Van de kleerhanger naar het bord: zo komen microplastics in onze voeding terecht
Synthetische kleding, wegwerpkleding, cosmetica, peeling-producten en wittende tandpasta’s: het zijn maar enkele van de bronnen van microplastics die in zeeën en rivieren belanden en uiteindelijk op onze bord terechtkomen.
Synthetische kleding, wegwerpkleding, cosmetica, peeling-producten en wittende tandpasta’s: het zijn maar enkele van de bronnen van microplastics die in zeeën en rivieren belanden en uiteindelijk op onze bord terechtkomen.
Winkels worden overspoeld door goedkope kleding. Meestal is die zogeheten fast fashion even goedkoop als kortstondig. In de kapitalistische consumptielogica is het logisch: mode verandert, de garderobe moet elk seizoen worden vernieuwd, het gebrek aan duurzaamheid zou geen probleem moeten zijn, vooral niet als de kleding zo goedkoop is.
Goedkoop is duur
Maar zoals het populaire gezegde luidt: goedkoop is duur. Achter de kleding die we vaak wegdoen, schuilt uitbuiting, waardoor sommige producten zelfs onder de kostprijs kunnen worden verkocht. Niet alleen werknemers worden uitgebuit, met lonen die nauwelijks volstaan om te overleven, ook de planeet is het slachtoffer.
‘Om te begrijpen hoeveel plastic in de zee terechtkomt, moeten we ons voorstellen dat er elke minuut een vuilniswagen al zijn afval in zee dumpt’Estefanu0026#xED;a Gonzu0026#xE1;lez, geologe
Het resultaat is een impliciete kost die bedrijven naar de klant doorschuiven: de vernietiging van zijn omgeving en, in veel gevallen, zijn gezondheid.
‘We leven in plastic’, zegt de Mexicaanse Lorena Ríos Mendoza, docent scheikunde aan de universiteit van Wisconsin. Het textiel in onze bedden, de box die we gebruiken om de lunch mee te nemen, de cosmetica voor onze gezichten: allemaal bevatten ze plastic. ‘We zijn verslaafd.’
Vijf generaties vervuiling
Wat is het probleem? vragen sommigen zich af. Het probleem is dat plastic minstens 400 jaar nodig heeft om af te breken. De hoeveelheid die we vandaag gebruiken, zal de zeeën en de aarde gedurende vijf generaties vervuilen.
En volstaat het niet kleding zonder plastic te dragen en het plastic niet in het water te gooien? Nee, dat volstaat niet. De meeste synthetische kleding in fast fashion is van plastic omdat de componenten uit aardolie worden gewonnen. We gooien die kleding daarbij ook in het water. Telkens als we onze kleren wassen, gaan duizenden microscopische vezels door de filters van de wasmachines en bereiken de afvoerkanalen. De vezels zijn zo klein dat ze door de filters glippen.
Volgens een onderzoek van de Britse Universiteit van Plymouth uit 2016 komen er bij elke wasbeurt van zes kilo kleding meer dan 700.000 microscopische plastic vezels vrij. De Amerikaanse Universiteit van Californië berekende dat 1,7 gram vezels kan vrijkomen bij het wassen van een enkele synthetische jas.
Het probleem wordt nog scherper als we het totale beeld bekijken. Niet alleen worden elke dag miljoenen wasbeurten gedaan over de hele wereld, er is ook de toxiciteit van de inkt, het hoge energieverbruik in de productie etcetera. En kleding is slechts een van de oorzaken van de microplastics die aanwezig zijn in onze ecosystemen.
Grote stukken worden kleine stukjes
Een microplastic is maximaal vijf millimeter groot. In de meeste gevallen zijn microplastics onzichtbaar voor het menselijk oog. Microplastics ontstaan op drie manieren, legt Ríos Mendoza uit. Een ervan is het breken van ‘macroplastics’, plastic van bijvoorbeeld verpakkingen dat in kleinere stukken breekt door het effect van de zon en de beweging van water.
Een andere manier is de versnippering door dieren. Die verwarren het plastic met voedsel en maken er bij het opeten kleine stukjes van. En tot slot is er de industriële productie van microscopische plastics, bijvoorbeeld in cosmetica, of in ‘bleekparels’, een eufemisme dat in de hygiëne-industrie wordt gebruikt om te verwijzen naar plastics in wasmiddel en tandpasta.
Een vuilniswagen per minuut
Het is niet alleen een probleem voor vissen en schildpadden, die vol plastic sterven, maar ook voor ons, die dat ook allemaal binnen krijgen. ‘Om te begrijpen hoeveel plastic in de zee terechtkomt, moeten we ons voorstellen dat er elke minuut een vuilniswagen al zijn afval in zee dumpt’, zegt de geologe Estefanía González.
De Chileense is coördinator oceanen van de Andes-afdeling van milieuorganisatie Greenpeace en beschouwt zichtbare plastics als een van de grootste uitdagingen in de strijd om de natuur te beschermen. Bij microplastics is het gevaar nog groter omdat ze de illusie wekken dat ze er niet zijn.
In juni onthulde de universiteit van Magallanes in Chili de aanwezigheid van plastic deeltjes in een krabsoort die voorkomt in Chileens Antarctica, een geïsoleerd gebied. Dat leidde tot grote bezorgdheid over mogelijke besmetting van andere soorten in meer bevolkte, meer vervuilde gebieden.
Spons
Al tientallen jaren worden deze vaststellingen gedaan in de meest afgelegen delen van de planeet. Het tijdschrift National Geographic meldde dat onderzoeker Matthew Savoca van het Southwest Fisheries Science Center in Monterrey, in de Amerikaanse staat Californië, bij het begin van studie over ansjovis al vijftig vissoorten had ontdekt die microplastics aten. Toen hij zijn onderzoek twee jaar later beëindigde, was dat aantal gestegen tot honderd.
Voor Ríos Mendoza, die de Stille Oceaan bestudeert, is de aanwezigheid van plastic gevaarlijk omdat het als een spons de giftige stoffen in het water kan opnemen. ‘De plastics die in het water drijven, kunnen de resistente toxische stoffen absorberen, zoals de stoffen die worden gebruikt in de elektrische industrie, of de stoffen die worden gevormd door onvolledige verbranding van benzines zoals polyaromaten.’
Onze spijsvertering
Ze absorberen ook organochloorverbindingen, die heel lang in het milieu blijven. ‘Die zijn hydrofoob, ze houden niet van water. Ze zien het plastic deeltje en dat is waar ze worden geabsorbeerd.’
Als we al dat plastic na absorptie uit het water haalden, zou dat goed nieuws zijn ‘omdat het water dan wordt gereinigd. Maar het probleem is dat we organismen niet kunnen vertellen om die deeltjes niet te eten.’
‘We zien dat plasticvervuiling ook de mens beu0026#xEF;nvloedt. Waarom? Omdat het aantal zaadcellen bij de mens daalt.’Lorena Ru0026#xED;os Mendoza, docent scheikunde aan de universiteit van Wisconsin
Daardoor belanden grote hoeveelheden plastic direct of indirect in onze spijsvertering, de laatste schakel in de voedselketen. ‘Veel van deze giftige verbindingen zijn hormoonverstoorders. We weten nog niet hoeveel tijd de verbinding in het plastic deeltje nodig heeft om door het systeem van de vis te gaan, en of het probleem stopt in het endocriene systeem van de vis of het probleem naar ons overgaat wanneer we de vis eten.’
Hormoonverstoring
Afdoende antwoorden zijn er nog steeds niet, maar voortdurend duiken nieuwe vragen op. Volgens Ríos Mendoza wijzen de gegevens erop dat de verbindingen in het plastic meer mannelijke vissen treffen en dat daardoor de voortplanting wordt bemoeilijkt.
Vandaar de vraag of het eten van dieren met hormonale veranderingen ook een verandering veroorzaakt bij mensen. ‘De giftige stoffen veroorzaken een hormoonverstoring omdat ze de vrouwelijke hormonen nabootsen, waardoor ze meer mannelijke organismen treffen. We zien dat het ook de mens beïnvloedt. Waarom? Omdat het aantal zaadcellen bij de mens daalt.’
Drinkwater
Vermijden we microplasticbesmetting door geen producten uit zeeën en rivieren te eten? Neen. Ook voedsel dat geteeld is in verontreinigde grond en het water dat we drinken, kan toxisch zijn.
Volgens een studie die de Amerikaanse universiteiten van New York en Minnesota uitvoerden in opdracht van de organisatie Orb Media, bevat 83 procent van het wereldwijde drinkwater microplastics.
De studie, die in 2017 is gepubliceerd, analyseerde 159 stalen die in verschillende landen verspreid over de vijf continenten waren genomen. De stalen uit de Verenigde Staten vertoonden de slechtste resultaten: in 94 procent waren microplastics aanwezig. Dezelfde percentages werden aangetroffen in gebotteld water.
‘Uiteindelijk zijn we onszelf aan het vervuilen’Gerardo Wijnant, voorzitter van de Asociaciu0026#xF3;n de Fomento de Economu0026#xED;a del Bien Comu0026#xFA;n
Als we onze consumptiegewoonten niet veranderen, zal er in 2050 meer plastic in de zee zijn dan vis. Amper 32 jaar volstaan om dat punt te bereiken.
Door water- en luchtstromen belandt het plastic op afgelegen plaatsen. ‘Toen we dit jaar wetenschappelijk onderzoek deden op Antarctica, vonden we plastic microdeeltjes in vers gevallen sneeuw en water dat zich ver van alles bevond’, zegt Greenpeace-woordvoerder González. ‘Maar we hebben nog tijd om de zaken te keren.’
Circulaire economie
De schade is vandaag al enorm, maar niet onomkeerbaar. De alternatieven voor plastic bestaan: zakken van gerecycleerde materialen of duurzaam textiel, kleding van natuurlijke of gerecycleerde vezels, cosmetica die het gezicht reinigen met edele materialen als notendoppen. Producten met weinig verpakking kopen, producten die duurzaamheid beloven, zelfs het weigeren van het drinken met een plastic rietje: het is gedrag dat een verandering kan teweegbrengen.
Veel hangt af van het engagement van bedrijven, overheden en vooral consumenten. Trends zoals de circulaire economie en de groene economie trachten deze drie actoren instrumenten te bieden om een eind te maken aan de wegwerpcultuur.
Het draait om concepten als menselijke waardigheid, ecologische duurzaamheid, sociale rechtvaardigheid en democratie, zegt ingenieur Gerardo Wijnant, voorzitter van de Asociación de Fomento de Economía del Bien Común (Vereniging ter Promotie van de Economie van het Algemeen Welzijn) in Chili.
Voetafdruk
Het doel is om de consument mondiger te maken en producten met deze kenmerken te eisen, en de ondernemer te laten inzien hoe belangrijk het is om zijn productieprocessen te verzorgen. ‘Bij het ethische beheer van de grondstoffen vraagt men zich af: welke voetafdruk ga ik met dat product achterlaten, welk soort verpakking gebruik ik, welke leveranciers zal ik hebben, respecteren die leveranciers de waardeketen voldoende, van de oorsprong tot het product.’
Deze nieuwe modellen ‘zullen bedrijven stimuleren om terugkeren naar een concept dat nooit ze verloren hadden mogen laten gaan, dat is om producten en diensten te creëren die de maatschappij dienen, ook al maakt dat hun leveranciers en processen duurder.’
Uiteindelijk ‘zijn we onszelf aan het vervuilen’, zegt Wijnant. Wat goedkoop is, komt als een boemerang naar ons terug.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier