Steden als New York, Amsterdam of Sydney hebben niet genoeg bomen om inwoners te verkoelen
Verschillende wereldsteden kampen met een groot gebrek aan bladerdek, blijkt uit onderzoek in Nature Communications. Er zijn vaak wel bomen geplant, maar die zijn te jong of kunnen niet voldoende groeien.
Om zich schrap te zetten tegen de gevolgen van de klimaatverandering, met name hittegolven, proberen steden aan de 3-30-300-regel te voldoen. Die stelt dat elk huis, elke school en elke werkplek uitzicht moet hebben op ten minste 3 bomen, zich in een buurt moet bevinden met ten minste 30 procent bladerdek en je vanop die plekken, binnen de 300 meter, een park moet kunnen bereiken.
Te weinig bladerdek
Australische wetenschappers keken voor meer dan 2,5 miljoen gebouwen in acht wereldsteden of die regel werd gehaald. Daaruit blijkt dat vooral de tweede factor – 30 procent bladerdek – vaak problematisch is. Van de acht onderzochte steden scoren enkel Seattle en Singapore voldoende. Wat betreft toegang tot parken halen Singapore en Amsterdam de hoogste scores, in tegenstelling tot Buenos Aires en New York.
Dat gebrek aan bladerdak baart zorgen, zegt Thami Croeser, stadsplanner aan het Royal Melbourne Institute of Technology, want 2023 was het warmste jaar ooit. En dit jaar zal dat record naar alle waarschijnlijkheid breken. Nu al heeft een kwart van de wereldbevolking te maken met gevaarlijke extreme hitte, en bladerdak is essentieel om steden af te koelen.
Absoluut minimum
‘Studies zeggen dat we eigenlijk minstens 40 procent bladerdak nodig hebben om de luchttemperatuur overdag voldoende te verlagen, dus de 30-maatstaf is het absolute minimum – en de meeste gebouwen die we hebben bestudeerd, bereiken dat doel niet eens’, zegt Croeser.
Bovendien heeft bladbedekking veel meer voordelen dan enkel verkoelen. Het kan ook het risico op overstromingen verminderen en komt de mentale en fysieke gezondheid ten goede.
‘Eerder onderzoek heeft aangetoond dat depressie, angst, obesitas en hitteberoerte vaker voorkomen in stedelijke gebieden zonder toegang tot schaduwrijke boomkruinen en groene open ruimtes.’
Kabels en pijpleidingen
Een van de grote problemen, zeggen de onderzoekers, is dat bij de aanleg van nieuwe straten nog altijd voorrang gegeven wordt aan bekabeling, pijpleidingen en het verkeer. In die plannen komen bomen vaak op de laatste plaats.
‘We moeten stoppen met denken dat toegewezen ruimtes voor gebouwen en wegen permanent zijn’, zegt Croeser. ‘Ze kunnen helemaal opnieuw worden toegewezen om prioriteit te geven aan groene infrastructuur. 30 procent bladerdek lijkt een hoge drempel als we dingen op dezelfde manier blijven doen, maar het is absoluut haalbaar als we onze werkwijze een beetje veranderen.’
Bovendien moeten oudere bomen bij nieuwe plannen vaak wijken of worden ze vervangen door jongere exemplaren. En als die er al komen, hebben ze het vaak moeilijk om te groeien of worden ze overmatig gesnoeid.
‘De grond is verdicht, er ligt asfalt overheen en als het regent, loopt het water weg in de goten in plaats van in de grond’, legt Croeser uit.“ Onderzoek toont aan dat, als stedelijke bomen worden geplant in grond van betere kwaliteit met voldoende ruimte om te groeien, en plek voor regenwater om direct in de grond te lopen, bomen sneller groter worden om ons gebrek aan bladerdek aan te pakken.’ (IPS)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier