Kunstenaar David Shrigley in een zeldzaam interview: ‘Er zijn maar twee soorten kunst’

David Shrigley
© Anneke D’Hollander

Zijn werk siert zowel de muren van galeries, als theedoeken en totebags, en – waarom niet – iemands huid als tattoo. Het werk van David Shrigley, zowat de Warhol van zijn tijd, is in een oogopslag herkenbaar. Wij zochten de kunstenaar aan de vooravond van zijn expo’s in Rotterdam en Londen op in zijn thuishaven Brighton.

Zou er ergens ter wereld nog een museumshop of boekenwinkel bestaan waar géén hersenspinsel van David Shrigley (57) te vinden is? Of het nu in de vorm van een wenskaart, poster, mok of onderzetter is: de snedige, droogkomische, bijna cartooneske werken van de Britse kunstenaar zijn overal. Bij ons, en al zeker in Brighton. De Engelse kuststad op anderhalf uur treinen van Londen is ondertussen al tien jaar de thuisstad van Shrigley, zijn vrouw Kim en hun dertien jaar oude dwergschnauzer Inka. (Hondjes komen niet toevallig vaak terug in zijn werk.)

Wonen doet hij in de residentiële wijk Hove, werken in een centraler gelegen studio. Het is daar dat we hem opzoeken. En mochten we er nog aan twijfelen of we aan het juiste adres zijn: voor zijn atelierdeur ligt een mat die je welkom heet met de witty woorden: ‘Oh shit not you again’. Het is wat de Britten zo mooi deadpan noemen; humor van het gortdroge soort.

David Shrigley
© Anneke D’Hollander

Volgens zijn entourage praat hij zoals hij schildert – ‘David doet ons élke dag lachen’ – en ook wij hebben enkele minuten ver in ons interview al prijs. Wanneer we hem vragen of het voor hem belangrijk is om de zee te kunnen zien vanuit zijn werkplek, die in de verte uitkijkt op de kustlijn van Brighton, antwoordt hij: ‘Dat was het niet. Maar nu het zo is, voelt het als een geweldige opportuniteit om er elke dag naar te kijken. En het herinnert me eraan dat we de ramen eens moeten wassen.’ (lacht)

Je bent niet in Brighton geboren, en hebt zelfs het merendeel van je volwassen leven in Schotland doorgebracht. Wanneer ben je hier aangespoeld?

Shrigley: ‘Tien jaar geleden. Na Glasgow, waar ik al sinds mijn studententijd woonde, waren mijn vrouw en ik toe aan verandering. Wij hebben geen kinderen en toen we een hond namen, werd die bijzonder belangrijk voor ons. We wilden vanwege Inka geen verre reizen meer maken en begonnen daarom te zoeken naar een nabijgelegen vakantiehuisje.’

Ik ben liever in mijn atelier dan op een beurs, omdat ik dan bang ben dat mensen tegen mij gaan praten.

‘Omdat zoiets in Schotland te duur bleek, vonden we er een aan de zuidkust van Devon. We verhuisden naar daar en genoten er enorm van het klimaat. Maar ik realiseerde me al snel dat we niet permanent in zo’n klein gehucht konden wonen.’

‘Zo kwam Brighton in beeld: ik had er veel tijd doorgebracht in de jaren negentig, toen mijn zus hier woonde. Het was zowat het San Francisco van het Verenigd Koninkrijk, heel liberaal en creatief. Ik ben er altijd een voorliefde voor blijven hebben. En ik vind het een privilege om ergens te wonen waar andere mensen op vakantie gaan. Het is een beetje mijn stad, vind ik. Ik pas hier.

David Shrigley big pussy
© Anneke D’Hollander

‘Wat wel een grote verrassing was: mensen bleken hier te weten wie ik ben. Voorheen besefte ik niet dat ik beroemd was.’

‘In Glasgow werd ik omringd door kunstenaars, afgestudeerden van de kunstschool daar. Mijn vrienden waren Richard Wright, Martin Boyce en Jim Lambie, allemaal Turner Prize-winnaars en -genomineerden. Maar hier is niet zo’n beeldendekunstcultuur. Ik denk dat ik de beroemdste kunstenaar van Brighton werd toen ik naar hier verhuisde. (lacht)

‘Omdat er hier gewoon geen andere kunstenaars zijn van het type dat beurzen als de Frieze of Art Basel doet.’

Word je aangesproken op straat?

‘Soms. Maar mijn werk mag dan heel herkenbaar zijn, ik ben dat doorgaans niet. En ik vind het niet erg om dat zo te houden. Daarom probeer ik niet te veel tv-shows en dergelijke te doen. Ik ben een introvert en vind het lastig om in het middelpunt van de belangstelling te staan. Ik zit liever in mijn atelier dan op een beurs of expo-opening, omdat ik dan bang ben dat mensen tegen mij gaan praten.’

Brighton
© Anneke D’Hollander

‘Roem, het is een gek iets. Er is geen etiquette voor. Niemand vertelt je hoe je je moet gedragen. En het overkomt je gewoon. Het enige wat je merkt aan roem is wanneer het komt en wanneer het gaat.’

De banaan is rijp

Willen of niet, beroemd is hij. David Shrigleys Instagramaccount telt vandaag 1,2 miljoen volgers. Weinig Britse hedendaagse kunstenaars doen beter – Banksy, die ándere beroemde introvert, niet te na gesproken.

Maar Shrigleys virtuele succes komt niet uit het niets. Hoewel hij geen grootste onderscheiding behaalde aan de Glasgow School of Art, maakte hij in de jaren die daarop volgden vlotjes faam met zijn absurde combo van tekst en tekening.

Het zit hier vol rare snuiters. Je moet al héél weird zijn om op te vallen in Brighton.

Hij werkte samen met artiesten als Blur en David Byrne, werd cartoonist van The Guardian en maakte kort- en animatiefilms. Een nominatie voor de prestigieuze Turner Prize in 2013 bevestigde zijn status van kunstenaar met de grote K. En hij wordt ook nog eens te pas en te onpas in een adem genoemd met Andy Warhol en Keith Haring.

Je werk is vervlochten met de publieke ruimte: hier in Brighton hangen Shrigley-posters op straat, je tekeningen gaan al eens viraal op sociale media en met installaties als de recente Mayfair Tennis Ball Exchange laat je het publiek participeren door tennisballen met je uit te wisselen. Kunst toegankelijk maken voor iedereen: het lijkt belangrijk te zijn voor jou.

Meer nog, het is van vitaal belang. Of je nu kunst maakt of gewoon ervaart: het is een uiting van menselijkheid en essentieel voor je mentale welzijn. Beeldende kunst wordt om de een of andere reden vaak gezien als iets dat vrij ontoegankelijk is, als een uiting van je culturele verfijning of intellect. Maar dat is een misvatting.’

David Shrigley dog
© Anneke D’Hollander

‘Je maakt en waardeert kunst als je vijf jaar bent, wanneer je nog niet veel van de wereld begrijpt. Als volwassenen zouden we ons er op dezelfde manier mee moeten bezighouden. We hebben allemaal een muzikale soundtrack bij ons leven, dat zou ook zo moeten zijn voor kunst: dat het een soort visueel album vormt voor je ervaringen in de wereld.’

David Shrigley dog
© Anneke D’Hollander

‘Er zijn maar twee soorten kunst: kunst die je leuk vindt en kunst die je niet leuk vindt. En dat is voor iedereen anders. Vaak vind je maar tien procent van wat je ziet goed. Dat is een belangrijke les om te leren.’

Het lijkt alvast de verklaring te zijn waarom er én uniek werk van jou verkocht wordt aan collectioneurs, én edities en merch via je eigen ‘Shrig Shop’ aan het grote publiek.

‘Ja en neen, want ik ben niet bewust op dat punt beland. Het was nooit mijn strategie om een kunstenaar te worden die producten maakt voor zowel de internationale kunstmarkt als voor cadeau- en boekenwinkels. Het is nu eenmaal zo gelopen. De reden daarvoor is simpelweg dat mijn werk geschikt is om op een theedoek te zetten. En dat is niet voor alle kunstenaars zo.’

David Shrigley drawing
© Anneke D’Hollander

‘Ik heb er wel een tijdje mee geworsteld, hoor, of het wel een goed idee was om kunst op onderzetters te zetten. Maar de onderzetters bestaan en er moet íéts opstaan, toch? Dus het kan net zo goed dit zijn.We hebben wel regels wanneer het aankomt op de Shrig Shop: we willen niets verkopen dat mensen niet willen en dat later weggegooid wordt. We maken alleen rommel die mensen écht willen bewaren.’ (lacht)

Het enige permanente David Shrigley-kunstwerk in Brighton is dan weer niet publiek toegankelijk. Je kleedde het buitenzwembad aan van de lokale Soho House-vestiging, een exclusieve ledenclub. Er staat een betegelde banaan op de bodem, vergezeld van de woorden: ‘The moment has arrived. The banana is ripe.’

‘Toen de club naar hier kwam, moest die toch een beetje de Brighton-identiteit weergeven. Zo hebben ze er ook een queer kunstcollectie hangen, omdat de club in de buurt ligt van waar de Pride elk jaar plaatsvindt. Daar een permanent werk maken, voelde als een opportuniteit. Zodat de club iets waardevols had, waardoor ze zeker zou blijven. Nu, ik heb er nog nooit in gezwommen. De zee is right there, waarom zou ik in een zwembad gaan zwemmen?’

Brighton
© Anneke D’Hollander

Shrigley tattoo

Wat een mens zoal aantreft in het atelier van David Shrigley? Half afgewerkte tekeningen. Zelfgebouwde elektrische gitaren. En om de een of andere reden ook meters aan – sterk geurende – touwen. Het is allemaal bestemd voor zijn nakende expo’s in Londen en Rotterdam. Die laatste is getiteld: ‘What the Hell Was I Thinking?

Wel, wat was je in godsnaam aan het denken?

‘Ik had sinds de lockdown geen overzichtstentoonstelling meer gedaan, en was institutionele expo’s wat beu – ze geven me het gevoel dat je steeds weer hetzelfde herhaalt. Maar de Kunsthal liet me helemaal vrij om te doen wat ik wilde. En dat was: énkel werk tonen dat een gesprek vereist. Werken die niemand goed vindt, bijvoorbeeld, behalve ik. Of werken die niet per se succesvol waren van in het begin, en die ik opnieuw heb moeten maken.’

‘Lange tijd was mijn strategie voor tentoonstellingen: laat het werk voor zich spreken. Ik vermeed een gesprek over kunst, deed alsof de werken er gewoon waren aangekomen, vrij van context. Ik ben nooit een grote fan geweest van informatiebordjes en titels, maar ik realiseerde me dat dat niet altijd handig is. Het is namelijk héél belangrijk om over het werk te praten.’

David Shrigley atelier

‘Dus voor deze show heb ik het omgekeerde gedaan en ben ik het hele maakproces en de reden waarom ik bepaalde werken wilde tonen gaan beschrijven. Waarom waren ze al dan niet succesvol? Wat betekenen ze voor mij? De expo werd zo de belichaming van een slideshow of Powerpoint-presentatie. Het is een vorm van zelfspot, in die zin dat ik heel bescheiden probeer te zijn over het werk. Maar ik heb het gemaakt, right, dus uiteraard geef ik erom.’

Ik hoorde dat een van je medewerkers een tattoo heeft laten zetten van de expotitel, in jouw handschrift. En er zijn blijkbaar wel meer mensen met een Shrigley-tattoo, waarvan je er heel wat zult laten zien in Rotterdam.

‘Ze vragen me vaak: vind je het niet raar dat mensen tattoos van je werk op hun lijf zetten? Dan zeg ik: ja, ik vind dat raar, maar het is ook heel normaal geworden, want het gebeurt al 25 jaar.’

Wat was je in godsnaam aan het denken, deel twee: waarom ligt er zoveel nat, stinkend touw in je kelder?

‘Voor mijn tentoonstelling Exhibition of Old Rope in London heb ik meer dan tienduizend kilo aan afgedankt touw verzameld, onder meer op het strand en bij vissers. De expotitel is gebaseerd op het Engelse aforisme money for old rope, wat wil zeggen dat je betaald wordt voor iets dat geen waarde heeft.’

David Shrigley
© Anneke D’Hollander

‘Als iemand een bestaande tekening van mij op een T-shirt zet en ik word ervoor betaald, is dat money for old rope, want ik heb het al gemaakt en er dus geen arbeid voor geleverd. Dat gaat in op het idee dat kunst als materiaal op zich geen waarde heeft. Maar wat als ik dat waardeloze touw exposeer, kunst noem en te koop aanbied?’

Mijn werk is simpelweg geschikt om op een theedoek te zetten.

‘De waarde van kunst is een thema dat wel vaker terugkomt in mijn recent werk. De galerie waar ik het touw toon, is in wezen een winkel om dingen in te kopen. En ik heb een band met de eigenaar van die winkel, waardoor ik kan doen wat ik wil. Mijn galerist zal wel echt moeite moeten doen om dat touw te verkopen, vanwege het gewicht en de vraagprijs van 1 miljoen pond – een totale provocatie. En erger nog: it’s probably going to ruin his floor as well.

David Shrigley
© Anneke D’Hollander

Na twee uur in Studio Shrigley is het tijd om Inka uit te laten. Aan zee, natuurlijk, niet zo ver van waar de beroemde Brighton Pier zich uitstrekt. We beginnen te begrijpen waarom hij het een privilege noemt om hier te wonen, op die plek waar anderen vakantie houden. ‘Ik heb me hier altijd op mijn gemak gevoeld’, zegt Shrigley. ‘Omdat het een heel tolerante plek is. Het zit hier vol rare snuiters. Iedereen ziet eruit alsof ze naar een verkleedfeestje gaan, ook al is dat niet zo. Je moet al héél weird zijn om op te vallen in Brighton.’

‘What the Hell Was I Thinking?’ loopt van 13 december tot 3 mei in Kunsthal Rotterdam. kunsthal.nl
‘Exhibition of Old Rope’ bij Stephen Friedman Gallery in Londen loopt nog tot 20 december. stephenfriedman.com
Met dank aan Eurostar.

David Shrigley (57)

Geboren in 1968 in Cheshire, opgegroeid in Leicestershire.

Studeerde aan de Glasgow School of Art.

Woont en werkt sinds 2015 in Brighton.

Maakt tekeningen, schilderijen, sculpturen, foto’s, animaties en installaties.

Werd in 2013 genomineerd voor de Turner Prize.

Kreeg in 2020 de titel van Officier in de Orde van het Britse Rijk.

Publiceerde boeken als Get Your Shit Together (2022) en I Am The Jug You Are The Glass (2022).

Zijn werk zit in de kunstcollecties van o.m. MoMA, Centre Pompidou en Tate.

Lanceerde afgelopen herfst een capsulecollectie met Marc Jacobs.

Verkoopt merch via zijn eigen Shrig Shop, shigshop.com

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise