Sebastiaan Bedaux
Wereldwegwerpdierendag
Op 4 oktober worden wereldwijd huis- en andere dieren in de bloemetjes gezet op Werelddierendag. Sebastiaan Bedaux beseft dat er jammer genoeg maar weinig te vieren valt op zo’n dag.
Zelfs de trouwe viervoeter wordt het slachtoffer van de wegwerpmaatschappij
Op zondag 4 oktober viert de hele wereld Werelddierendag. Een gigantisch feest met vrolijk keffende keeshonden die in een bad vol brokken zwemmen, spinnende lapjeskatten die lactosevrije kwarktaart likken en wurgslangen die één etmaal lang vriendschap sluiten met pluizige angorakonijntjes. Zo stel ik me een geslaagde Werelddierendag voor.
Ik besef als rationeel en realistisch persoon echter maar al te goed dat er belachelijk weinig te vieren valt op zo’n dag. Dat de meeste mensen op aarde de luxe niet hebben om even stil te staan bij het welzijn van een dier. Huisdieren zijn nu eenmaal luxeproducten die niet alleen voedsel, maar ook plaats, aandacht, beweging en verzorging opeisen. En nu willen ze verdorie nog rechten ook…
Huisdieren zijn nu eenmaal luxeproducten die niet alleen voedsel, maar ook plaats, aandacht, beweging en verzorging opeisen. En nu willen ze verdorie nog rechten ook…
Als goed functionerend mens in deze maatschappij heb ik mezelf aangeleerd om efficiënt om te gaan met emoties. Vermoedelijk zit het in de familie. Toen mijn grootouders jaren geleden samen van de trap vielen en tegelijkertijd sneuvelden, maakte de schok van deze onwaarschijnlijkheid al snel plaats voor een andere emotie: eentje van romantiek. Want wat is er mooier (of pragmatischer) dan op 85-jarige leeftijd je man eigenhandig mee de dood in te sleuren als je zelf uitglijdt op de hoogste trede? Niets is het correcte antwoord. De begrafenis was een feest.
Voorgaande anekdote was enkel om aan te tonen hoe beschaafd ik ben. Ik heb mijn emoties totaal onder controle omdat de maatschappij dat vereist. Omdat kalmte u kan redden, dixit Tom Lenaerts. Maar ook ik heb mijn zwakke plek (Cirque du Soleil niet meegerekend, want daar word ik ook week van): honden. Als er honden – en bij uitbreiding huisdieren – in het spel zijn, hapert de rem die mijn emoties tempert.
“Weet je dat er mensen zijn die in mijn asiel hun hond komen droppen om de dag erna een ander exemplaar uit een ander asiel te halen? Sommige baasjes wisselen van hond zoals van onderbroek.” De trouwe viervoeter, slachtoffer van de wegwerpmaatschappij. De woorden van Heidi Swerts, de eigenaar van The English Bulldog Resort in Sint-Truiden, blijven een paar dagen na ons interview over haar nieuwe boek nog in mijn hoofd spoken. Ook de foto’s en verhalen over de soms zwaar verwaarloosde en vernederde Engelse bulldogs staan op mijn netvlies gebrand en in mijn geheugen gegrift.
“Vanaf het moment dat zo’n hond een dure operatie nodig heeft, wordt hij bij mij gedumpt. Soms komen die bulletjes hier binnen met korsten over heel het lijf, stinkend naar geïnfecteerde lichaamsdelen en urine, mankend van de kapotte heupen of halfblind. En allemaal hebben de baasjes dezelfde drie uitvluchten: mijn kind is plots allergisch, we gaan scheiden of we gaan verhuizen. Leugens! Ze willen gewoon de operatie niet betalen. En denk je dat ik nog ooit een sms’je krijg met de vraag hoe het met hun hond gaat? Vergeet het. Die mensen zetten hun ‘probleem’ aan mijn voordeur af en voelen zich opgelucht.”
Weet je dat er mensen zijn die in mijn asiel hun hond komen droppen om de dag erna een ander exemplaar uit een ander asiel te halen? Sommige baasjes wisselen van hond zoals van onderbroek.
Heidi, ooit winnares van het VTM-programma Superhond, brengt de dag voor Werelddierendag haar vierde boek over het leven in haar eigen asiel uit. Haar schrijfsels zijn mijn guilty pleasures, waar ik het ene moment razend kwaad van word en het andere moment een traan bij moet verbijten. Niet omdat de boeken zo goed geschreven zijn, maar wel omdat haar strijd en onvoorwaardelijke inzet voor gedumpte honden – in dit geval Engelse bulldogs – mij diep raakt.
Ik ben zelf eigenaar van twee mopshonden, waarvan ik er eentje uit de klauwen van een Kempische broodfokker heb gered. Iets wat ik eigenlijk nooit had mogen doen, maar waar ik stiekem toch geen spijt van kan hebben. Het idee dat mijn Mao de eerste vijftien weken van zijn leven in een kleine stinkende kooi op een omgebouwde boerderij heeft moeten doorbrengen, veel te vroeg weggerukt van zijn moeder (die vermoedelijk een werpteef was die heel haar leven niks anders deed dan kleine, lucratieve mopsjes voortbrengen) en zonder warmte of liefde van een baasje, maakt me wel nog steeds witheet.
Bovendien is hij ‘fout’ gekweekt, waardoor de dierenarts hem al jaren misvormd noemt en hij als een vrolijk mietje met een opmerkelijke huppelgang door het leven draaft. Ik vind hem prachtig, hoewel hij zelfs voor mopsstandaarden onmiskenbaar een lelijkerd is.
Een groot probleem voor puppy’s – en tegelijkertijd vaak hun redding – is hun verdomde schattigheid. Waar u bij een pasgeboren baby uw gezicht geregeld moet afwenden omwille van de visuele horror, heeft een puppy de kracht u te betoveren en een volwassen man meteen in een dolgelukkig kindje te doen veranderen.
Een hond – of eender welk huisdier – is geen impulsaankoop. Na een paar weken verdwijnt een groot deel van de schattigheid en blijft u over met een hond die nog gesocialiseerd moet worden, die nog regelmatig uw eikenhouten planché volschijt, die elke dag voedsel en een aantal wandelingen nodig heeft, die ziek kan worden, die uw aandacht opeist – ook wanneer het u niet goed uitkomt.
Naar aanleiding van Werelddierendag op 4 oktober wil ik dan ook deze oproep lanceren: don’t be fooled by the cuteness! Een hond – of eender welk huisdier – is geen impulsaankoop. Na een paar weken verdwijnt een groot deel van de schattigheid en blijft u over met een hond die nog gesocialiseerd moet worden, die nog regelmatig uw eikenhouten planché volschijt, die elke dag voedsel en een aantal wandelingen nodig heeft, die ziek kan worden, die uw aandacht opeist – ook wanneer het u niet goed uitkomt. Denk eerst even zeer goed na voordat u overgaat tot de aanschaf van een viervoeter. Heeft u wel de tijd om dat beestje een ‘menswaardig’ leven te bieden? Heeft u er de plaats en de energie voor? Past het ras dat u op het oog heeft wel bij uw leefwereld? Weinig rassen staan namelijk te springen om acht uur lang in een kooi opgesloten te worden terwijl u aan het werk bent.
Don’t shop: adopt!
Weet ook dat u een rashond niet voor 500 euro op de kop kunt tikken! Broodfokkers kunnen pups aan deze prijzen aanbieden omdat zij hun honden vaak uit Oost-Europa halen, nauwelijks medische zorg verlenen, amper eten geven. Ze verkopen vaak tientallen rassen, bieden promoties aan en denken enkel aan winst. Een broodfokker heeft ook altijd pups beschikbaar, adverteert via tweedehandswebsites en geeft hondjes mee met eender wie het geld op tafel legt. Een lijst met gekende broodfokkers kunt u trouwens hier raadplegen.
Ik weet dat ik zelf een puppy heb gered uit de handen van een broodfokker en dat mijn geld meer leed heeft veroorzaakt door het broodfoksysteem te ondersteunen. Helaas was ik me daar al die jaren geleden niet zo van bewust. Nu weet ik wel beter: DON’T SHOP, ADOPT (en als u toch wil shoppen, raadpleeg dan zeker een betrouwbare fokker).
Sebastiaan Bedaux
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier