Tijdloze klasse: zes iconische designhotels die ons interieur beïnvloeden
Het interieur van sommige hotels is zo weldoordacht dat het de blauwdruk legde voor een hele architectuurstroming. Andere hotels kregen een status als stijlicoon, waarvan de inrichting ook nu nog lustig gekopieerd wordt in menig huiskamer. Enkele bekende en minder bekende voorbeelden uitgelicht.
SAS Royal Hotel in Kopenhagen
Het SAS Royal Hotel in Kopenhagen werd op het einde van de jaren vijftig integraal ontworpen door Deens architect Arne Jacobsen. Jacobsen nam werkelijk alles onder handen: van het exterieur tot het textielontwerp, de belichting en zelfs het bestek. Het designhotel wordt daarom ook wel eens Jacobsens’ Gesamtkunstwerk (‘alomvattend kunstwerk’) genoemd, en kan met andere woorden worden beschouwd als een archetype van het Deense modernisme. Jacobsen streefde met zijn ontwerp een ‘modern garden’-thema na, waarvoor hij groen textiel en organische vormen combineerde met strakke, geometrische structuren.
Meer dan zestig jaar later valt de invloed van het Royal Hotel op ons huidige interieur niet te onderschatten. Zo vind je in menig huiskamer nog een exemplaar (of een vrije interpretatie) van de Swan chair, de Egg chair of de lampen die Jacobsen speciaal voor het hotel ontwierp. Het hotel – nu ‘Radisson Collection Royal Hotel’ – werd ondertussen gerenoveerd, maar belangrijke elementen van Jacobsens’ ontwerp zoals de trap in de lobby en de iconische stoelen bleven gelukkig bewaard. Kamer 606 werd bij wijze van eerbetoon volledig behouden volgens het originele ontwerp en kan je nog steeds boeken om een nacht te verblijven.
Claridge’s in Londen
Hotel Claridge’s in Londen is de beeldende definitie van ‘poepchic’. Vanwege banden met het Britse koningshuis wordt er wel eens naar het hotel verwezen als ‘het bijgebouw van Buckingham Palace’, al zou dat evengoed kunnen liggen aan de vorstelijke luxe die het uitstraalt. Claridge’s opende de deuren al in 1812, maar staat vooral sinds de roaring twenties bekend als art deco icoon. Basil Ionides, een toonaangevend art deco designer, zette het hotel op de kaart door zijn ontwerp van enkele suites en het hotelrestaurant, met spiegels die vandaag nog aan de wanden hangen. Honderd jaar later inspireert het hotel nog steeds met authentieke art deco elementen die stijlvol worden gecombineerd met een kubistische stijl en klassieke Engelse luxe.
The Greenbrier in West Virginia
Hotel The Greenbrier bij Sulphur Springs in West Virginia wordt beschouwd als het meesterwerk van ontwerpster Dorothy Draper. Draper, een van de meest invloedrijke Amerikaanse interieurontwerpers van haar tijd, toverde na de tweede wereldoorlog het voormalige legerziekenhuis weer om tot een hotel met wel 710 kamers en 10 lobby’s. Draper’s onmiskenbare stijl, die ze zelf ‘moderne barok’ noemde, kan doorheen het hele hotel worden teruggevonden via haar iconische zwart-witte schaakbordvloeren, spetterende kleuren en oversized patronen. Je haat het of je houdt ervan, maar Draper drukte met haar anti-minimalistische stijl een blijvende stempel op interieurontwerp. Ook vandaag is haar invloed nog in een oogopslag te herkennen in hotels en huiskamers, bij liefhebbers van klassiek ‘maximalisme’ met een moderne twist. Haar iconische ‘Brazilliance’ behangpapier met motief van banenbladeren vind je nog overal ter wereld. Vandaag wordt Draper’s traditie voortgezet door haar protégé, ontwerper Carleton Varney, die een boek schreef over het hotel en zijn samenwerking met Dorothy.
Gellért Hotel in Budapest
Volgens The Financial Times bestaat het meest invloedrijke hotel van het laatste decennium niet. Of toch niet in het echt althans: die eer schrijven ze immers toe aan The Grand Budapest Hotel uit de gelijknamige film van regisseur Wes Anderson. Toegegeven, wij zouden ook wat neertellen om een nacht in het pastelroze spektakelhotel door te brengen. Verschillende hotels, zoals The Ned in Londen of The Pulitzer in Amsterdam, lijken de grandioze, fin-de-siècle elementen van het fictieve hotel dan ook te hebben overgenomen in hun interieur. Maar de inspiratie voor The Grand Budapest Hotel moet ook van ergens zijn gekomen. Daarbij wordt het iconische Hotel Gellért in Budapest wel eens genoemd als een van Andersons’ inspiratiebronnen. De art nouveau-parel ontving in 1918 al haar eerste gasten, en hoewel het ondertussen al een hele tijd niet meer werd gerenoveerd, blijft het hotel met haar koepeldaken, mozaïeken en de glas-in-loodramen een van de meest indrukwekkende voorbeelden van jugendstil-stijl. Het Grandhotel Pupp in Karlsbad of het Don Cesar in Florida zijn inspiratiebronnen die wél meer met hun tijd meegingen, en zijn dus aanraders voor een luxueuze, bijna-ervaring van The Grand Budapest Hotel.
Terrace Plaza Hotel in Cincinatti
Het Terrace Plaza Hotel in Cincinatti zou het eerste moderne hotel zijn dat in de VS werd gebouwd na WOII. Het groeide snel uit tot een icoon van het Amerikaanse modernisme en de ‘Internationale Stijl’ als architectuurstroming. Terrace Plaza Hotel werd ontworpen door Natalie de Blois onder architectenbureau Skidmore, Owings & Merrill (S.O.M.). Het ontwerp van het gebouw was op vele manieren baanbrekend. Zo was het het eerste hotel met individuele verwarming op de kamers, met snelle liften die zelf werden bediend en het had de allereerste ‘sky lobby’. Binnenin werden de muren behangen met werken van moderne kunstenaars zoals Joan Miró, Saul Steinberg en Alexander Calder. Hoewel het hotel een nieuwe standaard bepaalde voor moderne gebouwen wereldwijd, is het nu zelf in verval. Het werd vorig jaar door het National Trust for Historic Preservation uitgeroepen tot een bedreigde historische plaats.
Imperial Hotel in Tokyo
Het Imperial Hotel in Tokyo is zonder twijfel Frank Lloyd Wright’s meest gekende ontwerp in Azië. Lloyd Wright staat gekend om zijn ‘organische architectuur’, waarbij gebouwen in harmonie staan met hun omgeving en haar bewoners. Het Imperial Hotel was een van de vroegste voorbeelden van ‘Mayan Revival’, een architectuurstijl die inspiratie onttrok aan de gebouwen en iconografie van pre-Columbiaanse, Meso-amerikaanse culturen, al eerde het ook Japanse invloeden. Wright ontwierp parallelle gebouwen die met elkaar verbonden waren via gangen en bruggen, waardoor de vorm van bovenaf op de letter H leek, het logo van het hotel. Het ontwerp was alomvattend, aangezien Wright ook interieurs en meubilair zoals de Peacock Chair voor het hotel ontwierp. Na het doorstaan van de grote Kanto-aardbeving in 1923 en Amerikaanse bombardementen tijdens de tweede wereldoorlog, werd het hotel in 1976 toch afgebroken om plaats te maken voor een moderner gebouw. De façade, de originele lobby en de binnenkoer met het spiegelende zwembad werden gelukkig bewaard en gereconstrueerd in het Meiji Mura Museum in Inuyama, waar Wright’s ontwerp tot vandaag inspireert.
Hotel Valley Ho in Scottsdale
Hotel Valley Ho in Scottsdale, Arizona is een iconisch voorbeeld van mid century modern design. Toen het hotel opende in 1956 werd het ontwerp van Edward L. Varney – leerling van Frank Lloyd Wright – beschouwd als enorm vooruitziend, zelfs voor modernistische architectuur in die tijd. Het hotel was echter niet alleen iconisch omwille van haar architectuur: het was de ‘Hollywood hideaway’ van sterren als Zsa Zsa Gabor, Marilyn Monroe en Humphrey Bogart. Het hotel werd in ere hersteld tijdens renovaties in 2002, met respect voor het originele ontwerp. De typische mid century elementen die je er terugvindt – denk aan houten panelen, chroom, contrasterende kleuren en functionele meubelen – zijn ook in hedendaagse interieurs nog steeds tastbaar en immer relevant.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier