Genève heeft een probleem met Jean Nouvel die het Musée d’Art et d’Histoire grondig wil verbouwen. Er zijn zoveel tegenstanders dat de bevolking zich hierover op 28 februari in een volksraadpleging mag uitspreken: een unicum.
De ingrepen van de ophefmakende Franse architect Jean Nouvel worden niet altijd even gewaardeerd. Vooral als hij zich op oude gebouwen gooit, durft hij nog al driest te werk te gaan. Bovendien zijn deze ingrepen meestal ook best duur. Dit is ook al het geval in Genève waar een hevige controverse aan de gang is omtrent de uitbreiding van het Musée d’Art et d’Histoire.
Sinds 1910 is het gebouw gehuisvest in een elegant neoklassiek paleis. Het museum herbergt bovendien een vrij klassieke collectie gaande van archeologica tot Oude Meesters en werk van belangrijke moderne tenoren als Hodler, Valloton, Giacometti, Tinguely, Picasso en Bram van Velde.
Buiten proportie
Een mooie en rustige collectie om jaloers van te zijn. Maar het museum is aan restauratie toe. Deze renovatie mondt uit in een prestigieus project dat de oude architectuur wel grondig zou kunnen veranderen. Bovendien blijkt ook de kostprijs van de ingreep snel te stijgen. Aanvankelijk ging het om een project van 10 miljoen Zwitserse Frank dat door het radicale verbouwingsplannen van Jean Nouvel oploopt tot 140 miljoen Zwitserse Frank. Heel wat bewoners wensen niet dat de architect grondig aan het gebouw gaat sleutelen, waarbij onder meer de daken en tal van gevels veranderen. De belangrijkste tegenstander, architect en urbanist Marcellin Barthassat vindt de ingreep van Nouvel gewoon buiten proportie. In Genève neemt men de discussie serieus en gaat men over tot een raadpleging op 28 februari die dit toch vrij oude project, de aanzet stamt uit 1998, al dan niet moet laten doorgaan.
Piet Swimberghe
