Zijn cruisecollecties in de mode nog van deze tijd?

De modepers heeft de mond vol van de cruisecollecties van de grote modehuizen die op verschillende exotische locaties over heel de wereld hebben plaatsgevonden. Maar wat zijn dat eigenlijk, cruisecollecties en vooral: zijn ze in deze seizoensloze tijden nog nuttig?

Karl Lagerfeld transformeerde het Grand Palais in Parijs tot een set van Griekse ruïnes, Maria Grazia Chiuri zette iedereen voor haar eerste Resort collectie bij Dior op een vliegtuig richting het Californische Calabasas en haar ex-collega Pierpaolo Piccioli bij Valentino koos New York voor zijn Resort debuut. Terwijl ontwerpers voor hun tweejaarlijkse seizoenscollecties trouw blijven aan de vaste steden (New York, Milaan, Londen en Parijs) lijken voor ze voor Resort kosten nog vliegtickets te sparen. Maar hoe komt dat en misschien nog belangrijker: wat is een resortcollectie nu weer?

Voor hun Resort, Cruise en Pre-spring collecties namen de grote modehuizen ons mee op een grandioze trip rond de wereld. Toch is het voor velen niet simpel om tussen al die prachtige locaties en collecties nog te ontcijferen waar deze shows nu juist om draaien, wanneer ze in de winkels liggen en waarom ze van belang zijn. In tegenstelling tot het heuse see-now-buy-now model, moet je voor deze tussenseizoencollecties immers nog wel een beetje geduld uitoefenen.

Eén pot nat

Eerst en vooral is het belangrijk dat je begrijpt dat er geen verschil is tussen Resort, Cruise en Pre-spring. Nada, noppes. Het is allemaal één pot nat en wie het nog wat verwarrender wil maken, mag er ook nog de term Holiday of Transeasonal collectie aan toevoegen. Oorspronkelijk is deze verzameling van tussenseizoenscollecties ontstaan als een soort van extra vakantiecollectie voor de beau monde die gaat overwinteren in zonnigere oorden. Toen werden de collecties nog in alle stilte verkocht aan winkels, zonder enige aandacht of interesse van de pers. Zo konden winkels hun aanbod opfrissen voor de kapitaalkrachtigen die alweer verveeld waren door de huidige runway selectie en met een nieuwe garderobe op het vliegtuig of een cruise (zie je de link?) wilden stappen.

Vandaag is het hele modegebeuren een 24/7 business geworden en hebben niet alleen winkels, maar ook magazines en websites een constante input van nieuwigheden nodig. Doordat highstreet merken als Zara haast elke 15 minuten een nieuwe micro-collectie droppen, is het belang van deze tussentijdse collecties ook voor grote modehuizen gaan vergroten, waardoor het uitbrengen van vier collecties per jaar een nieuwe standaard geworden is. Doordat niet iedereen in het najaar (oktober/november) op vakantie vertrekt, hebben modehuizen het idee achter deze halftijdse collecties grondig moeten herbekijken. Terwijl Resort vroeger uitsluitend bestond uit een reeks van bikini’s, losse jurkjes en sandalen, schrikt nu niemand nog wanneer het eerste model met een faux fur mantel de runway opkomt. Thuisblijvers verdienen immers ook wat.

Financiële voordelen

Allereerst is er natuurlijk de constante drang naar vernieuwing, maar daarnaast blijken de Resort collecties ook een lucratief gegeven voor de grote modehuizen. Doordat deze collecties reeds rond eind oktober in de winkels liggen, blijven ze ontzettend lang beschikbaar voor klanten en worden ze pas afgeprijsd in het seizoen waar ze oorspronkelijk voor gemaakt zijn. In tegenstelling tot de grote herfst/winter en lente/zomer collecties kunnen modehuizen hieruit dus een maximaal rendement halen. Hoewel de Resort shows door hun beperkte gastenlijst vaak intiemer zijn dan die van de grote modeweken, is het door de inkomsten van deze collecties wel makkelijk te verklaren waarom modehuizen vandaag zo’n spektakel van de show maken.

Terwijl de pers vroeger enkel interesse had in de grote seizoen voorstellingen, reizen ze nu met plezier mee met Nicolas Ghesquière naar het Japanse Miho Museum waar de Louis Vuitton collectie werd tentoongesteld en is het een eer om een stoel te bemachtigen voor Prada’s allereerste Resort voorstelling in Milaan.

Los van de financiële voordelen, de mogelijkheid om nieuwe ontwerpideeën voor de grote seizoenen eerder te testen op buyers, journalisten en stylisten en het beantwoorden aan de vraag van de consument, brengen deze tussentijdse collecties ook heel wat kritiek met zich mee. Ten eerste omdat ze weer een extra event toevoegen aan een reeds overvolle modekalender. Ten tweede omdat de druk op de ontwerpers zelf onnoemelijk hoog ligt. Wie kijkt naar een Karl Lagerfeld bij Chanel weet dat hij vier collecties voor Chanel ontwerpt, maar ook voor Fendi.

De Belgische ontwerper Raf Simons vertrok door deze huidige structuur bij Dior en gaf aan dat dit modesysteem van vier à zes shows per jaar, per merk de creativiteit van ontwerpers kapot maakt. Als ontwerpers zelf aangeven dat het huidige systeem nefast is voor creativiteit en hen dwingt om stappen terug te zetten, is het misschien hoog tijd om het hele systeem grondig te herbekijken. Hoe winstgevend dat momenteel ook mag zijn.