Hannelore Knuts na 20 jaar in het vak: ‘Als model werken, is soms een mindfuck’

© ALEXANDER POPELIER

Een nationale trots, en een ‘voornaam’, dat is Hannelore. Ze liep shows en deed campagnes voor alle Grote Namen, sierde covers van Vogue en zag twintig jaar lang beide kanten van de modemedaille.

‘Elke medaille heeft twee kanten’, opent Hannelore Knuts ons gesprek. ‘Wat mooi is, heeft onvermijdelijk ook een donkere kant. Ook de mode.’ Het is uiteraard fijn om de haute-coutureshow van Valentino te lopen, maar de job van model is niet voor doetjes. In de Britse krant The Guardian had Karen Elson het eind vorig jaar over de toxische sfeer en machtsspelletjes achter de schermen. ‘Grensoverschrijdend gedrag, pesterijen, bodyshaming, en ik heb dan nog geluk gehad.’ In Mijn lijf, een bestseller vol vlijmscherpe essays, schetst model Emily Ratajkowski – bekend als een van de dansende schoonheden in de Blurred Lines-videoclip van Pharrell en Robin Thicke – een ontluisterend beeld van een sector en maatschappij die obsessief met uiterlijke schoonheid bezig zijn en modellen als producten zien die geen controle hebben over de beelden die er van hen gemaakt worden. Ook Hannelore Knuts klaagde de donkere kanten van de modesector aan op haar Instagramaccount, in interviews en tijdens een lezing voor de Fashion Talks van Flanders DC. ‘Begrijp me niet verkeerd, de mode is een droomwereld vol passie en creativiteit waar iedereen deel van wil uitmaken. Een plek waar je het geluk vindt, denken veel mensen. Maar dat is niet altijd zo, want die passie en creativiteit zorgen ook voor valkuilen.’

Soms voelt het alsof je een lichaam bent waar geen mens in zit. Ik heb geleerd om commentaar niet persoonlijk te nemen.

Zelfvertrouwen lijkt fragiel in de modewereld. ‘Je bent waar je bent omwille van je lichaam’, schrijft Emily Ratajkowski. ‘Dat lichaam is iets waar mensen een plaatje van schieten om te verkopen wat ze willen.’ Ze moet zich uitkleden waar iedereen bij staat, krijgt keiharde commentaar en om daarmee om te gaan, dissocieert ze zich van haar lichaam.

‘Als model werken is soms een mindfuck’, vertelt ook Hannelore Knuts. Je wordt gekeurd, aangestaard en aangeraakt. Op castings, op de set, bij een show. Soms voelt het alsof je een lichaam bent waar geen mens in zit. Ik heb geleerd om commentaar niet persoonlijk te nemen. Als ze een sinaasappel willen, kiezen ze geen appel. Maar het blijft moeilijk. Rationeel kan ik dat plaatsen, maar die afwijzing gaat over mij en komt emotioneel soms wel binnen. Het heeft tijd gekost voor ik ermee kon omgaan en ik herken de dissociatie waar Emily over schrijft. Er is een soort disconnectie tussen jezelf en je lichaam. Je lichaam is je product, en dat is tricky, want in die kloof tussen jou en je lijf is er plaats voor misbruik. Omdat je niet doorhebt dat je vernederd of misbruikt wordt. Of nee, je hebt het wel door, maar het mag je niet raken, want het gaat niet over jou, maar over je lichaam. Ik heb zelf nooit fysiek misbruik meegemaakt, maar het heeft ook mentaal impact. Het ondermijnt je eigenwaarde en zelfrespect. Tsjechov schreef dat vernedering het ergste is wat je een ander kunt aandoen. Het is letterlijk ziekmakend. Dat het in mijn vak over je uiterlijk gaat, maakt het ingewikkeld. Als jij kritiek krijgt op dit interview, kun je het herwerken, je kunt bijleren. Maar als het over je lichaam gaat, kun je dat niet. Daarom is alles veel persoonlijker.’

Mode was geen kinderdroom, je bent de modewereld in gerold toen je fotografie studeerde aan de Academie in Antwerpen en kwam meteen op de grote modeshows terecht. Was dat een schok?

‘Ik denk dat ik een paar stevige klappen gekregen heb, ja, al was ik me daar op dat moment niet van bewust. Het duurde lang voor ik er goed mee leerde omgaan en het speelt nu soms nog. Ik moet bewust stilstaan bij wat er gebeurt en hoe ik reageer. En mezelf ook blijven wijzen op het feit dat mijn eigenwaarde niet afhangt van wat die of die persoon over me zegt. Het is soms een tweestrijd. Aan de ene kant wil je eruit stappen omdat de manier waarop je behandeld wordt vaak emotioneel toxisch is, aan de andere kant hou ik ervan om met andere creatieve mensen mooie beelden te creëren. Maturiteit helpt. Je doet mensenkennis op en leert dat wat mensen zeggen soms niet over jou gaat maar over henzelf.’

Hannelore Knuts na 20 jaar in het vak: 'Als model werken, is soms een mindfuck'
© ALEXANDER POPELIER

De mode-industrie hakt in op het zelfvertrouwen van wie erin werkt, maar krijgt ook het verwijt ons een onrealistisch schoonheidsideaal voor te houden dat effect heeft op het zelfvertrouwen van wie er niet in zit, maar ernaar kijkt.

‘Dat mode onrealistische beelden presenteert, is waar. Het is een droomwereld die je beter niet klakkeloos volgt. Wat ik er wel aan wil toevoegen, is dat model zijn meer is dan dun zijn. Uit tien meisjes met dezelfde ideale maten kiest men uiteindelijk degene met het meeste charisma. Dat opent de deur naar een breder beeld van schoonheid, waardoor je nu ook vaker modellen ziet die niet binnen het klassieke plaatje passen. Dat charisma heeft weer met zelfwaarde te maken, het is niet zomaar een x-factor die je gekregen hebt, maar iets waar je zelf aan werkt.’

Iets wat jullie vaak horen: ‘Je moet niet zeuren, want je bent gewoon een veredelde kapstok.’ En: ‘Je bent model omdat je nu eenmaal zo geboren bent.’

‘En ook: ‘Je moet blij zijn dat je dit mag doen.’ Kijk, als model werken is geen rocketscience, maar het is meer dan een mooi lichaam hebben. Ik daag iedereen uit. Ga eens een dag op een set staan, en geef twintig portretten die allemaal goed zijn. Wij brengen de droom van anderen tot leven, met onze persoonlijkheid, creativiteit en ervaring. Weten wat de kleren, de fotograaf en de ontwerper nodig hebben is een vak. Iets wat je doet, niet gewoon hoe je bent. Net zoals bij topatleten vraagt mijn job veel van mij. Daarom is het jammer dat je amper ernstig genomen wordt, zowel binnen als buiten de modewereld.’

Ook insiders schatten het modellenvak niet naar waarde?

‘Niet altijd, nee. Soms moet ik na een vlucht van tien uur meteen naar de set en verwacht men daar dat ik onmiddellijk fris aan een creatieve werkdag van twaalf uur begin. Dat kan, maar alleen als ik onderweg geslapen heb. Maar vraag je voor dat soort opdrachten een businessticket, dan vindt men je een diva. Terwijl het gewoon een kwestie is van zorgen dat ik goed uitgerust aankom zodat ik mijn werk kan doen. Want: I’m delivering the goods. Mijn gezicht staat op de foto.’

Model Alliance, een soort vakbond die verandering wil brengen in de mode-industrie vanuit de hoek van modellen, heeft het op zijn website over een empathiekloof.

‘Er wordt zelden vanuit ons standpunt naar de sector gekeken en ondertussen leren wij omgaan met kritiek, afwijzing, jaloezie en competitie. We doen dat goed, het is verfrissend hoe jonge modellen vandaag alert zijn als het over hun mentaal welzijn gaat. Maar ik vraag me af of de rest van de sector – en iedereen daarbuiten- wel beseft hoeveel emotionele arbeid dat vraagt. Mijn lichaam en mijn persoonlijkheid zijn mijn product, dat ik moet verzorgen en verkopen. Dan zijn we weer bij die disconnectie, want er is er geen verschil tussen mij en waar men mij voor boekt. Castingdirecteurs, ontwerpers en fotografen nemen soms vanuit hun klein gevoel beslissingen die niets te maken hebben met de vraag of jij goed in je job bent. Of ze vergeten weleens dat wij als model wel degelijk iets toevoegen en daar respect voor verdienen.’

Hannelore Knuts na 20 jaar in het vak: 'Als model werken, is soms een mindfuck'
© ALEXANDER POPELIER

Is er ook jaloezie onder modellen?

‘Er is gezonde concurrentie, maar dan zoals bij atleten. Die willen ook allemaal winnen op het veld, maar na de match gaan ze samen een pint drinken. De concurrentie onder modellen is herkenbaar, dat is gezond en voelt niet onveilig aan. De jaloerse reacties van buiten de modewereld zijn pijnlijker.’

In The Most, de podcast van Dominique Nzeyimana, zei je: ‘Als het systeem zegt ‘spring’, spring ik nog steeds, maar ik bepaal nu zelf hoe hoog.’

‘Mijn eerste show in 1997 was Alexander McQueen, mijn carrière was meteen een rollercoaster, alsof ik met een kraan vanop de fotografieopleiding aan de Academie in de modewereld gedropt was. Ik kon niet echt uitstappen onderweg, maar ik heb veel geleerd. Ik werk in high fashion, een specifiek modesegment, en er waren momenten dat ik het gevoel had dat ik mijn eigen leven moest opgeven om in functie daarvan te leven. Deed ik dat niet, dan stond er een rij klaar om mij te vervangen. Als een klant overweegt om je een job te geven, moet je meteen alles laten vallen en foto’s maken om door te sturen. Daarna begint het wachten en zit je tot drie weken in een soort wachtkamer. Soms komt de confirmatie pas de dag voor de shoot en dan is er euforie, ook al moet je snel-snel alles regelen. Maar het gebeurt ook dat ze vergeten te melden dat ze voor iemand anders hebben gekozen. Dat geeft chronische stress, twijfel en sociale angsten, het brengt je op de rand van een burn-out en depressie. En dan denk ik: wij zijn ook mensen, behandel ons alsjeblieft ook zo. Vandaag ga ik beter om met die lastminutelevensstijl. Ik kies nu zelf wanneer ik in die rollercoaster stap en wanneer niet.’

Een opvallende post op je Instagram vorig jaar ging over de financiële onzekerheid waar je als model mee te maken krijgt.

‘Een van de valkuilen van een industrie die gedreven wordt door passie en creativiteit is dat mensen er zo graag in willen werken dat ze het gratis doen. Wij moeten vaak lange uren hard werken voor kleine bedragen. Je verdient je kost met campagnes en shows, maar om die te scoren moet je relevant blijven. Door shoots te doen in modebladen of liefst met een cover van Vogue. Dus daar zeg je ja op, ook al krijg je een dagprijs die, als je het per uur berekent, ver beneden het minimumloon ligt. Je moet die investering van tijd en energie doen, want alleen zo heb je kans op een goedbetaalde campagne. Het is alsof je als bakker je broodjes met verlies moet verkopen, om maanden later kans te maken op een grote klant. En er zijn geen garanties, want misschien verandert de smaak van die klant en komt er niets. Daarom kan ik ook niet zomaar elke job aannemen. Ik doe geen goedbetaalde e-commerce of online lookbooks, want dan bestaat het risico dat ‘mijn waarde daalt’ en boeken high fashion klanten me niet meer. Het is geweldig als mensen je een icoon noemen, maar om die status te behouden moet je keuzes maken die financiële gevolgen hebben. Bovendien hebben sociale media alles veranderd. Toen ik begon, was er alleen print, daar ging al het budget voor een campagne naartoe. Nu moet datzelfde budget verdeeld worden over alle platformen en blijft er minder over voor ons als modellen. Alles moet ook sneller gaan, dus lopen campagnes minder lang, waardoor je minder royalty’s verdient. Je moet dus evenveel tijd, moeite en energie investeren voor steeds minder opbrengst. Vorig jaar besloot ik geen gratis shoots meer te doen, tenzij ik op papier de garantie krijg dat het ergens toe leidt.

Mijn geluk hangt niet af van glitter en glamour, of van het feit of ik al dan niet op de cover van Vogue sta, ik haal het uit mezelf.

Achter deze situatie zit natuurlijk een hele structuur. Ergens trekt een man in een pak aan de touwtjes. Hij verwacht van de ontwerper geen twee collecties per jaar meer, maar vier. Omdat de creatievelingen onder druk staan, moeten ze beschermd en op hun wenken bediend worden. Iedereen maakt de droom van de designer mee waar, maar is die ene almachtige creatieve geest wel een houdbaar systeem? Ik heb de oplossing niet, maar vind wel dat we vragen moeten stellen en gaan discussiëren. Ik wil mijn privilege als erkend model gebruiken om dat aan te kaarten.’

Ook Emily Ratajkowski stelt het systeem in vraag. Ze beseft dat haar job geld en voldoening oplevert, zolang ze binnen de lijntjes van dat systeem kleurt. Lijntjes die bepaald worden door de verlangens van mannen, schrijft zij. Ze biedt ook geen oplossing, maar stelt net als jij veel vragen.

‘Daar gaat het uiteindelijk om. Ik ben op dat vlak nog maar mijn eerste stappen aan het zetten en zie het als een uitnodiging om na te denken over de macht van mannen. Waar komt die vandaan? Is men bang voor de kracht van vrouwen? Hoe zit het met feminisme en #metoo? Albert Einstein zei: ‘Je kunt een probleem niet oplossen met dezelfde denkwijze die het veroorzaakt heeft.’ We moeten een stap terugzetten en dingen in vraag stellen. Dat heb ik mezelf aangeleerd, want je kunt niet alles weten. Dingen willen onderzoeken, daar zit nieuwsgierigheid in, maar het geeft me ook een soort rust om te beseffen dat ik misschien niet alles weet.’

Je volgde een meditatieopleiding, geeft dit voorjaar meditatietips in Iedereen beroemd op Eén en geeft ook les. Waar komt die belangstelling vandaan?

‘Ik mediteerde in mijn werk als model eigenlijk al lang, zonder te weten wat het was. Op lange vluchten, in de make-upstoel, op de set, als ik ongeduldig was, maar niet kon opstaan en wegwandelen, leerde ik mezelf om rust te vinden. In een moeilijke situatie kun je het jezelf nog moeilijker maken, of je kunt beslissen om je niet op te winden en je eigen vriend te zijn. Dat is nuttig, want zowel in het werk als in het leven maken we allemaal lastige dingen mee. Stress, frustratie, verdriet, de vraag is hoe je jezelf op zo’n moment kunt helpen. We hebben de neiging om moeilijke dingen meteen weg te duwen, maar soms kan dat niet. In plaats van elk probleem meteen te willen fixen, neem je eerst de tijd om gewoon te voelen wat er precies aan de hand is. Ik vind dat een meer volwassen houding, je gaat niet in een actie-reactiemodus, maar in actie-relaxie. (lacht) Meditatie helpt je, met innerlijke rust en kracht, want soms is wat moeilijk is niet per se slecht.’

Op Barack Obama’s bureau in de Oval Office stond een quote: ‘Hard things are hard.’

‘Ik heb hier ook een quote hangen: ‘We can do hard things.’ Niet omdat we zelf hard zijn, maar omdat we meer aankunnen dan we denken.’

Hoe is voor jou de balans na twintig jaar als model?

‘Het is een geweldige job. Ik ging fotografie studeren omdat ik beelden wilde creëren, maar niet kon tekenen. En dat is wat ik vandaag doe, beelden creëren. Soms op het einde van de rit, als ik de ontwerpen presenteer, soms vroeg in het designproces. Uiteraard is het fijn als ontwerpers zeggen dat ze mijn foto op hun bureau hebben staan. Ik heb een handtas voor Delvaux ontworpen en een tentoonstelling samengesteld voor het Modemuseum in Hasselt, uiteindelijk komt het er altijd op neer dat je een verhaal vertelt. Ik zou dat graag nog lang doen, want ik doe het graag. En ja, uiteraard kunnen er heel wat dingen veel beter. Maar als we naar de problemen durven te kijken, kunnen we ze oplossen. Daarom wil ik ze bespreekbaar maken.

Tegelijkertijd ben ik dankbaar. Ik heb mooie dingen gedaan en veel mensen ontmoet die me inspireren. Het was soms een eenzaam leven. In hotelkamers en luchthavenlounges ben je vaak alleen en op de set kent men soms wel je naam, maar weten ze niet echt wie je bent. Maar dat heeft me ook dingen geleerd die ik anders nooit geleerd zou hebben. Het was een harde, maar mooie leerschool. Ik ben niet naïef, ik werk en leef in een oppervlakkige wereld en het kapitalistische systeem maakt ons wijs dat we allerlei producten nodig hebben om gelukkig te zijn. Net in die oppervlakkige wereld heb ik mooie lessen geleerd. Van de mensen die ik heb leren kennen, maar ook door het systeem van binnenuit te leren kennen. Vandaag kan ik erdoor kijken. Mijn geluk hangt niet af van glitter en glamour, of van het feit of ik al dan niet op de cover van Vogue sta, ik haal het uit mezelf. De mode is voor mij een mooie school of life.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content