Visueel kunstenaar Frederik Heyman is Professional of the Year: ‘Mijn favoriete onderwerp blijft het menselijk lichaam’
De modefotografie en 3D-creaties van Frederik Heyman gaan al geruime tijd de wereld rond. Na stijlbijbels, modegiganten en Lady Gaga ging dit jaar ook Beyoncé voor de bijl, net als de jury van de Belgian Fashion Awards: de Antwerpenaar werd zopas tot Professional of the Year gekroond.
Tien jaar geleden was Frederik Heyman, toen 29, een opkomende modefotograaf met een edge die gevestigde namen eigentijdse allures gaf. De Antwerpenaar maakte campagnes voor onder meer Kenzo en Mugler, werkte voor de Japanse Vogue en portretteerde sterren als Kirsten Dunst en James Franco.
Toch volgde in 2013 een reboot: Heyman specialiseerde zich in 3D scanning en computeranimatie en vervelde tot multimediaal beeldenmaker die zich uitdrukt in fotografie, video en digitale installaties. Zijn hyperrealistische, door avatars van mensen en objecten bevolkte 3D-wereld strekt zich inmiddels uit van vrije kunstprojecten tot opdrachtwerk voor de mode- en de muziekwereld. Onder meer Y/Project, Burberry, Nike en Diesel deden al een beroep op hem, naast artiesten als Arca en Lady Gaga, die hij volledig naakt en als cyborg vereeuwigde voor Paper Magazine.
Ook concertgangers kunnen tegenwoordig niet om Heyman heen. Zo creëerde hij dit jaar 3D-beelden voor de tournee van Honey Dijon en ging hij nog een stap verder voor het Renaissance-spektakel van Beyoncé, waarvoor hij naast de visuals ook props als een maanwagen en een venusschelp leverde. “Voor mij was de cirkel daarmee rond”, vertelt Heyman. “Toen ik net afgestudeerd was, maakte ik mijn sets immers ook zelf. Ik kocht materiaal in doe-het-zelfzaken en timmerde in mijn studio zelf alle decorstukken in elkaar om ze dan in grote tableaux te verwerken. Alleen werden mijn ideeën mettertijd te groot om zelf fysieke installaties te maken. Ik wilde dingen doen die gewoon niet te maken waren in het echt. Toen ben ik overgestapt op 3D-scanning en fotomanipulatie.”
Je werk roept steevast een fantasiewereld op. Had je die levendige verbeelding als kind al?
“Mijn favoriete bezigheden waren altijd tekenen, knutselen en beeldjes maken, zaken waarin ik graag wegvluchtte als de echte wereld me te rumoerig of te moeilijk leek. Zo had ik het als kind toch behoorlijk lastig met de scheiding van mijn ouders. Bovendien kom ik uit een creatief nest, want mijn moeder had grafische studies gedaan en hield zich bezig met etsen en modeltekenen, terwijl mijn grootmoeder schilderde. Niemand viel dus van zijn stoel toen ik op mijn zestiende naar het kunstonderwijs wilde. Daar had mijn innerlijke wereld een uitlaatklep en is mijn leven echt begonnen.”
Aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen volgde je eerst illustratie en grafische vormgeving, en vervolgens fotografie. Vanwaar die keuzes?
“Mijn plan was heel lang om kunstschilder te worden, maar dat medium was me te traag: ik wilde meteen dingen creëren. Met een diploma als illustrator en grafisch vormgever kon ik ook altijd het bedrijfsleven in. Alleen voelde ik me na die studie nog niet klaar om aan het echte leven te beginnen en wilde ik me creatief verder ontwikkelen. Ik gaf mezelf dus twee jaar om met fotografie te experimenteren, en al doende is alles in een stroomversnelling gekomen. Ik werd zoals bijna iedereen aan de academie model voor de modestudenten, en vervolgens ging ik hun collecties in beelden vertalen. Dat vond ik heerlijk om te doen. We hadden zero budget, maar ontwerpers als Bruno Pieters reikten altijd een hele wereld aan, en daarbinnen kon ik mijn eigen ding doen.”
Na je studies werkte je als modefotograaf voor ontwerpers, merken en magazines in binnen- en buitenland. Hoe beleefde je dat?
“Ik werkte met fantastische mensen samen, maar ik voelde me hoe langer hoe meer beperkt. Ik droomde van dingen die ik niet fysiek kon realiseren en wilde ook met andere thema’s dan mode bezig zijn. Daarnaast had ik het moeilijk met de vluchtigheid van modefotografie – een editorial of een campagne kost soms maanden werk, maar is meteen weer vergeten – en met het gebrek aan uitdagingen. Als je een succesformule hebt gevonden, willen klanten immers meer van hetzelfde, waardoor ik mezelf begon te herhalen.”
Hoe kwam 3D op je pad?
“Mijn eerste project daarrond was met grafisch kunstenaar Wout Bosschaert in 2013, een reeks kortfilms rond de collectie van het MoMu. Nadien heb ik de knoop doorgehakt: ik wilde uitbreken uit de modefotografie en 3D zelf onder de knie krijgen. Anders had ik mijn ideeën visie altijd moeten overbrengen op anderen, een tijdrovend proces waarvoor mijn hoofd gewoon te snel gaat. Ik sloot me een jaar lang op met handboeken en tutorials en experimenteerde nadien intensief met 3D-scans in mijn vrij werk, tot Dust Magazine me om digitale installaties met Belgische creatievelingen als Tamino en Rinus Van de Velde vroeg. Zo ging de bal weer aan het rollen.”
Wat spreekt je zo aan in het bouwen van 3D-werelden?
“Als illustrator en fotograaf vond ik het al enorm leuk om verhalend te werken en in functie daarvan elementen en details toe te voegen. 3D is op dat vlak ongelimiteerd in de zin dat je de beeldresolutie almaar kunt vergroten en steeds gedetailleerder kunt werken. Als je zoals ik geen ‘less is more’-mentaliteit hebt en verhalen graag verrijkt, is die gelaagdheid een zegen. Al is het ook een vloek, omdat ik me verlies in de details en beelden nooit af zijn voor mij. Mocht ik geen deadlines hebben, ik zou erop blijven doorwerken.”
Naast hightech duiken in je werk vaak cyborgs of gemechaniseerde mensenlichamen op. Is ook futurisme een van je passies?
“Op zich fantaseer ik niet over de toekomst, laat staan dat ik me aan scifi of dystopische werelden à la Blade Runner waag. Wel heb ik nu ik ouder word en mijn eigen limieten ontdek een steeds grotere fascinatie voor het posthumanisme: hoe technologie ons kan ondersteunen om ons fysieke en mentale grenzen te overstijgen. De emotionele kant daarvan boeit me enorm. Zo heb ik geïnspireerd door het verlies van mijn vader ooit een digitale installatie gemaakt waarin een menselijke figuur een lijkzak op de rug draagt, waarbij een loopband hem helpt om dat gewicht te dragen. Maar ik ben geen robotfanaat, integendeel. Mijn favoriete onderwerp is sinds jaar en dag het menselijke lichaam in al zijn puurheid. Hoeveel mogelijkheden 3D ook biedt, de spontaniteit en emotie van het lichaam kun je nog altijd niet honderd procent vatten met een avatar.”
Je creaties vergen wel wat van de kijker. Het zijn niet zomaar mooie plaatjes, maar beelden die soms ongemak opwekken. Gaan merken makkelijk mee in je ideeën?
“Ik hou van een bepaalde radicaliteit en een duidelijke signatuur in beelden. Onze visuele wereld is vandaag zo verzadigd en eentonig dat het voor mij enkel zin heeft als ik dingen kan doen die een verschil maken en bijblijven. Beelden moeten daarom niet choqueren, maar ze moeten wel emoties opwekken. Dat hoef ik gelukkig niet meer uit te leggen: opdrachtgevers kennen mijn beeldtaal ondertussen en weten waar ik voor sta. Toch werk ik amper nog voor merken. Die hanteren vaak een marketinglogica waarbij het om aandacht, clicks en sales gaat, terwijl ik in veel liever in dialoog ga met mensen die echt een eigen stem en visie hebben. Daarom werk ik ook zo graag met artiesten als Arca. Ze blijft altijd zichzelf, en ze vertelt ongemeen interessante dingen over gender, queerness en de transbeleving.”
Ga je bewust op zoek naar creatieve kruisbestuivingen?
“Dat hangt van de schaal af. Ik heb vooral in het verleden met grote creatieve teams gewerkt, en dan kan het heel inspirerend zijn wanneer een artdirector of stylist een extra laag of een onverwacht element toevoegt. Maar ik weet ook: hoe meer mensen bij een project betrokken zijn, hoe meer je eigen visie en identiteit afgezwakt worden. Ik werk dus het liefst een op een met artiesten: we gooien allebei onze referenties in een pool en daaruit ontstaat dan een symbiose. Zo heb ik een intieme creatieve connectie met Mahmood, iemand voor wie ik veel covers maak, terwijl ook de campagne van Y/Project in 2019 op die manier ontstond. Ik kende Glenn (Martens, red.) al op de Modeacademie – we begrepen elkaar dus meteen.”
Reken je jezelf tot een Belgische school of traditie?
“België heeft qua fotografie en ontwerp een veel minder uitgesproken esthetiek en beeldtaal dan pakweg Nederland, dus daar heb ik niet meteen een antwoord op. Ik weet dat mijn werk vaak surrealistisch genoemd wordt, maar zelf heb ik dat nooit gedaan. Dat lijkt me toch vooral het hokje waarin mensen je stoppen als ze je werk niet meteen begrijpen en verwarrend vinden. Verder heb ik altijd in Antwerpen gewoond, maar ook daar zie ik niet meteen een link met de hedendaagse kunstwereld – mijn invloeden zijn naast posthumanisme eerder de klassieke kunst, technologie, de mythologie en wereldreligies.”
Ondanks je internationale parcours woon je nog altijd in Antwerpen. Wat houdt je hier?
“Samen met mijn man Dennis (Vanderbroeck, red.) fantaseer ik er weleens over om in Los Angeles te gaan wonen, maar daarvoor hou ik toch te veel van Antwerpen. Mijn familie en vrienden wonen hier, waardoor deze stad mijn safe space is: een plek waar ik rust en stabiliteit vind en die de hyperactiviteit en drukte in mijn hoofd compenseert. Daarnaast is Antwerpen ook heel dankbaar op creatief vlak: in een aantal sectoren spelen we mee op wereldniveau, maar ik kan hier ook afstand nemen van alles en herbronnen. Nergens echt tot jezelf kunt komen, dat gaat ten koste van je visie en eigenheid.”
Talent in de kijker
De Belgian Fashion Awards worden sinds 2017 uitgereikt door Knack Weekend en Le Vif Weekend in samenwerking met Flanders DC, MAD Brussels en Wallonie-Bruxelles Design Mode. De awards vieren de creativiteit en diversiteit van de Belgische mode en omvatten acht categorieën, die ook minder bekende namen, jong talent en professionals achter de schermen in de schijnwerpers zetten. De jury bestond dit jaar onder meer uit ontwerpster Meryll Rogge, make-up artist Inge Grognard en curatoren Elisa De Wyngaert (MoMu Antwerpen) en Eve Demoen (Modemuseum Hasselt).
- Frederik Heyman
- Kirsten Dunst
- James Franco
- Y/Project
- Burberry
- Nike
- Diesel
- Lady Gaga
- Paper Magazine
- Dust Magazine
- Rinus Van de Velde
- Honey Dijon
- Koninklijke Academie voor Schone Kunsten
- Bruno Pieters
- Naomi Campbell
- Wout Bosschaert
- Glenn Martens
- K nack Weekend
- Flanders DC
- MAD Brussels
- Wallonie-Bruxelles Design Mode
- Meryll Rogge
- Inge Grognard
- Elisa De Wyngaert
- MoMu Antwerpen
- Eve Demoen
- Modemuseum Hasselt
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier