Het einde van de autoritaire ouder: waarom millennials de opvoeding van hun kroost heel anders aanpakken
Of je het nu mild, democratisch of responsief opvoeden noemt: feit is dat een nieuwe generatie ouders – de millennials – vandaag massaal aan het opvoeden is. Een generatie die gelooft in overleg, authenticiteit en gelijkwaardigheid. ‘Binnen het gezin moet er een draagvlak zijn voor het “beleid” dat gevoerd wordt.’
Een oudere buurvrouw kwam onlangs zuchtend terug van een weekendje zee met kinderen en kleinkinderen. ‘Wat een gedoe, zeg. Al van ’s ochtends vroeg begint dat overleggen met de kleinkinderen. ‘Willen jullie eerst ontbijten of eerst aankleden? Zullen we straks gaan zwemmen of een wandeling maken?’ Wat is er mis met de kinderen gewoon laten doen wat jij beslist hebt?’ Heel wat, vindt een nieuwe generatie ouders. De Nederlandse schrijfster en moeder van twee kleine kinderen Rebecca Pol schreef een boek over dat nieuwe opvoeden, Millennial Parenting. Ze sprak daarvoor met meer dan duizend ouders van over de hele wereld die geboren werden na 1985.
Elke generatie mist wel iets waardoor ze het anders wil aanpakken. Dat kan voor grootouders bedreigend overkomen: ‘Ja maar, hebben wij het dan zo slecht gedaan?’
Nina Mouton, psychologe en auteur
Het verschil met vorige generaties is volgens haar niet min: ‘Eerdere generaties benaderden opvoeding systemisch: iedereen moest mee met de groep, met het gezin, willen of niet. Er was geen tijd voor overleg. Maar millennials aanvaarden geen autoritair leiderschap meer met één hoofd dat de beslissingen neemt en de rest die dat maar moet slikken, niet op het werk, maar ook niet thuis. Zij streven naar een democratisch leiderschap waar de ouders naast elkaar staan in gelijkwaardig ouderschap. Een gezin is een team en dat team moet door één deur. Binnen het gezin moet er kortom een draagvlak zijn voor het ‘beleid’ dat gevoerd wordt. Dat principe van gelijkwaardigheid houdt ook in dat ze willen uitleggen aan de kinderen waarom iets zus of zo is. Het kind heeft óók recht op een mening.’
Dat is erg herkenbaar voor Ineke (39) en Sam (40). Hun zoon is nog maar drie, maar heeft toch al een stem in het gezin, vertelt Ineke. ‘Ik vind het fijn om op zijn niveau zaken met hem te bespreken en hem dingen uit te leggen. Mijn moeder zegt dan soms: ‘Dat begrijpt hij toch nog niet!’ Maar wij vinden het net verrijkend om hem op die manier beter te leren kennen en om van daaruit de beste aanpak te kiezen, rekening houdend met wat hij wil en voelt. Een paar dagen geleden wilde hij bijvoorbeeld na school niet zoals afgesproken meerijden met een andere mama, omdat hij bang was om in de bakfiets te stappen. Dan ga ik hem liever zelf halen dan dat we hem dwingen. Onlangs was ik op een feest met ouders die autoritair opvoeden en dreigden met straf. Bij dat voortdurende aftellen – ‘Ik tel tot tien en dan ga je in de hoek’ – vóél ik in mijn buik dat ik het zelf anders wil doen. Kordaat toespreken, absoluut, maar niet straffend. Want wat leert een kind daarvan? Toch alleen maar dat hij zijn boosheid niet mag uiten.’
In de hoek
Kort samengevat willen veel millennialouders hun kind mild en liefdevol opvoeden, met oog voor de gevoelens en de noden van het kind. Niet de ouders staan daarbij centraal, maar het kind. Dat begint meteen na de geboorte: een baby ’s nachts laten huilen is uit den boze, voeden gebeurt op vraag. Een kleuter met een woedeaanval wordt niet gestraft, maar aangehoord en wanneer iets niet mag, wordt uitgelegd waarom. Straffen kan niet voor een millennialouder, net als dreigen, ultimatums stellen, omkopen en ook – misschien eerder verrassend – belonen. De motivatie voor het gedrag van het kind moet immers vanuit zichzelf komen, niet van de ouder. Psychologe en moeder Nina Mouton is de persoon die dit andere opvoeden in Vlaanderen op de kaart zette. Haar pleidooi voor Mild ouderschap werd een bestseller. ‘Mild ouderschap zit er bij veel mensen van nature al in, maar door invloeden van buitenaf wordt dat de kop ingedrukt’, vertelt ze. ‘Mild zijn is niet: zomaar alles toelaten. Er zijn grenzen, maar dan die van jezelf en die van je gezin, niet die van de buurvrouw of de kleuterjuf. Er is niet één regel voor iedereen, het gaat erom jouw gevoel en dat van je kind te volgen. Je kijkt niet naar het gedrag, maar naar het kind. Het gedrag van je kind is immers maar het topje van de ijsberg. Daar zitten gevoelens en een geschiedenis onder. Zelfs het flinke kind is niet zomaar flink: het probeert straf of afwijzing te vermijden. De vraag is dan: waarom doet het dat?’ Een heilig huisje van eerdere generaties dat dus meteen op de schop gaat: elk kind is anders en je hoeft niet elk kind binnen het gezin hetzelfde aan te pakken. Nina Mouton: ‘Wel is elk kind gebaat bij onvoorwaardelijk graag gezien worden. Dan kun je op een veel dieper niveau verbinden, iets wat je nooit voor elkaar krijgt door streng je gezag af te dwingen.’
Dat mild ouderschap niet hetzelfde is als antiautoritair opvoeden, waarbij zomaar alles mag en alles kan, bevestigt ook Rebecca Pol: ‘Het is gewoon een andere vorm van gezag: niet door te dreigen en te straffen, maar door samen te werken. Geen gezag op basis van angst, maar gezag door liefde en authenticiteit. Met harde hand opvoeden is traumatiserend, dat doen wij echt niet meer.’
Zoveel kak
”Je moet daar zoveelkak niet aan smeren‘, zei mijn moeder ooit toen mijn vrouw en ik onze oudste dochter uitlegden waarom ze iets niet mocht’, lacht Stijn (42). Ze was bang dat ze verwende kleinkinderen zou krijgen. Maar onlangs, na het uitbarsten van het The Voice-schandaal in Nederland, vertelde ze me toch hoe trots ze is op haar mondige kleindochter, ondertussen negen, die ‘niet te verlegen zou zijn om een vent die haar lastigvalt de les te spellen’. Ik lees dat als een signaal dat ze ondertussen vindt dat we toch iets goed hebben gedaan in onze opvoeding.’
Dat elke generatie anders gaat opvoeden dan de vorige en zich daarmee op een bepaalde manier afzet tegen de opvoeding die ze zelf heeft gehad, is perfect normaal, vertelt Nina Mouton: ‘Elke generatie mist wel iets waardoor ze het anders wil aanpakken. Dat kan voor grootouders bedreigend overkomen: ‘Ja maar, hebben wij het dan zo slecht gedaan?’ Helemaal niet, maar dit gaat niet over jullie, het gaat over de volgende generatie en hoe we hun iets nieuws kunnen meegeven zodat zij het op hun beurt ook weer anders kunnen doen. Het is nooit af: elke generatie leert van de vorige, neemt over wat goed is en verandert dingen die beter kunnen. Vaak verdwijnt de bezorgdheid van grootouders vanzelf wanneer ze zien wat een fantastisch kleinkind ze hebben. Mild ouderschap bewijst zichzelf.’
Dat de nieuwe opvoeding weleens op gefrons van grootouders kan rekenen, beamen Eva (31) en Thomas (35). Zij willen hun twee dochters van drie jaar en zes maanden ‘responsief opvoeden’, legt Eva uit: ‘Wij proberen te achterhalen wat de oorzaak is van ongewenst gedrag en halen liever de oorzaak weg dan het gedrag op zich te bestraffen. Mijn moeder noemt dat intensief, zij zal eerder omkopen met een snoepje om iets gedaan te krijgen, maar ik vind wat wij doen net eerder lui ouderschap: wij bewandelen de weg van de minste weerstand. Niet alles hoeft gebeiteld te staan in regels. Ik begrijp bijvoorbeeld heel goed dat het voor een kleuter heel vervelend moet zijn dat je altijd maar moet doen wat je gezegd wordt en dat daar kortsluiting in je hoofdje door kan ontstaan. Dus geef ik mijn dochter ‘keuzes’: wil ze bij slaaptijd de trap op als een luipaard of wil ze naar boven glijden als een slang? Door te dreigen – ‘Nu naar boven of je krijgt geen verhaaltje’ – zal ze niet sneller naar boven gaan, integendeel.’
Waar vorige generaties ouders dachten dat hun levensgeluk er niet meer toe deed zodra ze kinderen kregen, gaat deze generatie op zoek naar oplossingen.
Rebecca Pol, auteur
Opvoeden vanuit gevoel voelt voor Eva heel natuurlijk aan en dat begon al toen haar kinderen nog maar baby’s waren. ‘Aan een baby valt immers nog niet veel te manipuleren: als ze huilen, hebben ze iets nodig. De snelste manier om dat op te lossen is tegemoet te komen aan die nood. Wij hebben nooit zoals vroeger voedingsschema’s gehanteerd. Wilden mijn baby’s ’s nachts om de drie uur, of zelfs sneller, eten, dan was dat maar zo. Toen we nog wat onzekerder waren in het ouderschap en vatbaarder voor advies van buitenaf, hebben we eens geprobeerd om aan slaaptraining te doen en onze oudste even te laten huilen. Dat vonden we verschrikkelijk. Het veroorzaakte niet alleen een zelfs fysiek voelbare stressreactie bij ons, het hÃélp ook niet. Ze bleef krijsen. Na enkele pogingen hebben we besloten naar ons gevoel te luisteren en er te zijn voor haar wanneer ze ons nodig had. Iedereen werd er gelukkiger van en we sliepen allemaal meer.’
Weg met hiërarchie
Responsief opvoeden. Mild ouderschap. De termen zijn nieuw, maar is het allemaal wel zo vernieuwend? Mijn zonen zijn zestien en bijna twintig, en voor een stuk deden wij ook al aan mild ouderschap, ook al stond er bij ons al eens eentje in de hoek. Daarnaast ken ik millennialouders die een pak meer regels hanteren dan mijn ouders deden. Dat is zo, zegt Rebecca Pol. ‘Natuurlijk waren er vroeger al ouders die het op deze manier aanpakten, en andersom zijn er nu nog ouders die erg autoritair opvoeden. Opvoeden is niet zwart-wit: de meeste ouders zitten ergens tussen de twee uitersten in. Maar het fijne aan deze tijd is dat er nu voor het eerst een erg grote groep ouders is voor wie democratisch ouderschap de te bewandelen weg is. Millennials zijn ook nog eens eigenwijs en mondig. Ze hebben minder respect voor hiërarchie en de autoriteit van de leerkracht en instellingen als Kind & Gezin. Ze zeggen gewoon: het kan wel zijn dat dit de regels zijn in de school, maar mijn kind heeft iets anders nodig. Ze nemen eerdere generaties mee in hun manier van denken; zo groeit die groep en kan er effectief iets veranderen in de maatschappij.’ Ook wat gelijkwaardigheid tussen ouders betreft overigens, nog zo’n strijdpunt van millennials: moeders willen zich niet langer wegcijferen voor het gezin en millennialpapa’s willen – meer dan vaders ooit voorheen – ook moederen. Rebecca Pol: ‘Al decennia streven ouders, vooral moeders, naar meer gelijkwaardigheid. Maar geen enkele generatie ging zo hevig de strijd aan als millennials. Een kleuterschool die enkel de moeders aanspreekt voor hulp? Vaders die op hun werk kritiek krijgen omdat ze ouderschapsschapsverlof opnemen? Waar we tien à twintig jaar geleden eens zuchtten of het weglachten, maar het wel tolereerden, zeggen millennials nu gewoon: no fucking way. Dit kan echt niet meer. Zij gaan genderneutraal opvoeden: beide ouders vervullen beide rollen. Elke ouder neemt de taken op die bij hem of haar passen, los van gender. Gaat dat vanzelf? Helemaal niet, want elke moeder weet dat je zodra je een kind op de wereld zet terug wordt geslingerd in dat traditionele rollenpatroon, maar ze zijn bereid elke dag opnieuw de strijd aan te gaan.’
Rust, regelmaat, reinheid
Millennials worden door eerdere generaties weleens ‘verwend’ genoemd. Ze zweren bij authenticiteit en eisen de vrijheid op om te kunnen en mogen zijn wie ze willen. Maar, zo bleek ook uit Rebecca Pols onderzoek: ze ontdekken al snel dat die vrijheid botst met het leven met kinderen. ‘We zouden een generatie zijn die altijd heeft gekregen wat ze wilde en niet kan doorzetten. Een generatie zonder tandvlees. En dat klopt ook, want de wereld lag voor ons open, letterlijk – we maakten verre reizen waar onze ouders op onze leeftijd alleen maar van konden dromen – en figuurlijk. En dan krijg je een kind en leef je plots op één vierkante kilometer, want dat kind heeft een spanningsboog. Die cultuurschok is voor onze generatie enorm.’ Zoals voor Nicolas (37), die samen met zijn vriendin Fara (40) droomde van reizen en uitstappen, met de kinderen in de draagzak of de bakfiets, maar die droom al snel na de geboorte van hun oudste, nu zeven jaar geleden, opborg. ‘Wanneer mijn moeder aan kwam zetten met het belang van de drie R’en – Rust, Regelmaat en Reinheid – rolde ik eens met mijn ogen. Dat was toch niet meer van deze tijd, wij zouden dat wel anders aanpakken. Maar al snel ontdekten we dat onze kinderen wel degelijk gebaat waren bij een strikte routine. Dat zit nu eenmaal in hun karakter. Soms is dat lastig, zeker als je vrienden met hun kinderen zitten te aperitieven in het park, en jouw kinderen liever thuis zijn. Maar wat dat betreft doen wij de dingen anders dan onze ouders: als we onze kinderen leren dat ze in hun gevoel mogen staan, moeten we hen ook niet tegen hun zin meeslepen omdat wij nu eenmaal iets gepland hebben. Dan maken we het thuis wel gezellig.’
Dat is volgens Rebecca Pol nóg een groot verschil met hoe eerdere generaties omgingen met hun kinderen: millennials willen wel compromissen sluiten, maar die middenweg moet dan óók leuk zijn. ‘Mijn generatie is opgevoed door ouders die vaak zuchtend door het leven gingen en afgepeigerd waren van de combinatie gezin en werkleven. Ze waren niet gelukkig in hun werk, in hun relatie, maar omwille van de kinderen deden ze stug door. Aan de zaken anders aanpakken, dachten ze niet, ‘want ze hadden nu eenmaal kinderen’. Dat willen millennials niet meer. Waar vorige generaties dachten dat hun levensgeluk er niet meer toe deed zodra ze kinderen kregen, gaat deze generatie op zoek naar oplossingen. Ze willen bijvoorbeeld wel een job dichter bij huis, met betere uren voor de crèche, maar dat moet dan wel een leuke, uitdagende baan zijn. Je hoeft als ouder geen offers te brengen: je kunt ook een feestje maken binnen dat kleine kader waarin je het een paar jaar moet doen.’
Millennial Parenting van Rebecca Pol en Mild ouderschap van Nina Mouton verschenen bij Borgerhoff & Lamberigts.
Op 8 mei gaat Rebecca Pol in debat over haar boek op het boekenfestival Druk in Leuven. Info: leuven.be/drukinleuven
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier