‘Geen schreeuwerig gedoe’: kijk binnen in de minimalistische villa van een Zumthor-fan

Een paar blokken beton met daartussen glas, en een lichtinval die allesbepalend is voor de sfeer binnenin. Architect Hans Verstuyft herleidde voor dit gezin een woning tot de essentie.
‘Ik ben een grote fan van Peter Zumthor. Al heel lang. Dit moet een van de eerste magazines zijn die ik als student interieurarchitectuur in de Copyright kocht’, steekt bewoner Chris Huygen van wal, waarna hij het tijdschrift uit de lage boekenkast in de woonkamer plukt. Een tweetalige editie, Engels-Japans, uit 1994. De Zwitserse architect en Pritzker Prize-winnaar staat bekend om zijn meesterlijke spel van licht en schaduw, de materialen die hij kiest op basis van patine en textuurbeleving en door de wijze waarop hij een meditatieve sfeer weet te creëren. ‘De minimalistische ruimtes die hij tekent hebben iets sacraals.’
Zin in Zumthor
Chris zocht voor zijn gezinswoning naar een Belgische architect met een gelijkaardige gevoeligheid voor licht, voor eenvoud en textuur. Het werd een lange zoektocht die hem uiteindelijk, al bladerend in het boek Belgian architects and their houses van Diane Hendrikx en Muriel Verbist, bij Hans Verstuyft deed belanden. Zijn oog bleef hangen op diens woning in ’s-Gravenwezel. De klik was instant, ook toen ze elkaar ontmoetten, vertelt hij. ‘Er was geen moodboard nodig. Hans had aan die ene referentie genoeg om aan de slag te gaan. Met zijn eerste ontwerpvoorstel sloeg hij meteen de nagel op de kop.’
Verrassende puzzel
‘We wilden geen open woning, waarin je alles ziet zodra je binnenkomt’, gaat Chris verder. Verstuyft bouwde daarom de woning op uit verschillende blokken. Het koppel kreeg een unit die uit een slaap- en badkamer bestaat, net als hun zoon. De keuken en de hal vormen twee andere blokken. Maar geen van die units is hermetisch afgesloten. Zware, donkerbruine leren gordijnen en hoge kaderloze deuren moeten ervoor zorgen dat het gezin zich kan afzonderen zonder zich helemaal af te sluiten.
Blokkenspel
Die blokken verbond de architect met open ontmoetingsplaatsen: de eetkamer die uitkijkt op de tuin, de woonkamer aan de straatkant en een hal middenin. Rondom zijn glaspartijen die verzonken zijn in het beton, ze zuigen het daglicht en de omliggende tuin dwars door de ruimte naar binnen.
Door het grondplan op die wijze ineen te puzzelen, creëerde Verstuyft niet alleen een spel van licht en schaduw, maar ook een van plagende doorzichten. Niet alles wordt meteen prijsgegeven. ‘Toen vrienden ons huis voor het eerst bezochten, reageerden ze bij iedere hoek verrast: “Moh, hier is nog een ruimte!” of “Amai, dat is hier groot!” Het creëren van die contrasten, daar is Hans heel sterk in.’
Lees ook: Doe maar rustig: de schoonheid van soberheid in je interieur
Geen schreeuwerig gedoe
De bewoners omschrijven zichzelf als eerder discreet en teruggetrokken. Ze wilden dan ook een huis dat zou opgaan in de bomen en grassen die hen omringen. En dat met een beperkt materiaal- en kleurgebruik. Er is beton, glas, hout, travertijn en daarmee is de opsomming rond. ‘Geen schreeuwerig gedoe’, vat Chris het samen.
Zowel binnen als buiten benadert het gekleurde beton van de muren de kleur van de boomstammen in de tuin. Ze voelen ruw aan, net als boomschors. De rest van het beton werd bewust mat gehouden in plaats van het te polijsten. ‘Het is allemaal wat grover. De ene keer bewust, de andere keer wat minder. Het is niet overal even netjes afgewerkt. Er is ruimte voor een barst, een verkleuring. Ik hou niet van clean of afgelikt.’
Plaaggeesten
En ook niet van rommel: de inrichting lijkt die van een estheet die genoeg heeft aan een paar weloverwogen stukken. Zowel klassiekers – waaronder stoelen en een lounge chair van Eames, bijzettafels van Le Corbusier, een krukje van Perriand – als minder gekende designs waaronder een Marenco-sofa van Arflex kregen er een plek. De sofa uit 1970 belandde op menige wishlist nadat Tadao Ando hem had gebruikt in zijn Koshino House. Zelfs het waterbakje van de kater des huizes past in de esthetiek van de woning. Die is minimalistisch en tijdloos zonder kil of saai te zijn, en verfijnd zonder snobistisch aan te voelen. De stukken zijn gekozen uit eerbied voor de designers, legt Chris uit. ‘Ik word er weleens mee geplaagd door mijn zoon of vrouw. Wanneer ze iets hebben gekocht, vragen ze me: “En? En? Past het bij het huis?”’, lacht hij.
Kippenvelmoment
Wanneer de avond valt, zorgen minimalistische armaturen en puntverlichting doorheen de woning voor een heel bijzondere sfeerverlichting. ‘Enkel een bundeltje licht dat op de tafel valt. Heel miniem, heel intiem. Meer heb ik niet nodig. Ik kan enorm van die rust en verstilling genieten als ik thuiskom van mijn job.’ Het effect dat zijn woning op hem heeft, gaf Chris zin om in het Zwitserse kanton Graubunden op bedevaart te trekken langs de bouwwerken van Peter Zumthor. ‘Ze zijn magisch. Die gebouwen doen echt iets met een mens. Of alleszins met mij. Ik krijg opnieuw kippenvel als ik eraan denk.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier