‘Veganisme en ouderschap gaan wél perfect samen’

Niels Charlier voelt zich als veganistische ouder aan de schandpaal genageld na verschillende negatieve berichten in de media over het eetpatroon. In deze opinie wil hij een aantal zaken rechtzetten: ‘Veganisme is geen gezondheidsdieet of extreme ideologie. Het is een levenshouding waarin men waarde hecht aan het leven en welzijn van alle voelende wezens.’

Afgelopen maanden verschenen er verschillende berichten in de media die veganistische ouders in een negatief daglicht plaatsten. Veganisme zou een ‘gezondheidshype’ of zelfs ‘extreme ideologie’ zijn die gevaarlijk is voor baby’s, moeders en jonge kinderen, zou leiden tot extreme ondervoeding of waarbij ouders zelfs – stel je voor – hun kinderen dwingen om urine te drinken. Vanuit een onredelijke koppigheid zouden zij hun kinderen niet geven waar ze recht op hebben: volwaardig en gezonde voeding. Deze berichtgeving stigmatiseert ouders die er bewust voor kiezen kinderen veganistisch op te voeden.

De deskundigen in deze artikels blijken zich echter niet op wetenschappelijke studies te beroepen, wel op een zeer beperkt aantal anekdotes. Terwijl het gaat over enkele onverantwoordelijke of onwetende ouders die toevallig ook veganist waren, wordt er een algemeen verband gelegd tussen veganisme en kinderverwaarlozing door ondervoeding en tekorten. Hierdoor worden wij, veganistische ouders, in een slecht daglicht gesteld tegenover familie, kennissen, en de omgeving van het kind (zoals school en jeugdbeweging). Door dit maatschappelijke stigma worden mensen bovendien bang gemaakt die eventueel overwegen om een stap in de plantaardige richting te zetten.

Veganisme en ouderschap gaan wél perfect samen

Wij willen daarom een aantal zaken rechtzetten. Veganisme is geen gezondheidsdieet of extreme ideologie. Het is een levenshouding waarin men waarde hecht aan het leven en welzijn van alle voelende wezens, en dit bovendien ook zo consequent mogelijk in de praktijk omzet. Wij wensen daarom ook geen dierlijke producten te consumeren. Hiermee vermijden we veel dierenleed en verkleinen we onze ecologische voetafdruk heel wat. Dit uiteraard ook tijdens de zwangerschap en bij borstvoeding en wanneer we kiezen welke voeding wij willen aanbieden aan onze kinderen.

Het standpunt van de Academy of Nutrition and Dietetics hierover is duidelijk: ‘Zorgvuldig geplande vegetarische diëten, inclusief complete vegetarische of veganistische diëten, zijn gezond, adequaat in voedingswaarde, en kunnen gezondheidsvoordelen bieden voor het vermijden en behandelen van bepaalde ziektes. Goed geplande vegetarische diëten zijn geschikt voor individu’s gedurende alle fases van de levenscyclus, inclusief zwangerschap, borstvoeding, zuigelingen, kinderen en adolescenten, en voor atleten.’

Dit standpunt wordt bevestigd door wetenschappelijke studies. Daarnaast is er ook een overvloed aan wetenschappelijk bewijs dat het drastisch minderen in consumptie van dierlijke voeding enorme voordelen kan opleveren voor het milieu én de volksgezondheid. Onze kinderen zijn allemaal kerngezond en komen absoluut niets tekort. Zij zien er goed uit, hebben ook een normaal groeipatroon en hun bloedwaarden worden actief opgevolgd – net als bij de zwangere mama’s. Voor zuigelingen die een fles krijgen, zijn er plantaardige opties die aan alle wettelijke normen voldoen.

De enige supplementen die in alle gevallen nodig zijn, zijn vitamine D (zoals bij andere kinderen) en vitamine B12. Vitamine B12 is niet van dierlijke, maar bacteriële oorsprong. Door de moderne, hygiënische levensstijl wordt het niet meer opgenomen met plantaardige voeding. Om diezelfde reden wordt het supplement ook aan vee gegeven en hebben ook veel omnivoren het nodig.

Wat alle veganisten gemeen hebben, is empathie en de kracht om onze overtuiging om te zetten in daden. Deze waarden willen wij ook meegeven aan onze kinderen

Mensen kunnen uit plantaardige bronnen verder meer dan voldoende eiwitten, vetten, mineralen en vitaminen halen. Dit is perfect mogelijk met de juiste informatie, gezond verstand, en in sommige gevallen extra begeleiding. Het is natuurlijk zo dat veel informatie naar ouders gericht is op traditionele voeding, en dat mag best veranderen. Wanneer zorgverleners veganistische ouders het achterhaalde advies geven om toch dierlijke voeding aan kinderen geven, vervreemden ze hun patiënten en kan dat negatieve gevolgen hebben. Gelukkig zijn er ook diëtisten en artsen met kennis ter zake. Wie meer informatie wil over veganisme en plantaardige voeding voor alle leeftijden, kan hiervoor altijd terecht bij organisaties zoals EVA en Be Vegan.

De veganistische keuken is erg gevarieerd en evolueert snel. Vegan eten kan hip zijn, maar ook verbazingwekkend volks en traditioneel, bourgondisch of gastronomisch. Overal ter wereld verrassen vegan hobbykoks hun gasten met maaltijden die soms nieuw zijn, maar soms ook verbazingwekkend herkenbaar – waarbij de dierlijke ingrediënten werden vervangen door plantaardige, zoals notenroom in plaats van zuivel. Ook op de markt verschijnen steeds meer plantaardige alternatieven voor de gekende producten – zoals roomijs – die minstens even lekker zijn. Ook wij bakken cake, pannenkoeken of andere lekkernijen waar onze kinderen van kunnen smullen.

Een veganistisch dieet kan gezond of ongezond zijn, caloriearm of -rijk. Veganisten, oud en jong, komen in alle vormen en maten. Ze kunnen mager, mollig, dik, atletisch of gespierd zijn. Wat wij allen echter gemeen hebben, is empathie en de kracht om onze overtuiging om te zetten in daden. Deze waarden willen wij ook meegeven aan onze kinderen. Dat is geen hype, maar een blijvend fenomeen.

Kinderen zijn de toekomst van deze wereld. Het zou een zeer goede zaak voor hen zijn als meer mensen net kozen voor meer plantaardig. Met de juiste informatie kunnen mensen inzien dat het écht kan, en dat ze hier helemaal niet bang voor hoeven te zijn.

Niels Charlier