Archivrouwelijk: opmerkelijke gebouwen ontworpen door vrouwen
De eerste vrouwelijke architect ter wereld, Signe Hornborg, behaalde haar diploma in Zweden in 1890. Pas in de jaren 1920 kwamen opvolgsters op het toneel. Intussen bouwden heel wat vrouwen opmerkelijke gebouwen. Een selectie.
Hemeroscopium House – Een spel van evenwicht en zwaartekracht
Débora Mesa Molina
Waar en wanneer: Las Rozas de Madrid, Spanje, 2008.
De architecte: Débora Mesa Molina (°1981) runt Ensamble Studio samen met haar partner, Antón GarcÃa-Abril. In haar werk, dat vaak vertrekt van bestaande natuurlijke omstandigheden, zoekt ze een evenwicht tussen verbeelding en realiteit, tussen kunst en wetenschap.
Het project: Het huis bestaat uit zeven opgestapelde elementen die lichter worden naarmate de structuur groter wordt. Een granieten steen van twintig ton op de top biedt tegenwicht aan het systeem en geeft uitdrukking aan de sterkte van de zwaartekracht. Achter de ogenschijnlijke eenvoud gaan complexe berekeningen schuil die nodig waren voor het berekenen van de trekkrachten van de staaldraden in het beton. De engineering nam een jaar in beslag, de constructie slechts zeven dagen omdat de verschillende elementen volledig geprefabriceerd waren.
Bijzonderheid: De betonnen U-balk gevuld met water reflecteert het licht als een lang weerspiegelend zwembad in een uitkragende ligger. Een weerkaatsing van het echte zwembad op de begane grond.
Residence Saint-Ange – Een zwarte monoliet
Odile Decq
Waar en wanneer: Op een heuveltop in Seyssins, niet ver van Grenoble, Frankrijk, 2015.
De architecte: Odile Decq (°1955) zet een radicale architectuur neer, gedomineerd door zwart. Gesofisticeerd en eclectisch. Ze ontwierp al tal van publieke projecten die met internationale prijzen werden bekroond. Ze doceert over de hele wereld en richtte in Lyon haar eigen architectuurschool op, het Confluence Institute.
Het project: Saint-Ange is een huis voor hedendaagse artiesten in residentie. Door de ligging op een hoogte fungeert het als uitkijktoren met mooi uitzicht op de omringende Alpen. Een ruim atelier vormt de sokkel van het gebouw, met daarop een toren met drie verdiepingen waar de logeerplekken zijn ondergebracht. De residentie is opgevat als een indrukwekkend object, maar oogt tegelijk vrij luchtig dankzij de schuine, vluchtende lijnen. De superstructuur is volledig uitgevoerd in hout, binnenin in natuurlijke staat, aan de buitenkant bedekt met asfalt dat het gebouw zijn intens zwarte kleur geeft.
Bijzonderheid: ’s Nachts sluiten de houten luiken, die op dezelfde manier als de gevel zijn afgewerkt. Zo wordt de monoliet volledig zwart en statig.
De residentie is enkel bestemd voor artiesten, meer info via residencesaintange.com
Nationaal Museum van Estland – Een boreale verschijning
Lina Ghotmeh
Waar en wanneer: Op een terrein dat paalt aan een voormalige militaire Sovjetbasis in Tafu, Estland, 2016.
De architecte: Lina Ghotmeh (°1980) werkte met Jean Nouvel en Norman Foster voor ze haar eigen bureau opende naar aanleiding van de constructie van dit museum. In haar projecten hecht ze veel belang aan de connectie met het publiek en met de omgeving van het gebouw.
Het project: Het museum, gelegen op een terrein met een militair verleden dat gevoelig ligt, gaat mooi op in het omringende landschap. Het indrukwekkende dak, in het verlengde van de startbaan, maakt zich geleidelijk los van de grond en symboliseert de vlucht vooruit van het land, als een vliegtuig op weg naar het oneindige. Het nodigt de bezoeker uit om binnen te treden in het landschap en in het hart van het museum. Het geheel oogt als een zwevende stad. De gedematerialiseerde wanden bestaan uit driedubbele glazen sluiers die dienen als klimaatregeling, ze zijn tegelijk transparant en reflecterend. Het museum is een lumineus en open huis dat een ode brengt aan de rijkdom van de nationale geschiedenis, ook al was die pijnlijk.
Bijzonderheid: De glazen sluiers zijn versierd met een zeefdruk waarvan het motief de symbolen van de regio weergeeft: vlokken en korenbloemen gereproduceerd met pixels. In de winter maakt een ijslaag er een betoverend geheel van.
Meer info over een museumbezoek via erm.ee
Flint House – Een ode aan de natuur
Charlotte Skene Catling
Waar en wanneer: Op het domein van Waddesdon in Buckinghamshire, Engeland, 2015.
De architecte: Charlotte Skene Catling (°1965) noemt haar benadering van architectuur ‘geo-archeologie’. Daarin besteedt ze bijzondere aandacht aan de grenzen tussen architectuur en andere disciplines.
Het project: Een woning besteld door Jacob Rothschild (de vierde baron Rothschild). Het huis met zijn hellend dak in trappen die uitnodigen om te beklimmen, lijkt op te rijzen uit de grond. Lokale gesteenten boden inspiratie voor de bekleding met handgesneden silex, in een gradatie van tinten van staalgrijs beneden tot wit bij de top. Flint House werd nog in het bouwjaar uitgeroepen tot ‘Huis van het jaar’ door het Royal Institute of British Architects.
Bijzonderheid: De ruige textuur van de muren, zowel binnen als buiten, lijkt deel uit te maken van een tijdloos landschap.
Info over een bezoek via waddesdon.org.uk
RoSana – Een tempel van vrede
Anna Heringer
Waar en waneer: Rosenheim, Duitsland, 2021.
De architecte: Anna Heringer (°1977) is voorstander van duurzame architectuur en het gebruik van aardemateriaal. Ze ontwierp enkele opmerkelijke gebouwen, voornamelijk in Afrika en India. Een van haar bekendste realisaties is de METI Handmade School in Rudrapur in Bangladesh, een project dat meermaals werd bekroond.
Het project: Een gastenhuis voor een ayurvedisch retraitecentrum. In lijn met de bestemming van de locatie zijn de gebruikte materialen en technieken doelbewust eenvoudig en natuurlijk: hout, aarde, klei, vloeren in ruwe aarde, artisanale keramiek en wilgenhout. Zo lijkt het alsof de constructie integraal deel uitmaakt van de natuur.
Bijzonderheid: De eenvoud van de gebruikte materialen en de artisanale toetsen die tot uiting komen in de verschillende manieren om aarde te gebruiken, brengen rust voor de geest en openen tegelijk de zintuigen.
Voor een bezoek aan het ayurvedisch centrum, zie rosana.de
De markt van Santa Caterina – Tussen traditie en moderniteit
Benedetta Tagliabue
Waar en wanneer: In het oude deel van Barcelona, Spanje, 2005.
De architecte: Benedetta Tagliabue (°1963) richtte samen met haar man Enric Miralles een architectuurbureau op in Barcelona. Ze realiseerde grote projecten in Europa en het Midden-Oosten waarbij ze veel belang hechtte aan de coherentie tussen het gebouw en de publieke ruimte.
Het project: De markt van Santa Caterina opende in 1845. Het was de eerste overdekte markt van Barcelona die het grote publiek van voedsel voorzag. In 2005 begon Benedetta Tagliabue met de restauratie, met een bijkomende residentiële zone en publieke ruimtes waarin alle activiteiten van de wijk kunnen plaatsvinden. De restauratie is heel modern, maar met respect voor de site. De bestaande structuur werd bewaard en er werd gebruikgemaakt van traditionele technieken. Zoals voor het indrukwekkende gegolfde dak bedekt met 325.000 kleurige keramiektegels, die onwillekeurig doen denken aan de mozaïeken van GaudÃ. Een hybride onderneming die de Catalaanse tradities en hedendaagse esthetiek verenigt.
Bijzonderheid: Het buitengewone, veelkleurige, golvende dak dat zich ontvouwt als een kamerscherm is ontworpen om al van ver de aandacht te trekken. De zestig verschillende kleuren verwijzen naar de vruchten en groenten die op de markt worden verkocht.
Het huis Unal – Een poëtisch huis te midden van de natuur
Claude Costy
Waar en wanneer: In Labeaume, een klein dorpje in de Franse Ardèche, 1973-2008.
De architecte: Claude Costy (°1931) werkte samen met haar man Pascal Häusermann aan de architectuur van de toekomst. Het was de periode waarin de mens zich voorbereidde om voet te zetten op de maan, in de jaren zestig. Aan de hand van organische vormen en nieuwe technieken – zoals sluiers van spuitbeton – gaf ze gestalte aan haar fantastische visie op de stad van de toekomst.
Het project: Dit ‘bellenhuis’ hoort thuis in de stroming van sculpturale architectuur die opgang maakte in de sixties. De bellen zijn gerealiseerd met de techniek van betonsluiers die met de hand gespoten worden op een metalen armatuur. De bouwer, Joël Unal, sculpteerde met eindeloos geduld elke vierkante centimeter van zijn huis volgens de plannen van Claude Costy. Binnenin is er geen enkele muur, helemaal in lijn met de vrije en open manier van leven in de jaren zeventig.
Bijzonderheid: De bellen zijn wit geschilderd, niet alleen uit esthetisch oogpunt, maar ook omdat het huis hierdoor vier procent minder warm wordt. Een voordeel tijdens warme zomerdagen.
Het huis staat momenteel te koop, waardoor geen bezoek meer mogelijk is.
Grote Stadshal – Reiken naar de hemel
Marie-José Van Hee
Waar en wanneer: In het historische hart van Gent, België, 2015.
De architecte: Marie-José Van Hee (°1950) creëert een serene en gezellige architectuur, hoofdzakelijk in en rond Gent. Ze hecht veel belang aan overgangsruimtes en integreert in haar projecten vaak patio’s en binnenkoeren. Ze ontwerpt ook meubelen en geeft les.
Het project: Marie-José Van Hee realiseerde in samenwerking met het architectenbureau Robbrecht en Daem deze overdekte stadshal waarin ook concerten en evenementen kunnen plaatsvinden. De wonderlijke houten structuur met dubbele puntgevel sluit aan bij de daken van de omringende gebouwen. De combinatie van hout, glas, staal en beton is bijzonder geslaagd. Het gebouw was een van de vijf finalisten van de prijs Mies van der Rohe 2013.
Bijzonderheid: ’s Nachts sijpelt het binnenlicht door de honderden spleten in de structuur, zodat de constructie bezaaid is met lichtpunten als een sterrenhemel.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier