Cabaretière Nele Bauwens: ‘Corona, de oorlog in Oekraïne, de energiecrisis: iedereen struggelt op dit moment’
Nele Bauwens (46) is zangeres, actrice en theatermaker en ging in 2014 voor het eerst solo. Samen met bigband The Whodads tourt ze tot 29 januari door Vlaanderen met de muzikale eindejaarconference Nele Bauwens swingt het jaar uit.
Anderen kunnen in je geloven, maar de vraag is of je dat zelf ook doet. Ik speelde de eerste vijftien jaar van mijn carrière bij Wacko, Toneelhuis en Bronks, zong bij El Tattoo del Tigre en Hormonia en maakte voorstellingen met mensen als Luc De Vos en Maaike Cafmeyer, en toch had ik altijd meer materiaal dan ik kwijt kon. Wim Helsen vroeg me waarom ik het niet op mijn eentje probeerde, maar daar was ik te onzeker voor, tot ik het in 2014 dan toch deed. Sindsdien denk ik: wees bang voor dingen, en doe ze dan toch.
Cabaretier zijn is jezelf kwetsbaar opstellen. Toon Hermans zei ooit dat de natuurlijke vonken meer kracht hebben dan de bedachte dingen en dat geloof ik zelf ook: ik werk met wat ik meemaak in mijn leven en met dingen die me raken – anders heb ik er ook niets over te vertellen. Dat is iets helemaal anders dan mijn werk als actrice, waarbij ik me achter een rol en mijn tegenspelers kan verschuilen. Na drie autobiografische solovoorstellingen is het dan ook fijn om op het podium te staan met muzikanten en vanuit de actualiteit te vertrekken. Altijd maar over jezelf nadenken, in je eigen emoties wroeten, af en toe moet je daar een break van nemen.
Als je in geen enkel hokje past, moet je maar je eigen hokje worden. Toen ik aan Studio Herman Teirlinck moest kiezen tussen toneel en kleinkunst, kruiste ik ze allebei aan en zette ik er ook nog opera bij. Wist ik veel dat je dat daar niet kon studeren. (lacht) Door het gebrek aan voorbeelden heb ik er jaren over gedaan om echt voor cabaret te gaan, maar uiteindelijk ligt dat me toch het beste. Als je niet wilt kiezen, is de combinatie van tekst, muziek, theater en humor ideaal.
Wim Helsen vroeg me waarom ik het niet op mijn eentje probeerde, maar daar was ik te onzeker voor, tot ik het dan toch deed. Sindsdien denk ik: wees bang voor dingen, en doe ze dan toch.
Het is oké om hulp te vragen. Door mijn opvoeding heb ik het daar lang moeilijk mee gehad: ik moest mijn eigen boontjes doppen. Sinds een therapeute me er na een relatiebreuk op mijn drieëndertigste weer bovenop bracht, weet ik beter. Op professioneel vlak doe ik alles voorlopig alleen, maar ik kijk nu wel uit naar versterking. Niemand kan alles alleen doen.
Vandaag zie ik tegenslagen als een kracht. Voor de geboorte van mijn dochtertje Robyn in 2020 was ik zeven jaar in de weer met fertiliteitsklinieken, ivf-procedures en hormoontherapieën – qua drama heb ik mijn deel wel gehad. Toch voel ik me nu een mooier, vollediger mens dan tien jaar geleden. Door de inzichten die ik heb verworven, maar ook door de lotgenoten die ik door mijn miserie tegenkwam, het kleine en grote verdriet dat anderen met me deelden en het wegvallen van dierbaren. Voor mij is dat de essentie van schoonheid: niet perfectie, maar de krassen die ons doen groeien en maken tot wie we zijn.
Niet alles in het leven is maakbaar. Destijds moest en zou ik een kind krijgen, tot ik dat verwerkte in mijn tweede cabaretsolo en sprak met toeschouwers die zelf een onvervulde kinderwens hadden. Veel vrouwen hadden een lijdensweg achter de rug en zaten echt op hun tandvlees, maar bleven het toch proberen omdat hun man of omgeving dat van hen verwachtte. Op een bepaald moment heb ik tegen mijn partner gezegd: laat ons nog meer teleurstellingen vermijden en aanvaarden dat we misschien kinderloos zullen blijven. Met een kroost of zonder, er is in beide gevallen veel om dankbaar voor te zijn.
Op een bepaald moment heb ik tegen mijn partner gezegd: laat ons nog meer teleurstellingen vermijden en aanvaarden dat we misschien kinderloos zullen blijven.
Als we iets nodig hebben nu, is het wel humor en troost. Eerst twee jaar corona, dan de oorlog in Oekraïne en de energiecrisis: iedereen struggelt op dit moment. Anderzijds zijn we nu wel zover dat we allemaal in de douche pissen. (lacht) Ik heb het in mijn eindejaarsconference over de positieve kanten van alle ellende dit jaar, maar de echte feelgoodfactor is de muziek. Een bigband die Frank Sinatra en Ella Fitzgerald brengt, daarvan worden mensen instant vrolijk.
Het nadeel van een creatief beroep is dat de molen blijft draaien. Laat je me doen, dan broed ik al op nieuwe voorstellingen terwijl de volgende nog in première moet gaan. Mijn vriend werd daar afgelopen zomer zot van: ik ging Marilyn Monroe spelen, iets rond Chet Baker doen en ook nog een lezing geven, en ondertussen stond mijn eindejaarsconference niet eens op poten. Als ik iets zou willen leren in de toekomst, is het dus wel dat: me focussen op het hier en nu en daar tevreden mee zijn, zonder meer te willen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier