Jean-Paul Mulders mijmert in zijn column over de dingen des levens.
In mijn straat slapen mensen de slaap der rechtvaardigen, terwijl de kat zich likt en ik luister naar de regen die neerdruist. Alles verandert, maar sommige dingen zullen altijd hetzelfde blijven. Katten wassen zich door met een natte poot over hun kop te strijken. Dat lijkt weinig efficiënt, maar het is nu eenmaal hoe het gedaan wordt. Appels vallen naar beneden, mensen zijn verliefd tot de vlinders uit hun buik ontsnappen. Gelukkig heb je ook sprookjes waarin je kunt blijven geloven en zwanen die levenslang trouw zijn. Onlangs herlas ik Het tinnen soldaatje. Ik voelde ontroering bij het weerzien met dat dappere kereltje, dat maar één been had omdat de smid het als laatste gemaakt had.
Wij blijven onpeilbare wezens, die beschavinkje spelen maar likkebaardend naar wreedheden kijken
Het is twee uur in de nacht en bij de buren begint iemand enthousiast te stofzuigen. In mijn verbeelding ruimt die sporen op van een geheimzinnig misdrijf. Een lichaam wordt in tapijt gewikkeld en in een kofferbak geworpen. Ik heb Ratched gebingewatcht, de successerie op Netflix. Daarin worden ledematen afgezaagd en ijspriemen met droge tikken in frontaalkwabben gedreven. Wij blijven onpeilbare wezens, die beschavinkje spelen maar likkebaardend naar wreedheden kijken.
Ik denk aan een schrijver die de gewoonte had de stofzuiger aan te zetten bij het verrichten van zijn literaire arbeid. Hij heette Simon Vestdijk en ik heb nooit iets van hem gelezen, hoewel hij een roman met de leuke titel De koperen tuin heeft geschreven. Die roman gaat over een jongen die erg gevoelig is voor de emoties van mensen in zijn omgeving. Op een tuinfeest ontmoet hij de dochter van zijn pianoleraar en hij is voor altijd verloren.
Volgens zijn collega Adriaan Roland Holst schreef Simon Vestdijk ‘sneller dan God kan lezen’. Hij verkoos het geluid van zijn stofzuiger boven geluiden die hij niet onder controle had, zoals buren die van bil gingen of vliegtuigen die ongevraagd overvlogen.
Ik voelde herkenning toen ik die anekdote voor het eerst hoorde. Zelf heb ik ook altijd van diepe en monotone geluiden gehouden. Ze geven mij een gevoel van rust en welbehagen. Misschien voeren ze mij terug naar de serene staat in de baarmoeder, met sappen die borrelen en bloed dat klokt door aderen.
De stofzuiger van Simon Vestdijk schijnt echter meer lawaai gemaakt te hebben dan een blender – dus eerder een turbobaarmoeder. Om die overvloed aan decibels te dempen, stopte de schrijver in zijn oren zelfgemaakte oordoppen: de hulzen van een thermometer waarin hij watten gepropt had. Ze zijn te zien in het Literatuurmuseum in Den Haag, waar ook de stofzuiger zelf geëxposeerd wordt. Ik zou daar graag eens naar gaan kijken, indien ik gezelschap vind dat niet vies is van doelen die doelloos lijken.
Volgens betrouwbare bronnen is de stofzuiger van het Deense merk Nilfisk. Het apparaat bleef langer functioneren dan het lichaam van de schrijver, maar gaf er de brui aan toen bezoekers het fameuze geluid nog eens wilden horen. Een reparateur werd ijlings uit Scandinavië aangevlogen. In de stofzak vond hij snippers met aantekeningen.
Het stofzuigen bij de buren is opgehouden. Ik kijk door het raam of ik een auto zie wegscheuren.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier