Na alle racistische en seksistische uitschuivers: is Dolce&Gabbana weer salonfähig?
Deze week opent in het Grand Palais in Parijs een monumentale overzichtstentoonstelling over Dolce&Gabbana. Kan dit grootse spektakel de gekapseisde reputatie van het Italiaanse modeduo weer overeind helpen?
Het is 1982. American Gigolo, met Richard Gere in kostuums van Giorgio Armani, speelt nog in de cinema’s van Milaan. Gianni Versace en Fiorucci veroveren de wereld. De Italiaanse mode beleeft een hoogtepunt. Stefano Gabbana, pas twintig, en Domenico Dolce, vier jaar ouder, leren elkaar kennen bij een andere, minder illustere Giorgio, Correggiari. Gabbana werkt er al. Op een dag krijgt hij Dolce aan de lijn. Of er soms geen werk is? Hij krijgt een baan, Gabbana maakt Dolce wegwijs in de confectiemode en leert hem schetsen.
Maar hun gezamenlijke avontuur duurt niet lang. Gabbana moet zijn verplichte burgerdienst opnemen: anderhalf jaar in een psychiatrische instelling, een administratieve job. Na zijn terugkeer vinden ze elkaar terug en ritsen ze voor het eerst hun namen aan elkaar. Eerst freelance, in opdracht van andere labels.
In 1986 debuteren ze als Dolce&Gabbana met een eigen collectie, ‘Geometrissimo’. Geld voor modellen of accessoires is er niet, dus laten ze vriendinnen lopen op de catwalk. Een laken uit de kleerkast van Dolce dient als doek. De volgende collectie, ‘Donne Vere’, geïnspireerd door die vriendinnen – échte, waarachtige vrouwen – lijkt een flop. De verkoop valt tegen en Gabbana schrapt een order bij de stoffenfabrikant. Nadat de Siciliaanse familie van Dolce in extremis toch nog met geld over de brug komt, blijkt dat door een of ander misverstand de stoffen al zijn geleverd in Milaan.
Daarna gaat het snel. Bij hun derde collectie, ‘Transformismo’, krijgen ze een interview in The New York Times. Ze worden omschreven als ‘een geheim dat enkel een handvol Italiaanse modejournalistes kent’. De kleren komen met een gebruiksaanwijzing. Elk stuk kan op zeven manieren worden gedragen en getransformeerd met velcrostrips of drukknopen. De vierde collectie, ‘La Sicilia’, voor winter 1987, is een mijlpaal. Ze laten zich voor het eerst inspireren door Dolce’s Siciliaanse roots. De campagne in sfeervol zwart-wit, met Nederlands topmodel Marpessa Hennink, lijkt uit een neorealistische film van Roberto Rossellini te komen. De toon is gezet. Brassières en tanktops. Weduwes in zwarte rouwkledij versus broeierige macho’s in witte tanktops. De esthetiek is katholiek, en dus ook horny.
Dolce en Gabbana maken weidse sprongen. Ze wagen zich aan een breiwerk- en een ondergoedlijn, showen in Tokyo en New York, openen een vlaggenschip in via Sant’Andrea in Milaan, lanceren parfums en een mannenlijn. De jaren negentig moeten nog beginnen.
Lees ook: De comeback van Haider Ackermann: ‘Mijn visie op mijn rol als ontwerper is veranderd’
Seksgodin Madonna
In de nineties domineert Dolce&Gabbana Milaan en een groot deel van de rest van de wereld. Madonna draagt een korset van edelstenen en een bijbehorend jasje voor de première van haar film Truth or Dare in New York. Twee jaar later, in 1993, ontwerpt het duo de kostuums voor The Girlie Show in het teken van haar album Erotica, Madonna op haar hoogtepunt als seksgodin.
D&G, de meer betaalbare lijn, dateert van 1994, en wordt een gigantisch succes, ook in België. Maar met dat succes verliezen Dolce en Gabbana ook wat van hun cool. In 1996 wordt een show van D&G online gestreamd. Het duo blijft ook in het nieuwe millennium up-to-date: het nodigt al vroeg bloggers uit – front row, laptops op schoot – en omarmt een leger influencers. Het brengt als een van de eerste grote modelabels een NFT-collectie (non-fungible token, red.) uit bij UNXD, de marktplaats voor digitale luxe, in 2021.
Na 2000 wordt Dolce&Gabbana steeds meer vereenzelvigd met slechte smaak, bij de shows zijn er nagenoeg altijd gespierde mannen in spannende zwembroekjes te zien.
Sinds 2005 showen ze in hun eigen zaal, Metropol, een immense gerenoveerde cinema in Viale Piave, niet ver van Porta Venezia. Het probleem van zo’n zaal is dat alle shows op elkaar gaan lijken. Armani kampt ermee, en Prada – al laat dat merk elk seizoen een nieuw decor bouwen door OMA, de architectuurpraktijk van Rem Koolhaas. Nochtans zijn hun shows vaak spectaculair. Er lopen gigantisch veel modellen mee. Soms zingt er een popster in de finale. Er zijn bij de herenshows nagenoeg altijd gespierde mannen in spannende zwembroekjes te zien, zwart of met luipaardprint. Topmodel David Gandy is een van hun muzes.
Dolce&Gabbana wordt steeds meer vereenzelvigd met slechte smaak, maar in de veilige cocon van zaal Metropol stellen de designers eigenlijk nooit echt teleur. Elke show wordt ingeluid door hun eigen versie van een volkslied, een fragment uit Cavalleria rusticana, de opera van Pietro Mascagni uit 1890. In een poging om hun imago op te poetsen, zetten ze in 2011 een punt achter het nochtans goed draaiende D&G. En hoewel het publiek van D&G in die periode misschien overstapt naar labels als Philipp Plein, gaat het merk weer voluit voor ‘classy’. Met succes. Het is minder dominant in de popcultuur dan in de nineties, maar de zaken gaan goed.
Zure witte man
Ergens onderweg gaat het flink fout. Níét met de mode van het label, al heeft ze nooit meer die impact van de jaren negentig, maar met de karakters en uitspraken van de ontwerpers. Vooral Gabbana blijkt een zure witte man, een ongereformeerde Italiaanse macho. Een homo (lange tijd was het duo een koppel) die in interviews tekeergaat tegen LGBT-koppels met een gezin. ‘Chemische kinderen’, poneert hij in 2015, die geprepareerd worden met ‘een gehuurde uterus’ en ‘sperma geselecteerd uit een cataloog’. En ook: ‘De enige familie is de traditionele familie.’ Beroemdheden zoals Elton John en Ricky Martin, voorheen grote fans van het merk, verkondigen dat ze nooit ofte nimmer nog kleren van Dolce&Gabbana zullen dragen. De storm is amper gaan liggen of er breekt opnieuw een rel uit, met de lancering van een ‘slave sandal’ in hun webshop.
Na homofobe uitspraken verkondigden beroemdheden als Elton John en Ricky Martin nooit ofte nimmer nog kleren van Dolce&Gabbana te zullen dragen.
Twee jaar later scharen ze zich enthousiast achter Melania Trump, de Amerikaanse first lady, die in modekringen grotendeels wordt verguisd. Als er daarover protest klinkt, drukken ze T-shirts met het opschrift ‘#BOYCOTT Dolce& Gabbana’. Gabbana lijkt in die periode losgeslagen. Hij houdt zich niet in, vooral online. ‘She’s so ugly!!’ schrijft hij onder een Instagramcollage met rodeloperlooks van Selena Gomez. Bij een foto van Kate Moss in een Saint Laurent-jurk is zijn commentaar droogweg ‘No.’ In een privébericht: ‘Don’t call me gay please!! I’m a man!!! Who I love is my private life!’
Lees ook: Topmodel Kristina De Coninck wederom voor de lens op haar 63ste: ‘Ze zijn me echt komen terughalen’
Oorlog met China
In 2018 halen ze zich de woede van een heel land op de hals met een reeks teasers ter gelegenheid van een show in Shanghai. Vijfentwintig procent van de omzet komt op dat moment uit China, en het merk heeft ambitieuze plannen. Er is zwaar geïnvesteerd in ‘The Great Show’, met 300 modellen, 1400 gasten, voor een spektakel dat een uur moet duren. Maar de video’s veroorzaken meteen een schandaal. Model Zuo Ye probeert met stokjes een pizza, spaghetti of cannolo te eten. Tevergeefs. ‘Is it too big for you?’ schampert een mannelijke stem op de achtergrond.
De campagne is karikaturaal, seksistisch, racistisch. Er komt meteen protest. En dat klinkt nog luider wanneer Diet Prada, op dat moment een machtige Instagramaccount, een screenshot publiceert van een conversatie tussen een schuimbekkende Stefano Gabbana en een jonge vrouw die in zijn DM’s is geglipt. ‘China Ignorant Dirty Smelling Mafia’, staat er, onder meer. Hondeneters, noemt hij de Chinezen nog (‘All the worldwide know your attitude for ecxemple with the dogs!!!!!’). De show wordt op het laatste nippertje — vier uur vooraf — geannuleerd door het Chinese departement voor cultuur en toerisme.
De Chinese ambassadeurs van Dolce&Gabbana trekken zich terug. TMall, de belangrijkste onlineluxeboetiek in China, haalt het merk uit de virtuele rekken, net als Lane Crawford, de meest invloedrijke warenhuisketen. De eigen winkels moeten tijdelijk sluiten. In Milaan wordt er voor de boetiek betoogd door misnoegde Chinezen. Er is zoveel protest dat het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken moet tussenkomen. ‘China wenst niet dat het onderwerp een diplomatieke zaak wordt’, zegt een woordvoerder.
Domenico en Stefano veinzen nog, tevergeefs, dat de Instagrampagina van Gabbana gehackt werd. Ze keren halsoverkop terug naar Milaan. Ze verontschuldigen zich, zonder veel overtuiging, in een filmpje. En ze slepen Diet Prada voor de rechter. Ze eisen, zo meldde de krant Le Monde, de terugbetaling van de kosten gemaakt voor het defilé, het inkomstenverlies als gevolg van het schandaal, en de marketingkosten voor het herwaarderen van hun imago – totaal: 591 miljoen euro. Tot een proces komt het niet. Er zou een overeenkomst zijn getroffen, al wordt dat door geen van de partijen bevestigd of ontkend.
Vorig jaar werd niemand minder dan Kim Kardashian ingeschakeld voor een capsulecollectie. Slim gespeeld.
Zes jaar later lijkt de bladzijde omgedraaid. Al is de liefde van China bekoeld. Dolce&Gabbana heeft nog altijd een slechte reputatie, meldt een betrouwbare Chinese bron, al is de situatie nu kalmer dan in 2018. ‘De verkoop slabakt, maar er zijn nog altijd rijken die het label kopen. Die willen vaak niet in de winkels gezien worden, dus shoppen ze online, of vragen ze het winkelpersoneel om de kleren thuis te bezorgen. Los daarvan houden we in China wel van de stijl van Dolce& Gabbana omdat China en Italië in sommige opzichten van dezelfde dingen houden, van drukke prints en van familie.’ Het label investeerde in een winkel in de duurste mall van Shanghai, met ’s werelds eerste DG Caffè. De tentoonstelling die dit voorjaar in het Grand Palais in Parijs loopt, zou later ook in China te zien zijn, al zijn daarover nog geen details vrijgegeven. De expo ‘Du coeur à la main’ wordt allicht het pronkstuk in de operatie ‘rehabilitatie van Domenico Dolce en Stefano Gabbana’.
Blockbusterexpo
Buiten China zijn de gekke toeren van Gabbana grotendeels vergeten. Niemand schaamt zich nog om in het label op een magazinecover of een rode loper te verschijnen. Vorig jaar werd niemand minder dan Kim Kardashian ingeschakeld voor een capsulecollectie – slim gespeeld. Dit jaar is er een collab met Skims, het shapewearmerk van de celeb.
De Parijse expo, die eerder al te zien was in het Palazzo Reale in Milaan, focust op de Alta Moda, Alta Sartoria en Alta Gioielleria-collecties, waar ‘de kunst van fatto a mano de hoofdrol heeft’. Dolce&Gabbana’s versie van haute couture wordt een keer per jaar gepresenteerd tijdens een driedaags evenement op een bijzondere locatie, voor een beperkt publiek van trouwe klanten en een kransje influencers en journalisten (de laatste keer, afgelopen zomer, was in Sardinië, red.). In Milaan was de expo in Palazzo Reale elke dag volgeboekt. En in de pas gerenoveerde zalen van het Grand Palais, waar ze loopt tot 31 maart, wordt een gelijkaardige toeloop verwacht. Dat ze gemaakt werd in samenwerking met IMG, de machtige Amerikaanse sport- en entertainmentgigant, verklaart deels de enigszins opgeklopte blockbusterstatus. Maar los daarvan spreken de sprankelende sprookjesjurken van Dolce&Gabbana ook gewoon tot de populaire verbeelding. Bovendien is de expo samengesteld door gerespecteerd curator en modehistorica Florence Müller die eerder retrospectieven wijdde aan onder anderen Yves Saint Laurent en Christian Dior.
‘Du coeur à la main’ exploreert de inspiratiebronnen van de ontwerpers, van een passie voor de Italiaanse cultuur tot artisanale tradities. Er zijn tien zalen, gewijd aan evenveel thema’s, zoals kunst, opera, ballet en cinema. Verwacht veel ooohs en aaahs, meer dan tweehonderd creaties, en ontelbaar veel evocaties, in sfeervol zwart-wit, van een dolce vita.
Du cœur à la main: Dolce&Gabbana, tot 13 maart 2025 in het Grand Palais in Parijs, paris.dolcegabbanaexhibition.com
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier