Niets is wat het lijkt: architectenbureau DMOA bedot iedereen met een bakstenen bungalow
Een vervallen Oostenrijkse chalet werd vervangen door een kleine, bakstenen bungalow. Dat vermoed je tenminste wanneer je voorbij het huis van Maarten en Jesse wandelt. Maar DMOA wist iedereen te bedotten met hun ontwerp. ‘Van buitenaf heb je geen idee wat voor ruimte zich achter de tuinmuren ontvouwt.’
Tussen de klassieke bakstenen huizen, grote chalets of witte blokvilla’s die deze buurt in de Leuvense rand typeren, loop je zó voorbij de woning van Maarten en Jesse. Een bakstenen muur met smalle vensters ligt wat verdoken achter een losstaande bijbouw. Er is geen omheining, ook geen haag. Twee kleurrijke voortuinen – een verdienste van tuinontwerpers Campo & Jacoby – lopen in elkaar over. De ene mondt uit op straat, de andere op een populair jaagpad dat op zijn beurt naar het bos wat verderop leidt.
Ici on sert l’apéro prijkt op een blauw emaillen uithangbord aan de bijbouw. ‘Toen we het perceel kochten, stond hier een chalet zoals je er meer ziet in de wijk. Ervoor stond een schuurtje met typische Oostenrijkse versieringen’, vertelt Maarten, oprichter van creative agency Mutant. Zijn vrouw Jesse staat in het onderwijs. ‘Het stond bekend als het kabouterhuizeke. Kinderen uit de buurt kwamen hier hun fopspeentje afgeven, zoals aan Sinterklaas. We vonden die interactie leuk en wilden die absoluut in een of andere vorm behouden. Als we hier zitten met onze dochters, dan zwaaien de passanten. Soms komen ze er ook gewoon bij zitten.’
De buitenmuren op de achtergrond lijken op die van een nieuwe, maar bescheiden bungalow. Maar wat geen enkele voorbijganger of spontane drinkgezel kan voorspellen is dat ze eigenlijk de spits vormen van een volume dat meer weg heeft van een vlieger. ‘Hadden we een gewoon laagbouwblokje gewild, dan hadden we niet bij Matthias en Benjamin aangeklopt’, grijnst Maarten. ‘We wilden iets neigs, niet doorsnee.’
In vliegervorm
Matthias Mattelaer en Benjamin Denef vormen sinds 2009 DMOA. Het Leuvense architectenbureau werd recent door hun thuisstad uitgeroepen tot creatief ambassadeur en op hun spreekwoordelijke schoorsteenmantel prijkt een Jo Crepain Award voor innovatie. Het duo schuwt de vernieuwing niet, noch het experiment. Dat zie je aan het huis van Maarten en Jesse. Niet alleen zijn vliegervorm – die alleen van bovenaf echt goed te vatten is – maar ook zijn inplanting op het perceel is op z’n minst verrassend. ‘De kavel op zich was al speciaal. Een afgeronde spie op de flank van een heuvel’, licht Matthias het grondplan toe. ‘Door het huis net in tegenovergestelde richting op te trekken – de breedste kant van het volume kwam op de punt van het perceel en vice versa – konden we een eiland vormen in het groen.
Met de nodige visuele afstand van de buren.’ In een typische straat met vrijstaande huizen, allemaal dicht op elkaar maar elk in een andere stijl of kleur, valt op hoe je er zo aan het gevoel omsingeld te zijn ontsnapt. ‘Een lange straatgevel zou het huis veel massiever en imposanter hebben gemaakt’, gaat Matthias verder. ‘Als je rekening wilt houden met de buitenruimte – wat het uitgangspunt was van Maarten en Jesse – dan vormen rechthoekige of vierkante huizen een lomp zicht. Wanneer je met hoeken speelt, maak je het geheel juist lichter.’
De glazen voordeur onderscheidt zich nauwelijks van de langwerpige vensters die de bakstenen muur doorbreken. Gasten komen dan ook meestal langs het terras, dat de hele achterzijde van de woning volgt en de ingegraven slaapverdieping overdekt. Een puntige betonnen luifel lijkt uit de woning te schieten. ‘Om het uitzicht niet te belemmeren, hebben we draagkolommen zoveel mogelijk vermeden. In plaats daarvan werkten we met balken die een dubbele functie kregen. Enerzijds maken ze de overkraging mogelijk, anderzijds definiëren ze de verschillende hoeken in de grote leefruimte.’
De omtrek van de zitput, de eetkamer en keuken lees je met andere woorden af aan het plafond, dat bewust in de lengte van de vliegervorm werd bekist. Het bamboe parket daarentegen werd vanuit de breedte samen geritst, pal in het midden van de woonkamer. Een ingeving van Maarten, die ook ingenieur is van opleiding. Het plafond verlengt de ruimte, terwijl de vloer haar opnieuw verbreedt. ‘Het zijn details, maar die tegengestelde lijnen geven zin om de hele ruimte te onderzoeken, in plaats van ze enkel te doorkruisen.’
Ouderwetse klik
Vaak blijft een nieuwbouw een hoog showroomgehalte behouden. Niet bij Maarten en Jesse. Een bepaalde nostalgie naar de jaren zeventig vormt de rode draad door hun interieur. De veldovenstenen waarmee de voegloze muren werden gebouwd zijn gerecupereerd, net als een paar typische hanglampen die het koppel op vintagemarkten kocht. De keuken, die met haar pastelkleur en handgeschilderde cementtegels recht uit een flowerpower-decoblad lijkt te komen, is verrassend nieuw. ‘Een klein atelier in Deinze, P & Carreau-Line, restaureerde jarenlang de iconische Cubex-keukens van Louis Herman De Koninck, vooraleer het zich zelf ook aan retro keukenontwerpen waagde’, vertelt Maarten. ‘Jesse ontdekte het via via’, vult Matthias aan. ‘De keuken mag dan gloednieuw zijn, de kasten en laden klikken net zoals vroeger. Dat geeft toch meteen een goed gevoel?’ grijnst hij op zijn beurt.
Dezelfde sfeer duikt ook op in de badkamers op de benedenverdieping, waar zellige tegels en maatmeubelen in seventiestinten opduiken. Een bungalow die er geen is, blijkt er zo – op decovlak dan – toch wel iets van weg te hebben. Maar het totaalplaatje, dat is en blijft echt wel neig.
DMOA
Leuvens architectenbureau opgericht door Benjamin Denef (43) en Matthias Mattelaer (46), die beiden aan de KU Leuven hun diploma ingenieur-architect behaalden.
Bouwen voornamelijk residentiële projecten in en rond Leuven, maar zetten ook in op eigen projectontwikkelingen.
Hun eigen kantoor KRUUL – met een ingebouwde xylofoon in de gevel – leverde hun de Media Architecture Award op in 2018 en een BIS Architectuurprijs in 2019.
De Maggie vluchtelingenshelter viel eveneens meermaals in de prijzen. Hij won onder andere een Henry van de Velde Award en de titel Beste Humanitaire Innovatie op de Dutch Coalition for Humanitarian Innovation. dmoa.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier