Tot de bouw ons scheidt: hoe de relatiebreuk na verbouwingen te vermijden?
Bouwen en verbouwen, het is niet bepaald a walk in the park voor je relatie. Tussen stof en slijpschijf komen heel wat emoties los. Lastig, maar niet onlogisch. “Een huis is een verlengstuk van onszelf en ons leven geworden.”
Ze zagen het helemaal zitten, Kristel (32) en haar vriend. Een mooi stukje grond gekocht, op de ideale locatie. Over de indeling van het huis – hier komt de keuken, daar komt de badkamer – waren ze het snel eens, net zoals over de aanpak: een sleutel-op-de-deurwoning, want ze wilden het graag zien vooruitgaan. ‘Op acht maanden tijd zou het klaar zijn, had de aannemer ons beloofd. Dat hij aan de funderingswerken begon zonder een stabiliteitsstudie uit te voeren, vonden we vreemd, maar we vertrouwden erop dat alles in orde zou komen.’ Het bleek het begin van een bakstenen nachtmerrie. ‘Toen de ruwbouw er stond, werd er plots niet meer gewerkt. Ze beloofden over enkele maanden verder te doen, maar toen het zover was, kregen we bericht dat de aannemer failliet was. Onze nieuwe aannemer ontdekte, voor ook hij na enkele maanden over de kop ging, zware constructiefouten. De muren die geplaatst waren om het dak te ondersteunen, zijn tijdens een onweer omgewaaid, nét niet op het huis van de buren. Toen het contract van ons huurappartement afliep, zijn we noodgedwongen nog drie maanden bij mijn ouders ingetrokken, omdat ons huis nog niet klaar was.’ Na bijna twee jaar bouwellende konden ze eindelijk verhuizen. Een week later pakte Kristels vriend zijn koffers. Hun relatie had de failliete aannemers, omgewaaide muren en financiële opdoffers niet overleefd.
Tijd maken voor elkaar is belangrijk, maar zorgt ook voor extra druk. Dan heb je de hele dag staan verven en ben je elkaar kotsbeu, moet je ’s avonds ook nog iets leuks gaan doen samen
Rika Ponnet
De ultieme relatietest
Zit er dan toch iets van waarheid in: dat (ver)bouwen de ultieme relatietest is? ‘Het is absoluut een beproeving’, bevestigt relatietherapeute Rika Ponnet. ‘Je moet veel overleggen, kunnen omgaan met spanningen en onzekerheden… Dat kan – net zoals het krijgen van kinderen – heel belastend zijn voor een relatie.’
Nog voor de eerste betonplaat gegoten is, moet er al gesproken worden over geld. Véél geld, want je droomhuis bouwen is vandaag een dure grap. ‘Welk budget wil je besteden? Hoeveel is een nieuwe keuken waard? Ga je vakanties opofferen om toch maar die ene vloer te kunnen leggen? Een bouw of verbouwing is vaak het eerste moment waarop er op die manier over geld gepraat moet worden. De waarden en normen die je van huis uit meegekregen hebt, zijn daarbij heel bepalend, maar durven ook te botsen met die van je partner.’
Herkenbaar, zegt Kristel. ‘Mijn vriend wilde veel zelf doen, ik wilde liever meer uitbesteden om zeker te zijn dat het goed gedaan was. Haast elke maand hadden we ruzie over waar onze centen nu eigenlijk naartoe waren. Eens samen gezellig gaan eten, deden we nog amper, want daar was geen geld meer voor. We reageerden ook allebei heel anders op de tegenslagen. Ik vond dat hij niet hard genoeg op tafel sloeg bij de aannemer, hij was van mening dat ik te veel eiste en daardoor de samenwerking bemoeilijkte. Het was telkens weer dezelfde discussie. Op den duur heb je geen zin meer om die te voeren, en uiteindelijk stop je gewoon met praten.’
Veilige plek
Over smaak valt niet te twisten, maar toch moet ook daarover gepraat worden wanneer je van een bouwval of bouwgrond een nieuwe thuis wilt maken. ‘En ook dat hangt sterk samen met je opvoeding’, zegt Rika Ponnet. ‘Je komt nooit helemaal uit hetzelfde milieu als je partner, jullie smaak zal altijd een beetje anders zijn. Zeker bij koppels die elkaar pas op latere leeftijd leren kennen of bij nieuw samengestelde gezinnen kan dat flink clashen. Ook daar moet je als koppel compromissen over kunnen sluiten. Uiteindelijk gaat het maar over materiële zaken. Als je daarin blijft vastlopen, wijst dat meestal toch op dieper liggende problemen.’
Meer dan vroeger hechten we waarde aan het interieur en de uitstraling van ons huis. Naast praktisch willen we vooral mooi wonen, met de juiste kleur op de muren en liefst niet te veel Ikea. Een keuken is een statement geworden, een huis een stuk van onze identiteit.
‘Een huis is meer dan een tastbare hoop stenen’, zegt Els De Vos, docent wooncultuur en architectuurgeschiedenis en -theorie aan de Universiteit Antwerpen. ‘Een huis zegt wie je bent, maar ook hoe je gezien wilt worden. Het is een verlengstuk geworden van onszelf en ons leven. We zijn ermee verknoopt. Daardoor komen er ook zoveel emoties bij kijken. We zijn ons huis gaan zien als een stukje van onze ziel, een hyperpersoonlijke plek.’
Yuval Noah Harari heeft het in zijn Sapiens: een kleine geschiedenis van de mensheid over de mens als verzamelaar-jager, voor wie ’thuis’ een territorium was van honderden vierkante kilometers, inclusief heuvels, riviertjes en bossen. Met de komst van dorpen kwamen er boeren, die slechts op een klein lapje grond woonden en werkten, en enorm gehecht geraakten aan hun huisje van hout, steen of leem. Sindsdien bestaat er zoiets als ‘mijn huis’: een veilige plek waar we kunnen uitrusten en wegvluchten van de drukke, bedreigende buitenwereld.
‘Mensen zijn verknocht aan hun huis’, zegt Els De Vos. ‘Zeker in België. Wie bouwt of verbouwt, doet dat meestal maar één keer. Ons land kent de langste pendelafstanden: zelfs wanneer mensen van job veranderen, zullen ze niet snel verhuizen. Daarom zijn ouders, familieleden en vrienden vaak zo betrokken bij het bouwen of verbouwen van een huis: het is zowat de grootste investering die mensen maken in hun leven, dus het moet goed zijn.’
Slecht aflopende soap
Beslissingen over raamkozijnen, deuropeningen en badkamertegels kunnen twee mensen in het slechtste geval uit elkaar drijven, maar ook meer dan ooit verbinden. Terwijl kerken leeglopen, stromen expohallen met bouwbeurzen vol. (Ver)bouwen is het nieuwe trouwen, en meer dan vroeger een engagement. ‘Samen een huis bouwen of verbouwen is een symbolische stap geworden’, zegt Rika Ponnet. ‘Het houdt een langetermijnbelofte in – mede door de torenhoge woningprijzen – wat een soort druk met zich meebrengt. Daar komt nog eens bij dat relaties niet zomaar meer als ‘voor het leven’ beschouwd worden. Hoe meer je investeert, hoe meer je kunt verliezen wanneer je uit elkaar gaat. Ook dat is een voedingsbodem voor conflict.’
Voeg daar nog wat goedbedoeld maar ongevraagd advies van je directe omgeving bij, en je hebt alle ingrediënten voor een slecht aflopende soap. Want of je het nu wilt of niet: ouders zullen zich bemoeien. Het is de prijs die je betaalt voor hun financiële of fysieke hulp, zegt Rika Ponnet. ‘Als je vader zich elk weekend in het zweet komt werken op je bouwwerf, verwacht dan ook dat hij iets te zeggen wil hebben. Luister naar elkaars verwachtingen en maak duidelijke afspraken. Weet je op voorhand dat het tot problemen zal leiden, betrek hen dan niet actief bij de bouw of verbouwing.’
Bereid je voor op ups en downs, maar weet ook dat het voorbijgaat. Kinderen heb je voor het leven, een verbouwing is tijdelijk
Rika Ponnet
Voor Marijke (33) was het evident om haar ouders wél een grote rol toe te bedelen. Ze was single toen ze een bouwvallig huisje kocht dat ze volledig zou renoveren. Twee jaar lang woonde ze opnieuw bij haar ouders in, een keuze die haar meer opleverde dan enkel betaalbaar onderdak. ‘Mijn verbouwing heeft bevestigd dat ik heel veel aan mijn ouders heb. Ze waren mijn klankbord. Ze hielpen me niet enkel met het zware werk, maar ook met plannen uittekenen en beslissingen nemen. Ik ben een twijfelaar: als ik elke knoop alleen had moeten doorhakken, was ik gek geworden. Zonder hun steun had ik dit niet gekund. Ik heb intussen een vriend met wie ik samen een nieuw huis ga bouwen, maar ik merk dat ik toch nog vaak mijn mama om haar mening vraag.’
Het is een fase
Werk, gezin en huis: voor de gemiddelde Vlaming zijn het belangrijke pijlers voor een stabiel en rustig leven. Sloophamer en drilboor kunnen dat evenwicht flink onderuit halen, zeker wanneer de werken niet lopen zoals gepland. Karolien (36) en haar man zijn al tien jaar aan het verbouwen, en nee, dat was niet de bedoeling. ‘We hebben alles vernieuwd wat er vernieuwd kon worden, van vloeren tot elektriciteit. Dat dit niet op één jaar zou lukken, wisten we ook wel, maar dat we vandaag nog altijd bezig zouden zijn, hadden we niet voorzien.’ Dat ze dat slopende verbouwdecennium – waarin ook nog eens vier kinderen geboren werden – heelhuids doorgekomen zijn, is vooral te danken aan een strakke taakverdeling, zegt Karolien. ‘Simon concentreerde zich op de werken, ik op het huishouden en de kinderen. Dat klinkt misschien wat ouderwets, maar voor ons werkte het. We waren elk verantwoordelijk voor ons eigen domein, en vertrouwden elkaar daarin. Grote beslissingen namen we natuurlijk samen, maar we vielen elkaar niet lastig voor elk klein akkefietje.’
Zolang je tussen het puin genoeg tijd blijft maken voor elkaar, zal het wel lukken om die wankele periode zonder relatiescheuren te overleven. Niet? ‘Iedereen weet dat dat belangrijk is, maar iedereen weet ook hoe moeilijk het is’, zegt Rika Ponnet. ‘Soms zorgt die gedachte alleen maar voor extra druk. Dan heb je de hele dag staan verven en ben je elkaar eigenlijk kotsbeu, moet je ’s avonds ook nog iets leuks gaan doen samen. Tja.’ Beter is het volgens Ponnet om te beseffen: het is een fase. ‘Wees realistisch over de impact op je relatie. Bereid je voor op ups en downs, maar weet ook dat het voorbijgaat. Kinderen heb je voor het leven, een bouw of verbouwing is tijdelijk.’
Eerst behangen, dan bouwen
Bezint eer ge begint, is een nuttig spreekwoord voor zowat alles in het leven, maar zeker als het op (ver)bouwen aankomt. ‘Achteraf gezien besef ik dat we veel te snel gegaan zijn’, geeft Kristel toe. ‘We waren amper één jaar samen toen we aan het bouwen sloegen. Dat is te kort om te weten of je samen zo’n project aankunt. Maar ja, we zaten op een roze wolk.’
Ben je niet zeker dat je relatie tegen een stootje kan, begin er dan niet aan, zegt ook Rika Ponnet. ‘Heb je een gezonde relatie, maar kun je niet goed inschatten of jullie klaar zijn voor een verbouwing, start dan met een klein project. Schilder of behang samen een kamer en kijk hoe dat loopt. Merk je dat je nu al vastloopt in ruzies of discussies, wees dan verstandig en trek je conclusies. Wacht en spaar dan liever wat langer zodat je meer werk kunt uitbesteden. Soms lijkt het wel alsof iedereen muren kan metselen en elektriciteit kan leggen. Wel, dat is nÃét zo.’
Bouwen en verbouwen kost ons tijd, geld en soms zelfs onze relatie. Waarom blijven we het dan toch massaal doen? Omdat er weinig alternatieven zijn – in tegenstelling tot in Nederland is het aanbod aan sociale woningen in ons land bijzonder laag – maar ook omdat onze houding tegenover huren zo negatief is, zegt Pascal De Decker, socioloog en ruimtelijk planner verbonden aan het departement architectuur van de KU Leuven. ‘Het wordt jonge mensen aangepraat om zo snel mogelijk een eigen woning te kopen of te bouwen. Waarom is er zo’n haast bij? Dat huren weggegooid geld is, is een uitspraak die je in het buitenland niet hoort. Duitsers en Nederlanders vinden huren even goed als eigenaar zijn van een woning.’ De prijzen in de private huursector swingen soms de pan uit, geeft De Decker toe, en een eigen huis betekent ook een extra spaarpotje voor je pensioen.
‘Maar het belang dat in ons land aan een huis wordt gehecht, is wel héél groot geworden. Het wordt ons dan ook aangepraat door de samenleving. Ik kijk soms met grote ogen naar jonge koppels die aan een gigantisch renovatieproject beginnen. Er zijn toch leukere dingen in het leven dan beton gieten en valse muren zetten. En laat ons eerlijk zijn: de meeste mensen die aan een verbouwing beginnen, zijn amateurs. Ze onderschatten hoe lastig het kan zijn. Ik zou weleens willen weten hoeveel relaties er werkelijk op stuklopen.’
Borstvoeding in het stof
Gelukkig kan het – jawel – ook leuk zijn om maandenlang halftijds in je werkplunje te leven en samen tot middernacht gyprocmuren te plaatsen.
‘Ik besef dat mijn verhaal wat gekleurd is omdat ik er niet meer middenin zit, maar ik heb best goede herinneringen aan onze verbouwingen’, zegt Charlotte (30). ‘Mijn man en ik hebben allebei een drukke job. Tijdens dat verbouwingsjaar zagen we elkaar net méér, omdat we elk vrij moment in het huis aan het werken waren. Vaak kwamen er vrienden meehelpen. Door samen de handen uit de mouwen te steken, leer je elkaar op een andere manier kennen. Het zijn momenten waar we allebei met plezier op terugkijken.’
Ook Karolien beschouwt haar verbouwing niet als een zwart hoofdstuk. ‘Ik ga het zeker niet romantiseren. Ik heb borstvoeding gegeven in een bed vol stof. Ons huis rook nooit naar baby en wasproducten, zoals bij mijn vriendinnen, maar naar bezetsel en cement. Tegelijkertijd was het ook één groot avontuur dat we samen beleefden.’ De voldoening over het resultaat maakt vandaag soms plaats voor een klein puntje van frustratie: kinderen die schade aanbrengen. ‘Zijn we eindelijk bijna klaar, breken zij het kot af. Er is al een stuk van mijn aanrecht.’ Gelukkig is het maar een huis.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier