/26
© BELGA
19/26
20/26
© Getty
21/26
© Getty
22/26
© Getty
23/26
© Getty
24/26
© RAF SIMONS
25/26
© RAF SIMONS
26/26
© RAF SIMONS
1/26
© Getty
2/26
© Getty
3/26
© Getty
4/26
© Getty
5/26
© Getty
6/26
© Getty
7/26
© Getty
8/26
© Getty
9/26
© Getty
10/26
© Getty
11/26
© Getty
12/26
© Getty
13/26
14/26
© Getty
15/26
© Getty
16/26
© Getty
17/26
© BELGA
18/26
© BELGA
19/26
20/26
© Getty
21/26
© Getty
22/26
© Getty
23/26
© Getty
24/26
© RAF SIMONS
25/26
© RAF SIMONS
26/26
© RAF SIMONS
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier