Hoe beïnvloedt muziek onze psyche? ‘Een trieste song kan heel troostend zijn’
Als je erover nadenkt, zijn we elke dag omringd door muziek, of we er nu écht van houden of niet. Wat we kunnen leren van songteksten, hoe we soms verliefd worden op het eerste gehoor en wat een metalhead gemeen heeft met een liefhebber van klassieke muziek, daarover schreef muziekprofessor Susan Rogers het boeiende boek This Is What It Sounds Like.
Boeken over muziek en het effect ervan op ons brein gaan meestal over het maken van muziek. Maar de muzikanten onder ons zijn slechts een beperkte groep. Daarentegen zijn we allemaal luisteraars, of je nu elke dag op zoek bent naar nieuwe artiesten en geregeld naar concerten gaat, of alleen de muziek hoort die op de radio komt of in de supermarkt speelt. In die hoedanigheid spreekt professor Susan Rogers ons aan in haar boeiende boek This Is What It Sounds Like. “Ik ben geen muzikant en mijn studenten aan het Berklee College of Music weten op theoretisch vlak meer over muziek dan ik, maar als technicus en producer weet ik wél alles over naar muziek luisteren.” Samen met medeauteur Ogi Agas schreef ze een boek over wat er gebeurt tijdens de heel persoonlijke reis die we maken wanneer we luisteren naar de muziek die we graag horen.
Je kunt je ogen sluiten, je neus dichtknijpen, iets niet aanraken of het uitspuwen als het vies is. Maar iets niet horen is moeilijk.
Als je aan mensen vertelt dat je van muziek houdt, vragen ze vaak of je graag muzikant zou zijn. Maar dat zijn twee heel verschillende dingen, vind jij.
“Ja, net zoals je niet per se een professionele chef wilt zijn omdat je graag lekker eet. Luisteren is bovendien niet hetzelfde als horen. Luisteren is actief. Als je dat goed wilt doen, vraagt het nieuwsgierigheid, inspanning en zelfs liefde. Weten hoe je moet luisteren verdiept onze onderdompeling in de muziek.”
We luisteren niet allemaal op dezelfde manier, zo blijkt.
“We hebben een persoonlijke muzieksmaak, die ik ‘de straat waarin je woont’ heb genoemd. Elk van ons heeft een eigen identiteit als luisteraar, ook omdat we allemaal op zoek zijn naar andere ervaringen en emotionele beloningen wanneer we naar muziek luisteren. Voor sommige mensen is de melodie het belangrijkste, anderen worden vooral geraakt door de teksten, weer anderen vallen voor bepaalde ritmes. Sommige luisteraars zijn op zoek naar authenticiteit, anderen kunnen met muziek hun zin voor avontuur stillen. Dat klinkt alsof we dat bewust beslissen, maar zo werkt het niet. Zo’n tien jaar geleden zat ik op een etentje naast de rector van mijn afdeling en we hadden het over The Beatles. Toen ik vertelde dat ik niet zo’n fan ben, hield de rector op met eten en keek me aan. ‘Ik denk dat je doet alsof,’ zei hij, ‘en dat je dat je dat zegt om cool te lijken.’ (lacht) Maar waarom zou ik dat doen? Niemand kan ontkennen dat The Beatles zeer belangrijk zijn in de muziekgeschiedenis, maar hun muziek spreekt mij minder aan dan die van Al Green, James Brown of Sly & the Family Stone. Dat is gewoon mijn persoonlijke smaak. De rector leek te denken dat mijn muzieksmaak een bewuste keuze is, maar het is veel complexer dan dat. Je kiest niet wat je graag hoort. Je hoort bepaalde stukken muziek en voelt dat die iets uitdrukken wat je herkent. Iets wat interageert met jouw psychologie, hoe jouw lichaam graag beweegt, het soort tekst, melodie of ritme dat jou aanspreekt. Het doet je iets voelen. Of het doet je nadenken. Of dansen. Maar het is dus geen bewuste keuze.”
Mensen denken vaak dat ‘de straat waarin je als luisteraar woont’ bepaald wordt door de tijd waarin je opgroeide, maar zo simpel is het niet, schrijf je.
“Onze muziekvoorkeur begint zich al heel vroeg te vormen, net zoals onze smaak in eten en mode. Zelfs de grote songwriters geven toe dat de muziek die ze hoorden toen ze vier of vijf waren, invloed heeft op wat ze maken. Dus uiteraard speelt het tijdperk en de omgeving waarin je opgroeit een rol. Maar onze smaak wordt vooral gevormd door onze persoonlijkheid en onze ervaringen. Stel, je bent vier jaar en zit op de achterbank van de auto, op weg naar een speciale gelegenheid. Je voelt je geweldig, alles is leuk, en er komt een liedje op de radio dat precies overeenstemt met je humeur die dag. Dan worden de feelgood-neurotransmitters die op dat moment door je bloed en brein stromen gelinkt aan die muziek. Als je later muziek hoort die je datzelfde gevoel geeft, zal dat diezelfde emotionele reactie oproepen. Uiteraard is gelukkig zijn niet de enige emotie. Ook trieste songs zijn voor veel mensen troostend of vervullend.”
Muziek is inderdaad een van onze favoriete manieren om emotie uit te drukken, te verwerken of op te roepen.
“In 2001 vroegen ze voor een studie welke emoties muziek kan uitdrukken. De deelnemers kwamen aan een lijst van 44. De meest genoemde waren geluk en plezier, triestheid stond op de achtste plaats, eenzaamheid en frustratie scoorden ook vrij goed en onderaan stonden gevoelens als vernedering, ongemak, afkeer, schaamte. We kunnen dus elke menselijke emotie herkennen in muziek. Muziek is eenvoudig én complex tegelijkertijd, en vooral een uitdrukking van het leven, in al zijn mooie en vuile, robuuste en fragiele aspecten. En ons onderbewustzijn kiest de muziek die we nodig hebben. In de gedragspsychologie bekijkt men het abc van gedrag: antecedent, behaviour, consequence. Wat er voorafgaat, gedrag en gevolg. Voor je een bewuste keuze maakt, duwen processen in je lichaam je al in een bepaalde richting. Je psyche weet waar je op dat moment mee bezig bent, welke gedachten en gevoelens spelen, wat je nodig hebt, en stuurt je naar de juiste muziek. Misschien heb je actie nodig en kies je iets wat je doet bewegen, misschien heb je een saaie dag gehad en wil je intellectueel gestimuleerd worden, misschien heb je een moeilijke dag en heb je troost nodig.”
Ook al hebben we allemaal een specifieke muzieksmaak, die kan heel breed gaan. We kunnen zowel van Bach als Harry Styles houden.
“Dat klopt. We houden van veel muziek. Wat we kiezen, wordt bepaald door wat we op dat moment nodig hebben, en onze smaak evolueert ons hele leven lang. Adrian North deed een interessante studie naar muziek en de vijf persoonlijkheidskenmerken. Hij ontdekte dat jonge mannen die naar heavy metal luisteren en oudere mannen die van klassieke muziek houden hetzelfde soort mensen zijn, met een gelijkaardig brein en vergelijkbare persoonlijkheid. Heavymetalfans zoeken een complexe muzikale stimulatie met onverwachte veranderingen en veel nieuwigheden waar je echt actief naar moet luisteren om ervan te genieten. Het zijn songs van soms zes à zeven minuten die episch lijken. Die muzikale ervaring lijkt ontzettend op wat mannen van middelbare leeftijd uit klassieke muziek halen. Conclusie: je blijft je leven lang hetzelfde soort luisteraar, want dat hangt samen met je persoonlijkheid, maar de specifieke muziek waar je naar luistert kan veranderen.”
Er zijn zelfs mensen die totaal niet van muziek houden.
“Die hebben muzikale anhedonie. De connectie tussen de vele regionen in ons brein die muziek verwerken en ons dopaminebeloningsysteem is bij hen onderontwikkeld. Maar zelfs zonder anhedonie is muziek niet voor iedereen even belangrijk. Mijn broers, bijvoorbeeld, zijn sportfreaks. Ze sporten graag, kijken naar sport, weten er veel over, het is een belangrijk deel van hun leven. Ze vinden muziek wel oké en horen zelfs een paar artiesten graag, maar muziek speelt geen grote rol in hun leven. Voor mij is dat anders, ik vind geen enkele bezigheid zo engagerend als muziek luisteren. Dat speelt een rol in hoe we met muziek omgaan. Mensen zoals ik worden blij van muziek omdat ze dopamine opwekt. Wij zijn vaak meer geneigd om nieuwe stijlen of artiesten te onderzoeken. Wie het beluisteren van muziek niet als ‘hobby’ heeft, zal waarschijnlijk blij zijn met de muziek die hij al kent.”
Als je jong bent, is een songtekst een goede bron van informatie over seks, liefde en eenzaamheid. Als je ergens woorden voor hebt, kun je beginnen het op te lossen.
Klopt het dat sommige mensen het moeilijk hebben als er muziek speelt die ze echt niet graag horen?
“Ja. In een fMRI-scanner werd gekeken naar ons brein wanneer we naar muziek luisteren die we zelf gekozen hebben en naar muziek waar we een hekel aan hebben. Bij muziek waar we van houden, lichten er onder andere delen van het brein op die te maken hebben met zelfbewustzijn en zelfbeeld. Onze beleving van esthetisch genot hangt samen met ons gevoel van persoonlijke identiteit. Bij muziek waar we echt geen fan van zijn, integreert ons brein dat niet in ons zelfbewustzijn en maakt het een automatische beslissing: hell no, hier wil ik niets mee te maken hebben. Veel zintuigen kunnen we afsluiten. Je kunt je ogen sluiten, je neus dichtknijpen, iets niet aanraken of het uitspuwen als het vies is. Maar iets niet horen is moeilijk, want veel meer dan je handen over je oren leggen kun je niet doen. Dus heeft je brein een circuit dat heel nadrukkelijk zegt: ugh, nee, dit wil ik niet. Zet die plaat af.”
Muziek kan ons ook intellectueel stimuleren, stel je.
“Bijvoorbeeld omdat de muziek vernieuwend is. Ik heb dat bij artiesten als Tyler, the Creator of Tennyson. Ook de tekst van een song is stimulerend, zeker als je jong bent. Je hebt nog niet veel levenservaring, weet nog niet hoe je bepaalde problemen kunt oplossen, dus zoek je informatie over onderwerpen als liefde, seks, eenzaamheid, erbij horen… Een songtekst is een goede bron van info omdat hij gevoelens onder woorden brengt, en als je eenmaal woorden hebt voor je gevoelens, kun je beginnen op te lossen waar je mee zit. Als we ouder worden hebben we misschien geen songtekst meer nodig om te leren omgaan met frustraties of hartpijn, maar gebruiken we muziek om onze stemming te veranderen of net te benadrukken.”
Ritme lijkt een objectief gegeven en omdat het onze danspassen stuurt, zou je denken dat we allemaal op dezelfde manier dansen. Maar dat is niet zo. Hoe komt dat?
“Vraag tien mensen om een liedje te neuriën en je krijgt tien keer min of meer hetzelfde. Als je tien mensen vraagt om op een liedje te dansen, krijg je tien verschillende manieren van bewegen. Ritme is een psychologisch gegeven en hoe je je bewegingen synchroniseert met muziek, is een teken van de hoogstpersoonlijke relatie tussen muziek, jouw lichaam en de unieke bedrading van je hersenen. Er zijn drie basisdansstijlen die overal ter wereld voorkomen: de op en neer gaande beweging die je bij rockconcerten ziet, de push-and-pull-rotatie van r&b en ballroomdansen, en de side by side en heupbewegingen van bijvoorbeeld Afro-Cubaanse ritmes. We hebben allemaal een groove die voor ons persoonlijk goed voelt. Ik begrijp het op-en-neer-idee en de Latijnse bewegingen, maar ik kan dat niet, zelfs niet met de beste leraars. Mijn move is die voor-en-achterwaartse beweging.”
Als muziek zo persoonlijk is, dan is delen waar je van houdt een stukje van jezelf blootgeven.
“Absoluut. Vandaar dat mixtapes zo effectief waren om je liefde te verklaren. (lacht) Van alle kunstvormen is muziek de meest directe en de meest intieme. Je ervaart het privé, zelfs op een groot concert, en het activeert breinnetwerken die gelinkt zijn aan ons gevoel van zelfbewustzijn en aan onze voor- en afkeuren. Muziek voert je mee naar diepe plekken in je eigen fantasie en psychologie. De muziek of songs die je echt raken met iemand delen is daarom ook ontzettend intiem. Het laat mensen toe je beter te leren kennen.”
We kunnen zelfs verliefd worden op het eerste gehoor.
“Dat gevoel lijkt op liefde op het eerste gezicht, omdat het méér is dan gewoon iets leuk vinden. Verlangen gebeurt in een ander deel van ons brein dan leuk vinden en er zijn meer delen van het brein bij betrokken. Als je iets écht wilt, ga je moeite doen om het te krijgen, je steekt energie en tijd in het herhalen van die ervaring. Dat is zo als je iemand ontmoet die interessant is en datzelfde gevoel kun je ook hebben bij een nummer dat je voor het eerst hoort. Je weet meteen dat het speciaal is, je wilt er alles over weten, herbeluistert het constant en probeert de uitvoerder misschien zelfs live te zien, want je hebt het nodig. Het is een diepe, emotionele ervaring.”
Ten slotte, waarom zijn mensen die het ritme van de muziek met hun hielen tikken cooler?
(lacht) “In de jaren 80 werkte ik samen met Prince. We zaten net in de studio met Wendy & Lisa, toen er bezoekers langskwamen in de studio. Wendy zat naast me en zei: ‘Je moet naar de voeten kijken, de coole mensen tikken met hun hielen.’ Ik was zo trots als een pauw, want zo geef ik het ritme aan. Het antwoord is dus: omdat Wendy dat vindt. Maar wetenschappelijk is dat niet, natuurlijk.” (lacht)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier