Modemerk Botter over de Woolmark Prize: ‘We worden nu ernstiger genomen’
Gisteren werd in Londen de achtste International Woolmark Prize uitgereikt. Een van de tien kanshebbers was Botter, het in Parijs gevestigde label van Rushemy Botter en Lisi Herrebrugh. ‘Op dit moment is alles een uitdaging’
Rushemy Botter en Lisi Herrebrugh, het koppel achter Botter, debuteerden vorig jaar in februari bij het Franse huis Nina Ricci. De eerste officiële, langverwachte show van hun eigen label kwam er pas in januari dit jaar, tijdens de mannenmodeweek.
Rushemy studeerde in Arnhem, Den Haag en de Academie van Antwerpen. Lissy studeerde in Amsterdam, liep stage bij Viktor & Rolf, en hielp Rushemy, met wie ze intussen elf jaar samen is, aan zijn afstudeercollectie. Het resultaat, de collectie Fish or Fight, won een hele reeks prijzen, waaronder die van Knack Weekend.
In 2018 wonnen Botter en Herrebrugh het modefestival van Hyères en nog datzelfde jaar een nominatie voor de LVMH Prize. Vorig jaar was er dan nog de International Woolmark Prize, die gisteren werd uitgereikt. Elke nominee (zie onder) kreeg een bedrag van organisator The Woolmark Company om een capsulecollecties van zes looks in traceerbaar Merinowol te ontwikkelen.
Wat betekent meedoen aan zo’n grote modeprijs voor jullie?
Lisi: ‘Visibiliteit. Je wordt plots ernstig genomen, meer gerespecteerd. En als merk groei je. Je evolueert. Je ziet wat werkt, en wat niet. Je wordt beter. Je leert je verhaal te vertellen. Over je eigen werk praten is niet altijd gemakkelijk, maar het moet. Niemand anders gaat het voor jou doen. Het bijzondere aan de Woolmark Prize is dat je de kans krijgt om iets te ontwikkelen. De samenwerking begint geruime tijd op voorhand. Er zijn workshops, we zijn twee keer naar Londen gekomen voor seminars over wol. Dat was heel leerzaam. Als je geselecteerd wordt voor Hyères of de LVMH Prize ontmoet je veel mensen en krijg je veel visibiliteit. Voor ons als jong merk is dat heel belangrijk.’
Rushemy: ‘Onze eigen wereld te kunnen laten zien, waar we voor staan en wat we maken.’
Waar staan jullie voor?
Lisi: ‘We hebben in een paar jaar tijd heel veel dingen meegemaakt, zeker sinds we ook bij Nina (Ricci, JB) aan de slag zijn. Het belangrijkste voor ons is dat we de creativiteit niet verliezen. We willen het experiment opzoeken maar tegelijk toch verkoopbaar blijven. Voor beginnende merken is dat vaak een uitdaging.’
Rushemy: ‘We willen mode maken die relevant is en niet zomaar producten maken omdat we ze kunnen maken.’
Lisi: ‘We focussen ons op stukken die de mensen willen houden en die een verhaal vertellen.’
Rushemy: ‘En tegelijk proberen we te innoveren. Inzake stofgebruik, of de manier van patronen maken.’
Duurzaam zijn is niet gemakkelijk voor een jong merk
Hij neemt een van de opvallendste stukken van de wintercollectie: een klassiek jasje waaraan tientallen kleine plastic tags zijn gevestigd, als een soort arte povera pluimpjes. ‘Dit is echt iets waar we voor staan: we houden van de clash van iets heel lelijks — die tags die je normaal gezien van een kledingstuk knipt en meteen weggooit — met iets heel klassieks — in dit geval dat wollen jasje. En we maken van die clash iets dat klopt en geïntegreerd is.’
Lisi: ‘Alles wordt in Europa gemaakt. We proberen de ketting kort te houden, zodat we over alles controle hebben. We proberen ook zoveel mogelijk duurzaam te werken. En we proberen ervoor te zorgen dat iedereen in onze ketting voldoende betaald wordt.’
Rushemy: ‘Je moet goed zorg dragen voor je relaties. Dat is ook een vorm van sustainability.’
Lisi: ‘Duurzaam zijn is niet gemakkelijk voor een jong merk omdat je niet vanzelf alle informatie krijgt van je suppliers. Je moet er echt achter zitten. Als je het écht goed wilt doen, dan heb je een toegewijd team in je bedrijf nodig.’
Wat zijn de belangrijkste uitdagingen voor een jong label als Botter?
Lisi: ‘Op dit moment is alles een uitdaging. Gaan we een show doen of niet?’
Jullie eerste show was in januari, tijdens de mannenweek.
Rushemy: ‘We wilden er zelf klaar voor zijn. We hadden nog veel te leren, vonden we zelf, en we wilden een volwassen beeld neerzetten. We zijn best wel creatief en we proberen altijd experimenteel te zijn, maar de balans vinden, dingen weglaten, dat moet je leren. Nu hadden we het gevoel: we kunnen een show geven, en er achter staan.’
Lisi: ‘Je moet ook leren om nee te zeggen. Bepaalde dingen moet je gewoon niet doen. Neen zeggen tegen een winkel, bijvoorbeeld, ook al levert dat aan het einde van de rit meer geld op.’
Rushemy: ‘Ik denk dat het belangrijk is om neen te zeggen, en niet te snel te groeien. Dat is misschien heel naïef. We vinden de relaties met winkels heel belangrijk. We moeten bij elkaar passen en ze moeten interesse hebben voor ons verhaal.’
Hoe combineren jullie Botter met Nina Ricci?
Lisi: ‘We hebben voor structuur gezorgd. We werken een bepaald aantal dagen voor Nina, een bepaald aantal dagen voor Botter. Over twaalf dagen showen we Nina in Parijs. Op dit moment zijn we daar dus intenser mee bezig.’
En de winnaar is…
De Ierse ontwerper Richard Malone kreeg de International Woolmark Prize, ter waarde van 200.000 Australische dollar, ongeveer 123.000 euro, voor zijn inzet voor traceerbaarheid in de supply-chain en voor zijn duurzame bedrijfsvoering.
Wat de Woolmark Prize voor hem betekent? ‘Dat ik mijn onderzoek kan voortzetten,’ zei de Ierse ontwerper gisteren in Londen. ‘Ik doe al van in het begin heel veel research, maar niemand geeft mij daar geld voor en daardoor verlies je veel tijd.’
The Woolmark Company zette dit jaar in op sustainability en traceerbaarheid. De CEO van het Australische bedrijf verwees tijdens de uitreiking gisterenavond naar de droogte in Australië, en de bijhorende bosbranden, die ook voor de wolboeren zware gevolgen hebben.
Malone, die debuteerde in september 2015, komt zelf van Wexford, in het Ierse platteland, en werkt voor zijn collecties met een community van wevers in Tamil Nadu, India. Ze gebruiken volledig organische en plantaardige kleurstoffen en meer recente innovaties met Merinowol en andere bewuste vezels. ‘Ik vind het belangrijk om zulke communities in stand te houden en te voorkomen dat het ambacht en de traditie verloren gaan, zoals in Wexford is gebeurd.’
De ontwerper prees de samenwerking met The Woolmark Company. ‘Niemand zegt je wat je moet doen, maar je krijgt wel toegang tot hun netwerk.’
De nominees p>
In de jury van de International Woolmark Prize zaten onder anderen ontwerper Kim Jones (Dior), kunstenaar Takashi Murakami, model Anja Rubik en Edward Enninful, hoofdredacteur van de Britse Vogue. De tien finalisten kregen elk 70.000 Australische dollar om te investeren in de ontwikkeling van een traceerbare capsulecollectie van zes looks in Merinowol. p>
Richard Malone ging lopen met de hoofdprijs, Emily Bode kreeg de eerste Karl Lagerfeld Award For Innovation. Hieronder een overzichtje van alle genomineerden: p>
A-Cold-Wall (UK) p>
Blindness (Korea) p>
Bode (VS) p>
Botter (Nederland) p>
Feng Chen Wang (UK/China) p>
GmbH (Duitsland) p>
Ludovic de Saint Sernin (Frankrijk) p>
Matthew Adams Dolan (VS) p>
Namacheko (België) p>
Richard Malone (UK/Ierland) p>
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier