Het vormsel voorbij: nieuwe rituelen vervangen de communie
Kinderen in een zondagse outfit, de dienst in de kerk en daarna het verplichte familiefeest met envelopjes als cadeau. Communiefeesten waren jarenlang traditie, maar vandaag bedenken we nieuwe rituelen.
Babyborrels, lentefeesten, communies, sweet sixteen-feestjes, we vieren de kantelmomenten in het leven graag. Met fonkelend bestek, hapjes van de beste traiteur, versiering, een taart en misschien zelfs een kleurrijk springkasteel, klunzige clown of andere act. Maar wat is de zin van zo’n feest als er geen echte betekenis meer te bespeuren valt? Een moeilijke kwestie als je niet gelovig bent, het vrijzinnige alternatief je evenmin iets zegt en je dus op zoek bent naar een soort zingeving 2.0.
‘België behoort tot de meest geseculariseerde landen van Europa’, begint Barbara Raes haar lezing tijdens het Studium Generale, een initiatief van Hogeschool Gent dat een forum biedt voor reflectie over maatschappij, kunst, cultuur en wetenschap. ‘Toch zou een groot deel van de Belgische bevolking zich als ‘religieus of spiritueel georiënteerd’ omschrijven. Spiritualiteit en zingeving zijn met andere woorden niet verdwenen, ze zijn geëvo- lueerd met het veranderde mensbeeld.’ Raes onderzoekt rituelen aan het KASK en richtte haar eigen werkplaats voor rituelen op, beyondthespoken. ‘Enerzijds zien we een aanpassing van bestaande religieuze rituelen, anderzijds de opkomst van vrije rituelen, los van levensbeschouwing of religie. Vooral die vrije rituelen zijn een recente beweging. Men zoekt naar nieuwe symbolen, nieuwe uitdrukkingen voor bepaalde gevoelens; men wil nieuwe vormen van betekenis genereren en nieuwe inhoud creëren die het louter materiële kan overstijgen.’
Mijn eigen lentefeest was leuk, meer niet. Ik wou iets anders voor mijn zoon, zijn beeld van de wereld verbreden. Dus gingen we naar Nepal
Praatreis
Een reis is het enige wat je koopt waar je rijker van wordt. Met deze overtuiging lieten mijn man en ik het lentefeest achterwege. Veel liever namen we onze dochter Nanou (7) mee op reis. Niet zomaar een tripje naar Disneyland, maar een reis die ons alle drie zou bijblijven. Een reis waarop we dingen deden die we nog nooit hadden gedaan, waarin we onze grenzen hebben verlegd en misschien zelfs wat angsten hebben overwonnen. Het idee las ik in een magazine waarin een vrouw vertelde dat ze samen met haar zoon vanuit Parijs 41 dagen lang naar Santiago de Compostella stapte. Niet alleen om zijn zevende verjaardag te vieren, maar ook om de scheiding binnen hun gezin te verwerken. Moeder en zoon babbelden, lachten, huilden, stapten door en zagen af. Ze verlegden hun grenzen. Ze maakten samen herinneringen voor later. Dat leek ons wel wat. Wij kozen voor een reis naar de Azoren, om te klimmen naar watervallen en bergtoppen en walvissen te spotten.
Annelies nam haar zoon Lind (11) mee naar het opvangtehuis in Nepal waar ze ooit vrijwilligerswerk deed. ‘Ik ben zelf niet religieus opgevoed en van mijn eigen lentefeest heb ik weinig overgehouden. Het was het zoveelste feest waar volwassenen lang aan tafel zitten en je cadeautjes krijgt. Het was leuk, meer niet. Ik wou iets anders voor mijn zoon. Zijn beeld van de wereld verbreden, bijvoorbeeld. Op hun twaalfde staan kinderen nog open voor wat je hen aanreikt en sta je als ouder nog dicht bij hen. Daarna verandert alles: ze worden groot, ze trekken zich los.
Het was niet mijn bedoeling om hem tijdens onze reis de grote levenslessen te spellen. Ik wou vooral een moment creëren, een blijvende herinnering voor later, iets van ons tweeën. We hebben toeristische trekpleisters bezocht, geraft tussen de bergen, een week lang rondgetrokken. Drie weken zijn we non-stop samen geweest, iets wat naar alle waarschijnlijkheid nooit meer zal gebeuren. Thuis is er zo weinig tijd, moet je je voortdurend haasten tussen alle verplichtingen door en is het al moeilijk om tijd te maken om gewoon even te vragen hoe het is. Op zo’n reis kun je niet anders dan gesprekken aangaan.
Je bent als enige verantwoordelijk; het enige aanspreekpunt van je kind in een onbekende cultuur met precaire levensomstandigheden. Ik ga niet zeggen dat ik kanten van mijn zoon heb ontdekt die ik nog nooit had gezien, maar hij verraste me wel regelmatig. Ik heb een aantal eigenschappen ontdekt die ik echt mooi vind. Ik wou hem vooral meegeven dat ik naast een mama, die een scheiding en veel verdriet achter de rug had, ook een mens ben die dingen weet en doet die losstaan van dat moederschap. Zo’n ervaring heb je niet wanneer je een hele dag met familie keuvelt terwijl je met hapjes rondgaat en cava bijvult. Samen iets beleven waardoor je anders met elkaar omgaat, vind ik van onschatbare waarde. Dat moment neemt niemand ons ooit nog af.’
Woestijnman
Kantelmomenten zijn belangrijke fases in een mensenleven. Enerzijds moet je iets loslaten – in dit geval het kind-zijn – anderzijds horen nieuwe rechten, plichten en verantwoordelijkheden bij de nieuwe status die je krijgt. Ze worden dan ook in zowat alle culturen gevierd en vaak gekaderd in socioculturele of religieuze rituelen. Zo vieren meisjes in Latijns-Amerika op hun vijftiende verjaardag hun quinceañera, waarmee ze aangeven dat ze voortaan actief zijn in de gemeenschap, dat ze klaar zijn om verantwoordelijkheden op te nemen en in het huwelijksbootje te stappen.
De Australische Aboriginals sturen hun jongemannen zes maanden naar de woestijn om te testen of ze klaar zijn om volwassen te worden. De jongens moeten volledig geïsoleerd overleven, zonder hulp. Als ze na zes maanden terugkomen, worden ze beschouwd als echte mannen. Bij de native Americans is het de gewoonte dat een adolescente jongen onder begeleiding van de medicijnman op zoek gaat naar de zin van zijn leven. Met een vision quest of visioentocht waarbij vier dagen en nachten wordt gevast in een zweethut, kan de jongen zijn spirit animal ontmoeten dat hem zal begeleiden in zijn levenskeuzes. Dichter bij huis worden jongeren via een katholieke communie of joodse bar mitswa klaargestoomd voor hun religieuze verantwoordelijkheden en plichten.
Maar ook wanneer men niet kan terugvallen op socioculturele of religieuze tradities, blijven we hunkeren naar rituelen. ‘De individualisering van onze samenleving heeft ervoor gezorgd dat we ons niet meer laten aansturen door grote geloofsstructuren, maar door onszelf, daarbij sterk beïnvloed door de media’, stelt Raes. ‘De ontkerkelijking veroorzaakte aanvankelijk weerstand tegenover rituelen omdat ze als hypocriet, onpersoonlijk of niet authentiek werden ervaren. Maar het gebrek aan alternatieven bezorgt veel mensen vandaag een gevoel van leegte en betekenisloosheid. Het is niet omdat we goden of traditionele rituelen hebben opgegeven, dat onze diepste verlangens naar troost, begrip, vergeving en betekenis zijn verdwenen. Rituelen helpen om betekenis te geven aan onze plek in de wereld, ze kunnen helpen om te vertragen, om stil te staan, om bewust om te gaan met kantelmomenten.’
We hunkeren naar rituelen, omdat ze het ons mogelijk maken om overgangen in een breder geheel van betekenis te plaatsen. En dat is volgens Bruce Lincoln, hoogleraar godsdienstwetenschappen aan de universiteit van Chicago, van groot belang: ‘Als het leven een betekenis heeft, is het niet meer saai of hopeloos. Het leven heeft waarde nu, zelfs al is het nog zo hard.’
Jens (12) kreeg zeven persoonlijke opdrachten, waaronder een gerecht klaarmaken. Pas wanneer zijn missie was volbracht, kon het feest doorgaan
Blotevoetenparcours
Bewust omgaan met overgangsmomenten, dat misten Amber en Joris bij het lentefeest dat hun vanuit de school werd aangeboden. Geïnspireerd door iemand uit de buurt besloten ze de zelfstandigheid van hun zoon Jens (12) te beproeven aan de hand van zeven persoonlijke opdrachten. Een gerecht uitkiezen en klaarmaken voor zijn gezin, zijn lakens wassen, 24 uur zwijgen om te leren luisteren, een kaartenhuisje van zeven verdiepingen bouwen om zijn geduld op de proef te stellen, een dropping van veertien kilometer om zijn zelfredzaamheid te testen… Pas wanneer de missie was volbracht, zou het feest mogen plaatsvinden. De ene opdracht werd enthousiaster onthaald dan de andere, maar de hele ervaring doet zijn broertje – dat volgend jaar een eigen reeks persoonlijke opgaves mag verwachten – al aftellen.
Ook al lijkt het misschien zo, overgangsrites hoeven niet altijd rond één individu te draaien. Nieuwe groepsrituelen komen net zo goed voor. Samen met andere ouders besloten Veerle en Maarten een overgangsritueel ineen te boksen waaraan alle klasgenootjes van hun zoon Maurice (toen bijna 7) konden deelnemen. Het thema: de vier elementen. ‘Dat was eerder een toevallige ingeving’, vertelt Veerle. ‘We zochten een thema dat niet te hooggegrepen was voor zevenjarigen. Het moest tastbaar zijn voor de kinderen, en geschikt voor alle ouders. We bedachten een reeks moed-proeven die de kinderen, onder luide aanmoediging van hun ouders, broers, zussen en klasgenootjes, moesten uitvoeren. We wilden vooral een band scheppen, niet alleen tussen de kinderen die samen alle beproevingen moesten doorstaan, maar ook tussen de ouders, als een soort lijm die ons als gemeenschap bijeen zou houden doorheen de jaren op de basisschool.
Sommige opdrachten waren heel toegankelijk, andere uitdagender. Als aarde- proef lieten we de kinderen geblinddoekt een blotevoetenparcours afleggen, als vuurproef mochten ze met een hete staaf hun naam in een stuk hout branden of een voorwerp smeden dat ze achteraf mee naar huis mochten nemen. De waterproef leidde de kinderen langs een touwenparcours over vijvertjes en grachten en met de luchtproef lieten we ze een voor een vliegen en zweven tussen de bomen. Na de proeven hebben we met z’n allen gepicknickt. Zo’n feest schept naast verbondenheid ook vooral mooie herinneringen zonder te veel symboliek en spiritualiteit.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier